ï. Afdeel, ken een doodelyk Vergift voor haar zyn. Dus
XXXV. heeft de Schepper gewild, dat een voor oqs
Hoofd- allernuttig!!: Beeft, onze bewaaring niet ontbee-
stuk. ° °
ren zoude kunnen!
pk'” en Sommige Planten zyn ’er, die een zonderlin-
cieiyk. ge uitwerking op de Schaapen hebben. Men
heeft opgemerkt, dat de geele Water-Affbdil-
len, indien dezelvcn van deeze Beeften gegeten
worden, haar zo zwak rqaaken, dat zy op
de Beenen naauwlyks kunnen ftaan. DeUnjer,
•s Voorjaars gegeten, doet haar miskraamen.
Verfcheide andere Kruiden zyn haar fchadelyk»
in ’t byzonder het Wol- of Katoengras, dat aan
’ t end der Steden zekere Vlokken draagt, waar
in de Zaaden zyn vervat, groeijende veel in
vogtige plaatfen van Holland. Men verwondert
zig hier dikwils, hoe het bykome , dat de
Schaapen op digt aan elkander gelegen Landen,
die enkel door Slooten afgeperkt zyn, op ’tee-
ne wel tieren , op ’t andere ziek worden en fter-
yen: ja ik weet dat dit verfchil zig openbaart
in Landeryën, die door een Weg alleen van
elkander zyn gefcheiden: om van byzondere
Diftrikten, die door de hpoge of laagelegging,
in dit opzigt, goede of kwaade Weiden uitleveren,
noch van het blykbaare nadeel der natteSaizoe-
nen, niet te fpreeken. ’t Was derhalve wel
• de .moeite waardig, onderzoek te doen naar de
foorten van Gras en Kruid, die op deeze Landen
groeijen: want miiïchien hangt dit onder-
fcheid, ten grootftcn deelë, daar van af.
De
De Schaapen zyn veelerley Ziekten en Onge-1. Afdeei.
makken onderhevig. Onder dezelven is de Schurf- XXXV.
tigheid een van de gemeenften , waar door zy gTJ^{opFD'
aangetaft worden, als het Weder, kort na den tyd ZjeIc
dat zy gefchooren zyn, broeijig heet wordt, of der Schaa-
dat ’er veel koude Regens vallen,, of wanneer pen*
zy door Vliegen fterk geplaagd worden. Verfcheide
uit- en inwendige middelen zyn’er tegen
deeze Kwaal, waar onder bet ingeeven van bit.
tere Kruiden en Zwavel, het waflchen in Zeewater
of in een aftrekzel van Tabak-, niet van de
minften is. Deeze Kwaal vereifcht, dat men
de zodanigen van de anderen afzondere, dewy.1
zy anders de gantfche Kudde befmetten zouden.
Somtyds krygen zy de Koorts, die een Ader-
laating vordert; als ook de Hoeft, Verkoudheid,
Teering en dergelyke Kwaaien, waartegen
hun veelerley verzagteqde Borftrniddelen ,
inzonderheid een Afkookzel van Hoefbladen,
dienftig zyn. De Snotterigheid, die ook anderen
aanfteekt, fchynt. byna zonder hulpmiddel, te
zyn , en vereifcht, dat men dezulken, zowel
als die door dc Vee-Peft worden aangedaan, fpoe-
dig van de anderen afzondere. Zy zyn , gelyk
de Koeijen , eene Wervelziekteof Duizeligheid
onderworpen, welke haar over eene zyde, rond
doet draai jen, en men heeft fomtyds een. Klap,
haar aan die zyde van den Kop gegeven , daar
tegen dienftig bevonden. De Heer Scheuch-
zer nam in de Alpifche Gemfen waar, dat deeze
Ziekte een Waterblaas tuffchen de Vliezen
1. Deel. 1U Stuk. P r e jj