4 T wint igmannig e K ruiden;
IV. Martenique hadt hy altoos vier, opKubadrie;
xm?1" °P Domingo drie ofvierStylen in deeze Bloemen
Hoofd» waargenomen, en met het getal der Hokjes was
stuk. het even *t zelfde.
■ t 1° Doftindie houdt men dit Kruid voor het
weezentlykfte Ingrediënt van het Atsjaar, een
Verfnapering uit verfcheide Kruiden, Bloemen
en Wortelen , die men op gepekelden Azyn
vervaardigt , en by allerley Spyzen op Tafel
z e t , om Appetyt te verwekken: wordende derhalve
dit Kruid, in de Ambonfe T a a l , zo Rum»
PHius zig verbeeldde , ook Asfar geheten.
In de Rang der Vyfwyvigen volgt een zeer
uitgebreid Geflagt van Kruiden, dat den naana
voert van
M es embryanthemum. Middagbioem.
Die door den geleerden B r e y n i u s aan
deeze Kruiden gegeven was, om dat z y meest
omtrent den Middag, maar eenige Uuren', de
Bloemen ontlooken hebben ; gelyk zyn Ed.
het ze lf verklaart. D jllen i u s heeft liegts,
om redenen, de I in Y veranderd.
Het heeft een vyfdeeligen Kelk en menigvuldige
Liniaale Bloemblaadjes; het Zaadhuisje
Vle e z ig , beneden de Bloem en veelzaadig. De
meeften zyn met v y f Vrugtbeginzels en Stampers
voorzien, doch men vindt ’er twee Vier-
wyvigen en v y f Tien- o f veelwyvigen onder.
I C O S A N D R T A . 5
T o t dit Geflagt zyn de meeflfe Planten, die ,
men te vooren Ficoides genoemd hadt, betrok- XIII>
ken : waar uit en derzelver Geftalte en de plaats Hoofd-
der afkomst kenbaar i s ; alzo men den Baar-8TÜK‘
moeder van byna allen op den Zuidhoek vanB£ f r<®,‘
Afrika , genaamd de Kaap der Goede H o p e ,
vindt.
Het bevat tusfehen de veertig en vyftig Soorten,
welke, naar de Kleur, in Wit- Rood- en
Geelbloemige onderfcheiden zyn.
A . Met Witte Bloemen.
(1 ) Middagbloem met overhoekfe , Spilrond- _
achtige jlompe Bladen, die aan den Voet antbemum
kUTlthaCllTlg zyft» Knoop*
bloemig,
Deeze groeit, in Egypte en in ’ t Napelfche,
op Zandige plaatfen aan de Z e e , die van den
Vloed befproeid worden.
Middagbloem met overhoekfe Eyronde Te- ' n.
0 - , , , , T Cryflaltipelige
gegolfde Bladen, in num.
Yskruidig.
(1 ) Meftmbryanthemaris Fol. altern. teretkisculis obtufis,
B3fi ciliatis. Syft- Hat. XII. Gen. 6z%. p. 344- Tjg. XIII.
389. l i . ups, 129. Kali Crasful* minoris foiiis. C. B.
Pin. 289. Mor. S. S‘ T. 33. f. 7» Kali Neapolitanum Ai-
zoides repens. Col. Ecphr. II. 72, T. 73. Kalii fecundum.
Alp. JEgyP1- IZ*‘
(2) Mefembr. Fol. altemis ovatis, Papuloiis undulatis. H.
Cliff. 2ï6. ups. 127- R- Lugdb. 281. K. ï. GOUAN Monsp.
2+3. FABK. Helm/}. 247* Mes. Cryftallinum. Dill. Elth.
T. ISO. f. 2 2 1 .-Ficoides Afiicana Fol. Plantag. un-
dulato, Mteis Argenteis asperfo. Bradl. Succ. j . T. 1,5.
f' 48‘ A 3
II. DiEL. IK* Stu*.