IV. Dus onderfcheidt onze Autheur de gemelde
Afdeel. Weftindifche Naaldviiïchen van de Europeaan-
XXXVIII.f chen. De Heer Gronovius vindt, in de ge-
ftalte der Kaakebeenen, een genoegzaam verfchil,
Nadldvifch. om een byzondere Soort te maaken van de genen
, die by de Reizigers voorkomen onder den
naam van Elephants- of Olypbants-Neus en Half-
bek ; van Under-Swordfisb in het Kabinet der
Koninglyke Sociëteit van Londen: als ook van
die twee andere Soorten van Maftacembelus by
K l e in , waar van de eene het L y f gevlakt en
door een groene Streep overlangs verdeeld; de
andere de Bovenkaak gerond en de Onderkaak
wel tienmaal langer heeft (*).
Uit het Kabinet van den Heer W . van der
M eulen heeft zyn Ed. ’er‘zodanig een gekreegen
van tufïchen zes en zeven Duimen lang , uit
de Indiën afkomftig, dien hy thans omftandig
befchryft en noemt, Snoek met de Onderkaak
Spilrond , gefpitft , zeer lang ; de Bovenkaak
zeer kort ( f ) . Deeze hadt ook de beide Kaa-
ken beweeglyk: de onderfte zeer fpits doch
niet zeer fcherp gepunt : de Schubben waren
groot en dun , zeer ligt afgaande: het geheels
L y f , behalve de Rug , Zilverkleur : de Zyd-
flreep naauwlyks zigtbaar. In het Kieuwenvlies
, dat van de Dekzelen geheel befchut
wordt, zyn door hem veertien zeer dunne Straalefl
(*) Miflf. IV. p. 22. N. 2. & 3.
U ) WJÊÊi Gron. Fafc. I . N .
len geteld, De Rugvin , op ’t end van de iv .
R u g , digt aan de Staart, hadt 1 3 , de Borft- A f d e e l .
vinnen hadden 10, alsook de Aarsvin, de Buik- AXXVIII.
vinnen 6 , en de Staartvin 1 5 Straalen. Het s t u k .
Voorwerp, van Linnjeus geteld, hadt in de Nuaidvi/d.
Aarsvin 1 7 Straalen en 1 6 in de Staart.
Ik heb ’er thans een van de voorgemelde
langte, doch de Heer van der M eulen heeft
’er my tot de Afbeelding een verftrekt, die,
met de Snoet, een Amfterdamfchen Voet lang
is; het L y f met de Staart, agt en een half,
de Snoet twee en een half Duim: een Duim in
’ t midden van ’t L y f breed en een half Duim
dik. De Kleur van deezen is op de Rug bruin
Olyfkleur, aan de Zyden op de Schubben geel-
agtig , daar onder Zilverkleur, gelyk ook aan
de zyden van den Kop ; de Snoet zwart, in
de Rugvin zyn 14 , in de Borftvinnen en Aarsvin
ieder 10 , in de Buikvinnen 6 Straalen.
(9) Snoek met de Kadken egaal, de Dekzelen 1X.
zeer Jlomp, den Kop bloot. ... Gymm-Ct•
''phaltts• k
Een Vifchje uit Indie, van grootte als de Blootkop'
Smelt, ’t welk onze Autheur gezien hadt,
wordt dus van zyn Ed. onderfcheiden. In ,de
Rugvin van hetzelve zyn door hem geteld 1 3 ,
in de Borftvinnen 10 , in de Buikvinnen?, in
de Aarsvin 26 en in de Staartvin 19 Straalen.
XXXIX.
(9) Efo!x Maxillis aequalibus, Operculit obtuflflimis, Capite
denudato. Syji. Nat. X.
I.Deel. VIII.Stu k .