IV.
A fdeel*
LIII. ’
HOOFDSTUK.
524 B k s c s r ï t i n g v a n
van hem genoemd wordt Cataphraftus met het
L y f Vierkantig, den Kop van boven knobbelige
eerr korte ruuwe Snoet; geheel gedekt met Bee-
nige Schilden of Plaatjes. De Borftvinnen zyn
taamelyk groot en 'beftaan uit 9 Beentjes, die
insgelyks fpits gepunt zyn. In de Rugvin,
gelyk ook in dë Aarsvin, vondt zyn Ed. 5
Straalen, en in de Buikvinnen, wederom, in
ieder maar 1 (*)♦ Dit zelfde heeft plaats in
het gemelde Voorwerp, ’t welk geelagtig bruin
i s , met de Vlerken Afcbgraauw, en in de
Staartvin 3 Beentjes heeft. Het komt uit
Ooftindie.
De Viffchen , die onregelmaatige Kieuwen
hebben, gelyk de Hoorn-, Been- en Schild-
viffchen , de Egel- o f Penneviffchen , de
Zeepaardjes en anderen van deezen Rang,
doen ons verbaafd ftaan over de ongemcene
Verfcheidënheid der Schepzèlen, en toonen
dat de Z e e , in haare boezem , Wonderen
vervat, die ongeloof baar zouden z y n , indien
men het niet had gezien ( f ) . De Zeedraak-
jes , die het laatfte Geflagt uitmaaken, kunnen
ons gevoeglyk doen overftappen tot een andere
Afdeeling in het Ryk der Dieren, naar
welken zy meer gelyken dan naar Viffchen,
en hun vliegen raaaktze, bovendien, met de
(*■ ) Zötph. Gnu. Fafc. I, p. 115. y j
( t ) Qyis, nilividiflèt, Pisccshabitat« fub Uads,
«redetet* '
£ IN N ä US, Syfti Natt Ed. X ,
DE Z E E D R A A K J E S, 52^
Mekten overeenkomftig, tot welker Befchry-
yiog wy thans overgaan. -LIII.
Hoofde
s i uk.
Dit Stuk der Natuurlyke Hiftorie heb ik ,
gelyk de voorige Klaffen, "nuttig geoordeeld
met een Bladwyzer te befluiteu, die zódanige
Viffchen ze lfs, o f zwemmende en in ’t Watef
leevende Schepzelen, welke tot de Zoogende
Dieren (Mammalia) o f ook tot de Dieren van
beiderley Leven ( Jmpbibia) betrokken zyn ,
yït de voorgaande Afdeelingen bevat. E n , om
minder verwarring te maaken, laat ik thans
een algemeen Regifter van de uitbeemfche
Naamen, der Viervoetige en Kruipende Dienen,
Vogelen en Viffchen, in deeze agt Stuk»
ken der Natuurlyke Hiftorie begreepen, benepens
eenige Byvoegzelen, daar op volgen.
t> De s l , VIII. Stuip B L A D -