IV. Trigla met veele Baardjes en een agthoekig
A fdeel. Lighaam, wordt deeze van A r t e d i getyteld.
» Cornuta of Lyra altera , dat is andere Soort
stuk. van Lier, heet hy by de Autheuren. Ook noe.
men fommigen hem CataphraEtus }, dat is Ge-
harnafte o f Harnasman, onder welken naam hy
by Joh n ston is afgebeeld (* ), T e Rome is de
naam Pefce Capone en Pefce For ca, te Marfeille
Malarmat. Het zou de roode Duivels. Vijcb
van V a l é n t y n zyn , volgens G ronovius.
Deeze Soort onthoudt zig in de Middelland-
fche Z e e , doch komt op fommige plaatfen meer
dan elders voor. De Vifch vertoont zig , in
de eerfte opflag , agtkantig, doch by naauw*
keurig onderzoek blykt , dat de bovenfte en
onderfte ry van Doornen niet du beid maar
enkeld zyn , en dan is hy flegts zeskan tig.
Zyn Geftalte zweemt veel naar die van een
Steur : maar de Kop loopt in twee Hoornen
uit en de Kleur is bleek rood , hebbende de
Oogkringe^i een Goudglans. In de Rugvin
van deezen zyn geteld 2 7 , in de Borftvinnen
i i , in de Buikvinnen 6, in de Aarsvin 20,
in de Staartvin 10 en in het Kieuwen vlies 7
Beentjes» De Buikvinnen zyn gehecht aan
de
‘Znöphyl. Gron. Faic. I. N. 282. Lyra raltera Rondeletii.
Wi l l . : p. 283. Raj. p. 89- CataphraAus. Jonst. Tab.
XXIV. fig. 2.
(*) Door dien Autheur fchynt hy met den Catapbraüus
Tan Schone v e ld , welke onder de Cotti behoort, verward
te zyn. zie 't voorg. VII. Stuk , bladz. 293.
de Borftvinnen: men vindt veele Baardjes aan IV.
de Onderlip : de Bek is Tandeloos. Op den ^ x n *
Kop heeft hy veele Stekels en aan de Borft- hoofd*.
vinnen zyn twee gewrichte Byhangzels , ’t stuk.,-
welk hem genoegzaam onderfcheidt van zyne
mede-Soorten.
CO Zeebaan met drie Vingeren, de Neusgatep
buisagtig. Pieper.
Deeze is de eerfte Soort van Lyra der Au-
theuren, welke de Gcnueezen Organie noemen
en de Franfchen Rouget, zo A rtedi getuigt.
De Engelfchen van Cornwall geeven ’er den
naam aan van the Piper , dat is de Fluitfpeel-
der o f Pieper, om dat h y , uit het Water genomen
wordende, een Piepend Geluid maakt,
dat onder de Viflchen zeer ongemeen is, Den
naam van Lier hebben de Ouden aan deeze
Viflchen gegeven , wegens de Vorkagtigheid
van de Snoet. Zy zyn zeer fmaakelyk tot Spy-
zc en zeer gezond.
Zie hier hoe W illoughby deezen Pieper
befchryft. In een Vifch van vyftien en een
half Duim lang, was de voorfte Rugvin, met
tien Doornen omtuind, van het end der Snoet
v y f Duimen a f; de Kieuw- zo wel als de Buik-
Vin-
(2) Trigla Digitis ternis, naribus 'tubulofis. Syfl. Nat. X.
Trigla roftro longo diacantho , naribus tubulofis. Ar t . Gtn,
46. Syn. 74. Lyra prior. WlLL. p. asx. RAJ. p. 89.
I.Dïe l. VULSTUK.