PÉRP
L A A T L X X
ó'.
' D Tt E s E i v n s c H ï H 497
AFD^L.
u H O OF D S T U K. H L.
H oofd-
Befcbryving van ft Geflagt der Ecelvisschen stuk*
anders ook Penne-Viffchen genaamd, om dat
zy, gelyk de Egeltjes of Yzervarkens, rondom
met fcberpe Pennen zyn geharfiaft.
-TxEn n a a m van D io d e n , die TweetandI beté- Naam.
I E ) {jent a geeft Linn^us aaa de zodanigen,
welken wy gèmeenlyk Égelvisschen gewoon
zyn te noemen, om dat zy rondom met lange
icherpe Pennen gewapend zyn, gelyk de Egeltjes
of Stekelvarkens; ft,welk dan ook den naam
van Hyjlrix aan fommigen heeft doen geeven.
Anders noemt men ze ook wel Penneviffchên s
ft welk dubbelzinniger Is.
Het onderfcheidend Kenmerk van deeze, ten Kenmerken,
opzigt der Stekelbuiken of Viertanden, is bovendien
, dat zy de Kaaken ook wel Beenïg en
üitfteekende y maar onverdeeld hebben. De Stekels
, die het geheele Lyf omringen, zyn in
de levendige Viiïchen beweeglyk. De Streep*,
wyze Opening, voor de Kieuwen , is hun met de
voorgaan den gemeen: ook hebben z y , zo wel
als die, geen Buikvinnen.
In dit Geflagt heeft Linnjeus zeven Soor- soorten;
ten , welken Gronovius , op twee naa, in twee
der zynen van Beenviffchen , begrypt. Klein
evenwel hadtze ook altemaal ondeilchei-
den.
I.-DEEL. VULSTUK. t i Cl )