XXIX.
Hoofdstuk.
Vlitgendt
Paars.
Men heeft deezen voorheen tot de Baarfen
gebragt, en Vliegende Baars geheten. Andere
noemen hem Amboineefche Baars of Amboinee-
fche Vifch , als zynde dezelve van Ambon, in
Ooftindie , afkomftig. Men geeft ’er aldaar,
volgens V alentyn , den naam van Ikan Kalkoen
Sowangbi of Suangi) dat is Tover-Kalkoen*
Vifch, aan. De Heer K lein noemt hem Pfeu-
dopterus, als de regte Vliegende Vifch niet zynde
en miflchien ook niet veel vliegen kun*
tiende.
Een Voorwerp , uit de Verzameling van den
Heer Vosmaer, zefthalf Duim lang zynde, wordt
door den Heer G ronovius omftandig befchree-
ven. Hy vondt in de Rugvin van ’tzelve 12 ,
inde Borftvinnen 14, in de Buikvinnen 6 , in
de Aarsvin 9 , in de Staartvin 13 Straalen. In
zeker Vifch van deeze Soort heeft zyn Ed., bo»
ven ieder Oog , platte neerhangende Baardjes
gezien, diewederzyds Vinswyze getakt waren;
hebbende dezelve ook Ovaalagtige , Vliezige
Kwabbetjes, in pla&ts van Baardjes, aan de Kieu*
wendekzelen. ’t Is èen eetbaare Vifch , die
veel voorkomt op ’t gedagte Eiland.
( 7)
p'nn's Pe^oralibus Corpore longibribus. Syj?• Nat. X. Perca
Djrfo moaoptetygio , Capite cavotnofo, Maxilla fuperiore
cJttis quatüoi; Caada fubromnda utrinque aculeata. Gron.
Muf. II. n. 191. Perca Amboinenfis Nievihoffii. Wil i ,.
Icbth. App. I. T.'2. 3. RUYSCH. Thtf. I. p. 39. T. 2. f,
3. VALENT. Arat. T. 2IQ. n, 110. T, 213. n, 1?J.
( 7 ) Stekelbaars met vyftien Rugdoomn. A f^ .
Deeze , die meede tot de Europifchen be* XXIX.
jjeezc , _ Cfpkpl. Hoofdhoort,
is veel grooter dan de gewoone Stekel sTUK>
baarfen, als wordende wel negen Duim o f twee vn
Handpalmen lang. Men vangt hem veel m de J g g j j j k
Inham der Qoftzee, by Kiel in ’t Holfteinfche,fa«.
alwaar de Ingezetenen hem Steinbicker noemen,
en de Viflchers van Heiligland, voor de Elve ,
geeven ’er den naam van Erjskruper aan. Schooneveld
, die hem | allereerft befchreef, noem*
de hem, lange Zee-Stekelvifch.
L inn/eüs heeft deezen onder de Sweedfche
Viffchen niet aangetekend; doch,volgens G ro-
Noviüs, wordt hy in de Noordzee gevonden.
Men vangtze o o k , onder de Garnaalen, in de
Zuiderzee, ’t Schynt my eenigermaate dutter,
of deeze, dan de drie- o f tiendoornige, het On*
derwerp uitmaaken van zekere Viffchery m
Sweeden, de Skotspiggs-Fifcherey geheten; ala
plaats hebbende omtrent zekere Vifchjes, genaamd
Skotjpigg, Hornfpigg en Hommansboror ,
die wel in de Binüen-Meiren, doch byfter menigvuldig
in Zee gevonden worden, *t Is waar,
dezelven zouden maar twee en een half Duim
lang zyn; doch ik weet niet, dat onze kleine
Stekelbaarsjes in de Zee voorkomen. De Stem-
( 7) Gafterofteu. fpinis D.orfalibus quindecim. ART. Gtn.
i. d e e l . VIII. Stu k .