J. Afdeel, dat die Paarden, welke meeft hinniken, ' vooral
XXXVII. uit vrolykheid en verlangen, de beften zyn.
Hoofd- , jvj en yan het naturel en de gefteldheid
STUK. . , .. . , ^ , , deezer Dieren oordeel vellen uit ecmge uitwen» Gebreken
van een dige Kentekenen. Wanneer een Paard zyne
paard. Ooren, beurtlings, ’t een voorwaards,het ander
agterwaards keert, zal het doorgaans vergramd
of kwaadaartig zyn. In ’t loopen moeten zy
die met de punt voor uit hebben; doch, eenig
geluid hoorende, . keeren zy de holte naardien
kant, en, als zy op de Rug o f op ’t Gat ge-
Hagen worden, naaragteren. De Paarden, wien
de Oogen diep ftaan, of die het een kleiner
hebben dan het ander, zyn gemeënlyk ftegt van
Gezigt. Een Rypaard moet de Schouders plat,
beweeglyk ep niet zeer hoog hebben, daarde-
zelven in een Trek- o f Wagenpaard, in tegen_
deel, hoe zwaarder, ronder en Vleeziger, hoe
beter zyn. De langte der Beenen behoort even?
redig te zyn tot de grootte van het L y f : als de
voorften te lang zyn, ftaat het niet vaft op de
Pooten , als zy te kort zyn. is het zwaar in de
hand. D it : laatfte gebrek hebben de Merriën
meeft, en de Hals is dikker in de Hengften,
dan in deeze of in de Ruinen.
Kenteke- Een der weezentlykfte zaaken., die men ken-’
pen van nen moet js <je Ouderdom. De oude Paarden
desz^lrs ' ' ' .
Ouderdom, hebben veeltyds holle ringen om de Oogen,
maar dit Kenteken voldoet niet, dewyl jonge
Paarden, die van oude Hengften geteeld zyn,
het zelfde hebben. Aan de Tanden kan men»
meemet
meer zekerheid, van de Jaaren oordeelen.
De Kiezen dienen daar toe niet, maar de Voortanden
, en vervolgens de Hoektanden, hoewel
de Merriën die dikwils niet of zeer kort hebben.
De twaalf Voortanden beginnen', veertien
Dagen na de Geboorte, in het Veulen uit te
komen: de eerften zyn rond, kort, voos, en
vallen op verlcheide tyden uit, öm tegen anderen
verwiiïeld te worden. Op twee en een half
Jaar vallen de middelften eerft, twee boven,
twee beneden uit den Mond, en , een jaar daar na,
vier anderen, één ter wederzyde van de eer-'
ften, die reeds door anderen vervangen zyn:
op vier en een half Jaar, of daaromtrent,
vallen wederom vier anderen uit, altoos aan dé
zyde van de genen, die reeds.verwiiïeld zyn,
Deeze vier laatfte Melktanden worden vervangen
door vier anderen, die op ver naazoichië-
lyk niet groeijen als de genen die in plaats van
de agt eerften gekomen waren. Deeze vier laatfte
Tanden, die men de Stempels noemt, zyn
het, waar aan men den Ouderdom der Paarden
inzonderheid ontdekt: men kanze gemakkelyk
onderfcheiden, dewyl het de derden zyn, zo
boven als beneden , tellende van ’t midden der
punt 'van de' Kaak,'ter wederzyden : zy zyn
hol en hebben een zwart merk in "hunne holte'-
op de" vier o£ v y f Jaaren ftëeken zy naauwlyks
boven de Kaak uit, en de holte is ze;r ken.
baar:* op zes en eeb Kalf jaar begint de" holte
in te krimpen en het merk wordt kleiner; *c
I. D eel. 1U Stuk. Y 4 Wfilk
XXXVJI.
Hoofdstuk*