Dit wordt een Takkig Heeflertje van een Ei*
ie en meer hoogte, en is derhalve niet zeer
natuurlyk uitgedrukt in de Afbeelding van
H e r m a n n b s . De Blaadjes, die het heeft,
een kleine Bink dik , zyn driekantig, en rauw
door een menigte van Puistjes, Zeegroen van
Kleur. De Bloem , ’s morgens open gegaan,
gelyk zy verfcheide Dagen agtereen doet, fluit
zig op den Middag als de Hitte dei Zon niet
kunnende verdraagen, zegt D u l e n i o s ( * ) ,
die aanmerkt dat de Zaadhuisjes vyfhokkig zyn',.
maar door de nattigheid open gaan, bevatten-,
de in ’t midden , onder eene Vliezige Ster,
veele Zandachtige, kleine, donker geele Zaadjes^
. (34) Middag bloem met driekantig half Rolronde
^»DEEL.
> XIII.
Hoofd.
s t u k .
Vyfwy-
V>ge.
XXXIV.
Jlfefembry-
qnlhemum
Gornicuia-
tum.
Gehoornd
ruuw geftippelde Bladen, die boven
den Viet met een verheven Streep zyn fa-
mengegroeid.
Dee-
(*; Zyn Ed. haalt het gezegde aan , van. Hebmannus , dat
de Snïaak der Bladen Zoutig is of Waterig laf, naar de hoedanigheid
van den Grond , waar het groeit: want, zegt hy,
4s Planten die aan Zee groei jen moeien een zouten. Smaak heb-
ien; doch wy weeten dat dit niet altoos plaats heeft, en hier
voor zagen wy , dat maar het Eetbaare alleen en, het Gekroonde
aan den Zeekant groeijgn zouden.
(34■ ) Mejembryantbemum Fol. rnquetro- femi - Cylindricig
fcabridp • punólaris &e. Mes. Fol. Cornieulatis longioriSus
.& brevipnbus. DiLL. Elth. f. 252, 2j3, 2j4-Ficoid.es
Capenfis folio triangiilari. Pet. Gaz. T. 77. f. i 0. Ficoides
Afric. reptans &c. Bradl. Sucg. iv . p. 1*. T. 40.
Deeze Soort, die Gehoornde van D i l l e - IV.
k i u s gebynaamd i s , heeft groote Bloemen,
van binnen bleeker , van buiten hooger geel Hoofd*
o f Oranjekleurig. Z y gaan eerst omtrent den^utr.
Middag open cn beftaan uit fpitfe Blaadjes
gelykende , voor ’ t overige , naar de Paardebloemen,
De Bladen zyn Hoornachtig, korter
o f langer, en de Steeltjes, waar aan de Bloemen
groeijen van een Handbreed tot een Span
hoog: de Kelk is vyfbladig 'ï de Zaadhuisjes., in
figuur naar een Kaasje gelykende, zyn in vyf-
tfen of zestien hokjes verdeeld.' van boven met
een Ster gedekt van even zo veel Straalen, zegt
die Autheur,
( 3 j ) Middagbloem met platachtige Lancetvormige
t ongeftippelde , uit gebreide , on- amhemum
derfcheidene , gepaarde en overhoekfe, af-
ftandige Bladen.
Middaabloem met platachtige langwerpig xxxvi.
Ly ronde , eemgermaate getepelde , lrops-y&rdradd.
wyze famengegroeide Bladen en driebladige
tweehoornige Kelken.
Van
f i i ) Mefentbryanthersum Fol. planiuJCtfiis Lanceolatis &c.
jkiefembr. tortuofum Foliis Sedi expnnlïs. Dil l . Elth. f.
. i n . Ficoides GapenGs Folio lato acuto. Pet- Gaz. T. 78.
f . 10. Fic- Afr. procumbens &c. Bbad l . Succ. III. p. 7- T. is.
(3«) Mefembr. Fol. planiusculis oblongo - ovatis &c. Ata.
tortuofum Fol. Sempetvivi congeftis. D u x . Elth. f. 212.
Mes. Fol. planis oppoGtis &c. H. Cliff. &t B-. Lugib. N-. 10, ,
II. O KIL. IX, STUK,