L Afdeel, den, of dat zy zeer zelden gevangen werden;
XXXXI. immers déeze StofFe bleef zeer hoog in prys,
Hoofdstuk.
Potvifch
geldende, onbereid, wel ioo of 120 Guldens
de T o n , en, bereid zynde, 20 o f 30 Guldens
het Pond; tot dat ’e r , in de jaaren 17 18 6 0 17 19 ,
eenigen by de Noordkaap of in Groenland gevangen
werden, waar onder een was van 70
Voeten lang, uit wiens Kop wél 24 Tonnen
van deeze Stoffe gehaald werden. Hier door, en
tnilfchien ook door den aanvoer uit Nieuw Engeland,
is de waarde van het Walfchot zodanig
gedaald, dat men federt het Pond voor 4 of 3,
ja byna voor 2 Guldens, heeft kunnen koopen.
voor het Van dien tyd a f, heeft men deeze Stoffe gehouden?
houden voor het Brein der PotvifTchen , en fom-
migen hebben zulks nader geoordeeld, uit de
befchouwing van derzelver zitplaats. De Groen-
landsvaarders verzekeren, dat ’er eenigverfchil
is in deeze Soort van Kazilotten; dewyl fom-
migen groenagcig zyn, hebbende een Bekkeneel
o f hard Beenig dekzel op den Kop; anderen
graauw en wit van onderen, doch welker Hcr-
fenen niet dan met een fterk Vlies, van omtrent
een Vinger dik, bedekt zyn. Anderson verbeeldde
zig, in ‘t eerft, dat deeze laatdenjon^
ge Viffchen waren, doch een Hamburgfche Kom-
xnandeur, die in ’t jaar 1727 zulk een Potvifch
ving, hadt hem verzekerd, dat dezelve vol-
waffen ware geweeft, hebbende de langte van
6a Voeten : terwyl een Hollandfch Kommandeur,
op den zelfden tyd by hem leggende
'e x
5er een ving die groenagtig was, met een Bee- j. Afdeel.
nig dekzel op den Kop, zynde maar 40 Voeten x x x x f .
lang. Hy hadt van zynen Vifch ten minfte 36 Hoofd» 0 ■ STUK.
Vaten Spek gehaald.
De Hamburgfche Kommandeur verhaalde, pkat7i
dat zyn Vifch, voor op den Kop, een Gat yan her zei-
hadt, waar door dezelve Water blies; dat, bo-K''oepin«de
ven aan den Bek, meer dan twee Voeten Spek
waren, maar dat hetzelve, boven op den Kop,
niet dikker was dan drie Vingerbreedten. Dit
Spek bedekte daar onmiddelyk het dikke Vlies
der Herfenen, welken verdeeld waren in agttien
Hokken of Kamers, die agter elkanderen werden
geopend en geledigd. Het Sperma Ceti,
daar in vervat, was wit en doorfchynende, ge-
lyk Koorn-Brandewyn, maar het Holde als
Sneeuwvlokken, zo dra men ’t zelve daac uit
gehaald had. Door al het Spek van deezén
Vifch waren Greintjes van die zelfde Stoffe
verfpreid, en op verfcheide plaatfen vondt men
holligheden, die daar mede gevuld waren. Deé-
ze Vifch hadt op ’t laagfte van de Rug, naar
de Staart toe, drie Bulten, de eerde agttien,
de tweede zes en de derde maar drie Duimen
hoog. Om zig onder Water te dompelen,
ging hy altyd op de regter zyde leggen, en
liet zig , in dat poftuur , daar in zakken.
Uit het Berigt van een Hollandfche Kommandeur
, die een dergelyken Potvifch omtrent de
Noordkaap hadt gevangen, heeft de Heer An-
derson deeze Aanmerkingen gehaald. De Kop
1. P eei. JU. Stuk, maakt