IV. zigtbaar zyn. Tanden heefc de Vifch in beide
A fdeel. Kaakcn. De Kleur is verfcheiderley op de Rug,
XXXVI. i30ven gry s , daar onder groen, door een blaauw-
m S r agcige ftreep bepaald, onder welke, de Zilver-
Spiering. kleur begint, welke, in *t onderfte derZyden,
een Violetten weerfchyn heeft. De Schubben
zyn , naar reden van het L y f , zeer groot;
weezentlyk grooter dan die der Forellen, ja
naby komende aan die der Heilbothen (*). In
de Rugvin waren 11 Straalen : zynde de agter-
R e , een byhangzel van de Huid, met de Vet*
vin der Salmen overeenkomftig. De Borftvin-
nenhadden u e n fomtyds 12 Straalen, de Buikvinnen
8 , de Aarsvin 17 en de Staartvin 19
Straalen. Alle deze Vinnen waren wit , doch
de Borft- en Staartvin grysagtig van Kleur,
zynde het geheele L y f , inzonderheid naar dc
Rug to e , byna doorfchynende.
De Heer G ronoviüs merkt aan, dat het getal
der Straalen in deAarsvin verfchilt, zynde
in fommigen 12 , 15 o f 17*. Zyn Ed. noemt
de Spiering, Salm die eenkleurigwitagtigis, met
de Staart gevorkt en de Onderkaak langjl. Hy
betrekt ’er to e , dien, welken de Heer Klein
genoemd heeft, Forel die getand is met de Rug
donker Afchgraauvo , den Buik Zilverkleur, de
Schubben afgaande, de Staart gevorkt, en dien,
welken de zelfde Autheur tytelt, Forel die onge
(* ) BASTEk , Natuurk. Uitfpmn, T a b . X Y . N . z f , 2 0 ,
getand is, geheel Zilveragtig, half doorfchynen- IV.
de, gemeenlek van drie, zelden vyf Duim lang Afdeec“
(*). Dus fchynt *cr, in de Geftalte en Kleur , ^oon>-
merkelyk verfchil o f verwarring plaats te heb- stuk.
ben. ' spierins'
Omtrent de Ingewanden zal ik het volgende, d^n£Cwan“
uit de Waarneemingen van den vermaarden Ar-
TED i( f) , te beide brengen, Het Hart is bleek-
agtig en drie of vierkantig: de Lever rood, in
twee o f drie kleine Kwabhetjes verdeeld, met
een fomtyds geheel doorfchynend Galblaasje:
de Maag klein; met vier of meer korte en dikke
byhaDgzels aan ’t Portier: de Lugtblaas en*
keld, in ’t midden wyder, aan de enden naau.
wer: het Darmvlies Zilverkleur met zwarte
flippen: ’t getal der Wervelbeenderen negen-
en-vyftig , der Ribben wederzyds vyf-en-der-
tig. Twee breede witte Beentjes vondt hy in
de K o p , dat de Gehoorbeentjes zullen zyn.
Niettegenflaande de Spiering in een kwaad Gebtuife,
gerugt en by veelen walgelyk zy wegens de
Reuk , leert de Ondervinding Diettemin, dat
het een gezonde en ligt verteerbaare Spyze is ,
wanneer de Vifch wel gekookt en met behoor-
lyke Saus gegeten wordt. In de fbort van
Spiering wordt egter veel onderfcheid gemaakt,
en de klein fte voor de lekkèrfte gehouden. Dc
groote Zee-Spiering, gebakken zynde, laat
zdg
(*) Zo'óphyl. Gron. Fafe, I. p. f22, N. 373.
( t ) Spie. Pifc. p. 4s.
L Deal. Yin. Stuk.