2 22 B e s c h r x v i ï t g v a m
IV.
A fdeel.
stuk.
lende Vifichen zyn: des de Kenmerken ', die
onze Autheur, gelyk de Heer G ronovius te
XXXVI. yooren ook gedaan hadt, van het getal der
Straalen in de Aarsvin afleidt," my veel duidc-
lykcr voorkomen , tot önderfcheiding: want de
uitwendige Vertooning is in allen byna even.
eens; gelyk zy ook, meeftal, blaauwagtig Zil-
verkleur gefchubd zyn.
Deeze Surinaamfche dan , die teregt Hoogntg
genoemd wordt, ie de vierde Soort v&nCbarax
by den Heer Gronoviüs , door wien in de
voorfte Rugvin geteld zyn 1 0 , in de Borftvia-
nen 1 1 , in de Buikvinnen '8, in de Aarsvin 55
en in de Staartvin 19 Straalen.
xx. (20) Salm die het L y f famengedrukt heeft,
Twewhkki' met tcJX>ee Vlakken , de Aarsvin met dertig
se' Streden.
Deeze i s , in de Befchryving van het Koning*
lyk Sweedfche Kabinet, onder den naam van
Albula ook afgebeeld, alwaar in. de Aarsvin
twee en-dertig Straalen geteld zyn. In’t Werk
van Sega wordt hy genoemd Tetragonoptrus,
die Zilverkleur is , met een grooten uitftee.
kenden Kop, een Vliezig byhangzel aan ’t ui-
terfte van de R u g ; de Staart zeer gevorkt.
De
(10) Salmo Corpore compreflo bimsculato, pinna Ani ra-
diis triginta. Syft. Nat. X. Charax Dorlb leviter convexo, pinna
Ani radiistriginta uno. Grov. Mvtf. I. n. 54. T. i . Albula
pinni Ani radiis triginta duobus. Muf. Ai. Fr.l. p. 7S. T, 32,
f. 2. Coregojjoides Amboinenfi». Art, Spet. 44..
>
D e S A L ME N . 223
De laatftgemelde naam komt eenigermaate o-
vereen met de Geftalte , die Vierkantig zig
vertoont. Men wil ook dat het de Piabucu
der Braflliaanen zy. Wat de zwarte Vlak, wc-
derzyds , agter de Kieuwendekzelen betreft;
die was zo wel in het andere Voorwerp, genaamd
Hoogrug, als in deeze: in andere Afbeeldingen
ontbreekt dezelve geheel, even als in de
volgende Soort. Artedi, die ’er zulk een,
onder den naam van Ambonfcbe Houting, Hou.
tingagtige of Witvifcb van 't Eiland Amboina,
befchryft, maakt ook geen gewag van de gemelde
Vlakken ; zeggende dat de Kleur van 't
geheele L y f Zilveragtig, doch op de Rugdon-
kerer is ; zynde hetzelve met groote, witagti*
ge, halfronde, dunne en zagte, over elkander
leggende Schubben gedekt. In de Rugvin
werden door hem ia , in de Borftvinnen 13 ,
in. de Buikvinnen 10, en in de Aarsvin 34 Straalen
geteld. De Geftalte, getuigt h y , was volkomen
als een Soort van Braafem, die ih Up-
land, een Provintie van Sweeden, Braxenpan-
ka en by ons Bliek geheten wordt.
(2 1 ) Salm die bet L y f ongevlakt en in de
Aarsvin twaalf Straalen beeft.
Het kleine getal van Beentjes o f Straalen
In de Aarsvin onderfcheidt deezen genoegzaam
van
f21) SilmoCorpore imtnaculato,pinn3Ani radiis duodecim. Syjf,
Nat. X. Albula pinna Ani radiis duodecun. Maf. Ad. Fr. l, p, 7$,
I. DZSL. VIII. S TBK.
XXXVI.
Hoofdstuk.
XXI.
ImmacuU*
tus.
Ongevlekte.