I. Afdeel. De Hotteototten aten het Vleefch , en zelfs de
XXXX. Ingewanden, zeer gretig ; maar van het Spek
Hoofd- werdt Thraan gemaakt, die men in het Pakhuis
*TUK' van de Kompagnie bragt (*).
in de K ^ mpher noemt, in zyne befchry ving van
Oortindièn. j apanj zes Soorten van Walviflchen op, waar
van de Japoneezen het Vleefch ter markt brengen,
met dat van anderen Vifch. Men verhaalt
, dat ’er onder dezelven zyn, die Oogen
hebben van drie Ellen lang en anderhalf Voet
breed; den Bek meer dan vyf Vademen wyd,
de Tong agttien Voeten lang. Hoe ’t z y , volgens
zyne befchry ving fchync de. grootfte Soort
al vry groot te moeten zyn ; dewyl hy van eene
middelfoort gewag maakt, die doorgaans van
twintig tot dertig Vademen, dat is ten minde
honderd of honderdvyftig Voeten, langte heeft,
en een andere Soort, dien hy klein noemt,
omtrent tien Vademen. Hy meldt ook van ee-
nen, de Sardynen-Eeter genaamd, die hy zig
verbeeldt de Moordkaaper te zyn. Wanneer
men agt geeft op de Berigten der Chineezen,
zo is het te denken, dat de groote Groenland-
fche Walvifch zig benoorden Tartarie om , onder
h Y s , ook in de Zuid-zee uitbreidt, en
miflchien zo wel aldaar, als by Groenland en
Spitsbergen, voortteek. Immers men heeft daar
Viflchen gezien van over de tweehonderd Voeten
Dtfcrift. du Cup de Hunne Esp, Anaft. 1 7 4 1 « Tom.
I I I , p- 10 2 .
ten lang, en zeker Schryver vèrhaalt, dat ’er i, afdeel,
aan de Kullen van Chili zyn, die zig van verre XXXX.
als Eilandjes vertoonen. Hoofd- J STUK* De gewoone manier, om deeze Walviffchen v ^
omtrent de Eilanden van Japan te vangen, i s , met een
zo Kjempher verhaalt, met Pylen of Harpoe-Net*
nen, gelyk in Groenland: maar, omtrent den
jaare 1680, vondt een ryke Viflcher daar toe
een nieuw middel uit, ’t welk om zyne zeldzaamheid
hier nog verdient gemeld te worden.
Hy deedt een Net maaken, van fterke Touwen,
omtrent twee Duim dik, "dat meh den
Walvifch over den Kop wilt te krygen, en,
zo dra dit Monfter zig daarin verward beVondt,
was het gemakkelyker te vangen en tedooden.
Men hadt egter deeze nieuwe Manier niet in
algemeen gebruik zien komen, om dat dezelve
grooter kollen vereifchte, dau degemeene Vis-
fchers daar aan belleeden konden. Deeze Schryver
oordeelt, dat de Japanfche Schuitjes be-
kwaamer zyn tot den Walvifchvangft dan onze
Sloepen. De toellel, op de gewoone manier ,
beloopt zelden meer dan io Kijljes Zilver (*).
Niets, zegt hy, wordt van deeze Viflchen G e b ru ik
als nutteloos weg geworpen, behalve de groo- der WalviiTchen
f a
Ja p a n .
( * ) Z o de H e e r R ^ sm p h e r b ie f flatjes d o o r v e r i ïa a t ,
d ie o p J a v a omtrent 1 9 H o llan d fch e G u ld en s d o e n , 7 .0
z o u dit n o g geen 400 G u ld en s b e d r a a g e n ; d o ch in d ie a
hy het neemt v o o r C h in e e fch G e w ig r , h e te e n ig -
fte dat men in Jap an g e b ru ik t , van p 0 n d M a rk G tf-
W ig t, zo z o u het o v e r de 1 0 0 0 G u ldens u itm a ak e a.
S.DEtL. IHSrute. l i s