r
I. Afdeel, zagt en de Verzweeringen zuivert, zynde zee
XXXXI. zeker en kragtig in zwaare Hoeft. Men gebruikt
Hoofd- daarenboven , fomtyds, in de Pleuris en an-
cv dere inwendige Kwaaien, daar men voor eene
Ceti. Verzweering der Ingewanden vreeft. Het is
uitmuntende, wanneer de Darmen van hun
Lymagtig Vogt beroofd zyn door de fcherpheid
van de Gal of andere Stoffen, gelyk indeRoo-
de Loop. Zelfs in de Kwaaien der Nieren en
Pisleideren , wordt het dikwils niet zonder
vrugt gebruikt, als ook in de Pynen der Kraamvrouwen.
Het kan op verfcheide manieren worden
ingegeven, doch in Drankjes behoort het
vooral wel gemengd te zyn, dewyl het dezel-
ven anders zeer walgelyk om in te neemen
maakt. Uitwendig dient het ook tot verzagting,
inzbnderheid om te maaken dat van de Kinder-
pokjes het Aangezigt niet gefehonden worde,
wanneer men het, in Olie van Amandelen ontbonden,
daar op ftrykt. In de Winkels is een
Pleifter bekend , die ’er den naam van heeft, en
op de Borften der Vrouwen gelegd wordt, om
de hardigheden van het geftremde Zog te doen
verdaan. Men mengt het ook ODder de Smee.
ringen o f Pomaden, tot verzagting van de Huid
en bevalligheid vari ’t Gelaat. Zelfs wordt het
tot het maaken van Kaarfen, tot Glanzen van
Stoffen en andere gebruiken gebezigd.
Verfchei- Ik heb reeds opgemerkt, dat ’er door onze
ten Mn*'1-1* Groenlandsvaarders weinig Kazilotten gevangen
fpoeid in worden. In ’t jaar 1750 bragten onze Schepen
5i 9
pen i Kazilot uit Groenland en 4| uit de Straat i. Afdeel.
Davis ’t huis; dat zeer ongemeen was. Het xxxxf.
fchynt ook, dat deeze Viflchen hunne Loop- Hoofd-
plaatfen hebben, daar zy zig troepswyze ont-STÜK"
de voorlee*
houden. De gepafleerde Winter heeft daar van den Winter,
een blyk uitgeleverd, doordien in dezelve moog.
lyk meer Kazilotten op onze Kuft zyn aange-
fpoeld, dan ooit te vooren was gebeurd (*)•
De eerfte, daar men berigt van kreeg, was,
in ’t voorfte van December desjaars 17 6 1 , ge-
ftrand op ’t Eijerland van Teiïel. Hy hadt de
langte van 5 3 de hoogte van 16 en de breedte
van 14 VoeteD; 52 Tanden in de Bek. Men
heeft ’er van gehaald 40 Kwarteelen Spek en
omtrent 12 Okshoofden Herfenen uit den Kop.
Den 17 en 18 January, desjaars 17 6 2 , werden
op de Ooftwal van Vlieland drie Kazilotten gevonden
, en, niet lang daar na, twee op ’t E iland
ter Schelling; allfen byna van de zelfde
langte als de eerftgemelde. Omtrent dien tyd
was
(*) Her getal der Ka z ilotten, op onze Kuilen aange-
fp o e ld , daar ik melding van gemaakt vind, is als vo lg t:
In 1 5 3 1 , een by Haarlem ; in 1 5 7 7 , drie by ter H e i.
d e , een op de Schelde; in 15 9 8 een by Scheveningen ; in
1 6 0 1 o ok op de Holiandfche K u ft ; in 16 0 3 op d e S ch e l-
d e ; in 1 6 1 7 , v ie r , hier en da a r; in 1 6 3 een hy Sche-
veningen volgens Z orgdrager, bladz. i n . Ook inden
jaare 16 4 1 , den 5 Oktob e r, een by Kallants O o g e , niet
ver van Petten; voigens de /(jon. -van Medenblik. bl.
2 7 6 . Waarfchynlyk zal men ’er nog wel meer aangere-
kend vinden: gelyk ik ook z ie , dat 'er nog onlangs, in
January Ï 7 J 7 , een van 62 Voeten lang op de Kuft van
Schotland, b yA b e rd e eu , ftrandde. JNed. Pofir. Fetr. van
dat Ja a r , bl. 2 34 .