JÉ frT'rrfii WÊtÊÊM
H j
l i l 1
198 ■ : V e e e m a n n ï c e K r u i d e k .
IV. In Virginie groeit deeze Soort, welke Wor-
Afdeei..
'X'iV. tels als der Asphodillen h e e ft, en Bladen als
i 'T.Ï*.
1 Hl ijl
l i I I
11
H oofd-
STUR.
Veelwyde
Akelei j eb , volgens P l u k en e t . De Bloemen
komen voort op laDge enkelde Steeltjes,die
getropt zyn , en met een Kransje van vier zo- M danige gelteelde Bladen omringd, K a l m vondt
h é i i i i i dergelyke in Kanada, met witte Bloemen en
f e l 1 geele Meeldraadjes.
:£ v j l l l l ü
A T R A G E N E .
p i Dit Geflagt wordt gezegd een vierbiadigen
Kelk en twaalf Bloemblaadjes te hebben; doch
mal elders merkt men aan (*) , dat het een dubbelde
Bloem heeft, van vier groote buitenfte en
m k
p | 1
twaalf binnenfle Blaadjes, zonder Kelk» De
Zaaden zyn met Staartjes voorzien.
Het bevat drie'Soorten, een Europifche, een
p |j; 1 Kaapfe en een Oostindifche, als volgt.
l i mi Hlil I. ( i j Atragene met dubbeld drievoudige Zaagsl
p
1 f li
Jltragent
'Alpina.
m
iVj. flifl'iMff j, Iéfjji
AlpAche
yys getande. Bladen en vier buiten, - Bloem•
blaadjes. ,
f a l|ic/ï ®»1
Deer
l
(*) In de optelling voor aan de Klasfe: welk verfchil,
iSilj li meermaals door my opgemerkt , voorhedagtelyk fchynr ge-
V jJjp ijli maakt te zyn door den Ridder, om dat het onzeker is, of
r 4
m I
men die vier buitenfte Bladen voor den Kelk moet houden.
Ook ft ;at aldaar , dat de Zaaden gebaard, hier dat ze |s|
I1 • '11 Jlaart zyn.
m m (1) Atragene Pol. dnpl. ternat.s ferratis &c. Syft. Nat. XII.
K--&1 Hj C ol 6ss- p- 37«* XIII. P- 4&i* Clem, Fol. Gord. ere-
1 tJF
r & l
■ H l i
B B I
Ijl f g
na-
1 1
l ' f l l 1 »
P I ~ T
P O L Y A N D a i A . 199
Deeze Plant, die op het hooge Gebergte van Iv .
Verona, Ooftenryk en in Siberie groeit, tevoo* F®®EL*
ren met haare ruige Zaadhoofdjes , veel naar Boofd-
die der Keukenfchelle gelykende , doch thansSTUK'
nader, door den kundigen M i l l e r , in
gebragt, geeft Stengen van twee of drie Ellen
hoogte , zegt B a u h i n u s , en vertoont z ig ,
door haar Gewas, als een Soort van Clematis.
De Bladen, ovaalachtig getand, zitten met hun
drieën opeen gemeen Steeltje,dat zig wederom
drievoudig aan den gemeenen Bladfteel verbindt.
D e Bloemen, blaauwachtig wit of paarfcb van
Kleur, zitten ieder op een zeer lang, dun Steeltje.
De Ooftenrykfe heefteen klimmende Steng
en verfebilt grootelyks van de Alpifche, zo de
Heer J a c q u i n aanmerkt.
(2) Atragene met drievoudige Bladen, de Blaad- ir.
jes ingefneedengetänden vyf buiten- Bloem• clpetßst*
blaadjes. Kaapiche.
Aan de Kaap der Goede Hope is de Groeiplaats
van deeze Soort, die door den Hooglee-
raar J. B o r m a n s ü s zeer uitvoerig in Plaat
genatis.
R. Lugdb. 4.87. Cletn. Alpina Geranifolia. C, B. Pin.
300. Prodr. 135. PLUK. Alm. loj>. T. 84. f. 7. MöBIS-dliß.
III. S. 15. T. z. f. uit. Cle.mtis emeiata Alpina. Pon. Bald.
335. MlLL. Ic. T. 284. jAcq. Vind. 248.
(2) Atragene Fol. ternatis , Foliolis inctfis dentatis 8cc.
Puls. Fol. trifidis dent. Fl. incarn. pleno. Burm. Afr. 148.
T. Sa. Puls. Apii folio rigido , Flore magno. HERM. Afr. i j ,
Berg. Cap. 148.
N 4
II. De« .. IX Stuk.
.. i » 'S I