XXXX.
Hoofdstuk.
Soorten.
I.
J t f y f f n e t a s .
Groenland
fcbc
Walvifch.
dac die Geflagt twee Buizen heeft of Spuitgaten
boven op den Kop, en de Eenhoornvifch
maar één.
Soorten van Walviffchen worden ’er zeven
opgeteld door den Heer B risson , onder den
naatn van de gewoone Groenlandfche, Ysland-
fche , Nieuw Rngelandfche , de Zesbultige, de
Gibbar of Vinvifch, de Rondfnoetige en Scherp-
fnoetige. De Heer L innjEus heeft maar vier
Soorten, waar onder de gewoone Walvifch en
de Vinvifch de eerften zyn.
( 1 ) Walvifch met hogtige Blaasgaten midden op
den Kop, de Rug zonder Vin.
De Nederduitfche naam .wordt niet van Wal,
als de Kuft van ’t Land, maar van Wel, dat
een Springbron betekent , en van wellen af-
komftig is , afgeleid , wegens ’t fpuiten van
Water, dat deeze Vifch door de Gaten, die in
zyn Kop zyn, zo geweldig doet, dat ’er een
zwaare Fonteinfprong naauwlyks by te verge-
lyken is. Den Latynfchen of liever Griekfchen
Naam Balaena , ftelt men afkomftig te zyn van
’t woord ballein, dat werpen betekent, wegens
de uitwerping van het Water. De Italiaanfche,
Spaan-
(1) Balsena Naribus flexuofis in medio Capite, Dorfo
impenni. A r t . Gen. 76. Syn. 106. Faun. Suec. 264.Syjl.
Nat. Balsena. Wii-L. Ichth. j f . Balsena vulgo, fiveMus*
culus. R ond. Pin. 475-. Balaena vulgo, five Myfticetus
Ariftotelis. G esn. Pisc. 114. Balaena vulgaris edentula,
Dorfo non pinnato. R aj. Ptsc. 6. Balsena Spitsbergenfis*
M a r t . Spitsb. 98. t. Q. r. A , B , C.
Spaanlche en Franfche Naamen zyn , met een L Afdeel.
kleine verandering, dezelfden. De Eugelfchen XXXX.
fchynen, met hun Wbale, het Hoog- of Ne- Hoofd-
_ T . STUK #
derduitfeh te volgen. In t Noorden noemt men
hem Hualfisk of Qual, gemeenlyk Slitbakher,
wegens de vlakheid van zyne Rug, de Yslan.
ders Slettbark , de GroeDlanders Arbach. Het
Jong wordt in ’t Franfch Baleinon, en het Man-.
nelyk Lid, of de Kraan, Balenas geheten. Den
naam van Cetus of Cete, ’t welk in ’t algemeen
een grooten Vifch betekent, voert fomtyds de
Walvifch by uitmuntendheid.
Sommigen hebben aangemerkt, dat deeze Woon-
Soort Vctn Walviffchen nooit om de Zuid komt, plaats, en zig altyd maar in het Noorder deel van den
Atlantifchen Oceaan onthoudt; doch alsmenagt
geeft op de Berigten der Ouden, die fchryven
dat 'er zulke Zee-Moniters, van ongelooflyke
grootte, in de Indifche Wateren gevonden werden
, en op die der Hedendaagfchen; zo is dit
onwaarfchynlyk. Immers, men vindt niet alleen,
volgens den Reistogt van Anson, in de
groote Zuidzee veele Walviffchen, maar de Heer
A danson fchryft, dat hy, op zyn terugtogt van
de. Gambia naar Goree, twee Walviffchen zag,
welker langte hy op ongevaar vyf-en-vyftig o f
zeftig Voeten fchatté, hebbende dat gedeelte
van hunne Rug , ’t welk altyd buiten ’t Water
kwam, wel twaalf Voeten langte, met vier o f
v y f Voeten breedte, zonder den Kop te rekenen,
dien zy fomtyds ophieven, om Adem te'
T H s n ITT Ct iiv iiaa