XLV,
H oofdstuk.
XVII.
Idus.
XVIII.
Orfus.
Oxf.
Buikvinnen , de Staart halfmaanswyze. De
Rug of Buik puilen in deeze niet uit, gelykf in
de andere Voornen. Zyn Ed. vondc in de
Rug- en Buikvinnen io , in de Aarsvin 12 , ia
de Borftvinnen 16 en in de Staartvin agttien
Beentjes. De Oogkrmgen waren geelagtig*
gelyk in de volgende Soort.
(17) Karper met de Aar min van dertien Straa•
len en rood.
Cyprinus die de Oogkringen geelagtig » dé
Built- en Aarsvinnen rood heeft, faadt A r t e d i
een Soort van Voorn getyteld, die in Sweeden
taamelyk gemeen is en .niettemin zeer geagt;
wordende aldaar ld geheten. De Heer L. T .
G ronov iu s telc hem ook onder de Viffchen
van ons Land, en noemt hem; Cyprinus, die
breed en Ovaal is, met de Kaaken omtrent ge-
3y k ; de Rugvin een weinig agterlyker dan de
Buikvinnen ; de Staart halfmaanswyze : zeggende
, dat men hem fomtyds in de Rhyn vindt.
A r t e d i heeft ’er zodanig een , van over de
vyftien Duimen lang, zeer uitvoerig befchree.
ven.
(18) Karper
Straalen.
met de Aarsvin van dertien
De
(17) Cyprinus pinna Ani radiis trtdecim ni'jrü. Faun. Susc.
310. Cyprinus iride fublutea, pinnis Ventralibus Aniqus ru-
bris. Art. Gen. $. Syn. 14. Spec. 6 . GRON. M u f I. p. 3.
N. 13.
(1%) Cyprinus pinna Asiiadiis*rtdtcim, Syji. Nat. X. Cypri-
D ï K i l I H t . 4*5
De Vifch, dien de Duitfchers Orf, U r fo f IV.
Oerve , fomtyds Nerfling, Wyrfling en Elft
beecen, volgers G e sn eru s , noemen de Engel*
fchen Rudd of Roud en op fommige plaacfen stuk.
a Finfcale, dat is een Schubvin. Deeze wordt
van de Autheuren ook Orphus of Orfus , en
Capito ruber, Rubellio of Rutilusfluviatilis, ge*
tyteld.
Men vindt hem, zo wel in de Rbyn , als
in de Rivieren van Engeland, en ook in fom*
mige Mei ren. Hy is van Kleur uit den bruinen
geelagtig, hebbende de Buik- en Aarsvinnen
rood, en de Staartvin roodagtïg, met een
bloedkleurige Vlak aan de Kieuwendekzelen.
In de Rugvin zyn io , in de Borftvinnen 19,
in de Buikvinnen 9 > m de Aarsvin 13 Straalen
gevonden; ’t welk zeer naa overeenkomt met de
Telling , welke G ronovius opgeefc van den
voorgaanden, *
f i qi) Karper met de Aarsvin van veertien xix.
v , Erythroph.
' Straalen, de Vinnen rood. ' thaimui.
Ruifch.
Onder den naam van Cyprinus met de Oogkringen,
alle de Vinnen en de Staart rood, hadc
Artedi een Soort van Vifch voorgefteld en befchree.
Bus Orfus diftus. Art. Syn. 6. Rutuluslatiorfèu Rubellio flu-
yiatUis. RAj. Piß. Orf. MEIJER Thier. II. T. 94. _
(19) Cyprinus pinnä Ani radiis quatuor&ecm pinnis rubris.
TFatm. Stuc. 324. Cyprinus Iride, pinnis omnibus, Caudaque
rubris. ART. Gen. 3. Syn. 4. Spec. 9, Rotaug , id eft Ery,
tfjnphthxlmus Germanis di&us , Bramis aifitus, W ltU p.
349. RAJ. p. 11$.
l.DiEi.. Y UI. Stuk» D u j