IV .'
A fd e e l ,
XV!.
H oofds
tu k .
v.
Jlutoias
Cakile.
Etiropi«*
fche.
zynde met Eyronde Bladen en getroste Bloemen
, fchynt hier van te verfchillen. Het werdt
van de Banjaanen tot Spyze gebruikt.
(5) Knodsvrugt met Eyronde effens tweefnydi-
ge Haauwtjes.
D e e ze , die aan den Zeekant van Holland, by
Santvoort en elders ; ook buiten Stavoren in
Friesland, en verder aan de Kusten van Europa,
als ook van Afrika en Amerika, ja zelfs
van Ysland,op veele plaatfenvoorkomt,worde
deswegen Zee-Raket, in ’t Franfch Roquettede
Mer geheteD. Z y heeft, naamelyk het L oo f van
Rakette, en wordt gehouden voor het Cakile
van S e r a p i o n ; des T o u r n e f o r t ’et
ook dien naam aan geeft. De Bladen zyn uit-
gefneeden, dik en Vleezig;de Bloemen paarfch-
achtig rood; van grootte en figuur als die der
Stekraapen ; de Zaadhuisjes naar een Piekyzer
gelykeDde, uit twee deelen beftaande, ieder met
ééne holligheid en één Zaad. Somtyds zyn de-
zei ven vierhoekig, van onderen getand, zo
G o ü a n aantekent. Behalve de Breedbladige
vindt men ’er Verfcheidenheden van, met Lini
(5) Bunias Süiculis ovatis laevibus ancipitibus. Gcrnw
Monsp. 335- Gort. Belg, 197. Cramhe Fol. Siicculentis
Linearibus &c. Xauv. Mor.sp. 28O. Raphanus Süiq. ovatis
angul. monosperrais. Fl. Suec. s«9. Gron. VWg. 98. H.
Cliff'. 340- R- Lugdb. $44, Eruca maritima Italica &c. C,
B. Pin. 99. Cakile mat. Fru&u Haflaeformi. Tourne. Ccr.
49. T. 433, Cakile Serapionis. Lob. Ie. z i i .
Ü l
T E T R A D Y N A M 1 A. 74'
rïaal Vindeelige en met Lancetvormige inge- IV.
r . , , Afdef.l,
ineedene Bladen. x i.
FIoofd«
(6) Knodsvrugt met gewrichte , tweefnydige, sTUK.
van boven rondachtige Haauwtjes; deBla- vi.
den gevind mei omgeboogen hoeken. Myagroi.
des.
(7 ) Knodsvrugt met vierhoekige overal IVrat-siberifche.
Baleaiifche.
tig gedoomde Haauwtjes, de Bladen rappig
uitgehoekt. ‘ Igypti-:
(8) Knodsvrugt met flekelige Haauwtjes, £e*fchy jlir-
vinde Bladen , de Blaadjes eenigermaate BaUarica.
getand.
Dus onderfcheiden zig deeze drie Soorten
genoegzaam , waar van de eerfte in Siberië,
de tweede in Egypte, de derde op de Baleari-
fche Eilanden groeit. Allen zyn het Jaarlykfeof
Zaay-Gewasfen. De Steng wordt in de twee
laatften een Voet , in de eerfte, die veel naar-
’t Myagrum gelykt, twee Voeten hoog gezegd
te zyn. Deeze heeft de Bloemen paarfchachtig,
de twee anderen geel.
I s a t i s. Weede.
De Kenmerken van dit Geflagt zyn , ern
Lan-
(6) Bunias Süiculis biarticulatis ancipitibns &c. Mant. 96.
(7) Bunias Süiculis tetragonis , undiquè Verrucofó - muri-
catis &c Syfl« Nat, XII. App. p. 231. A 9. Petrop, XII. p,
509. T, 11.
(S) Bunias Süiculis hispidis , Fol. pinnatis &c. Mant. 429.
A a a 4
■
■
mY
.ZxhL |
w m . I
m«WWmm
w m m1
f |g |
* 1 1 1 1
m é t ]
MSS
m m
M l
■ a s lI ffBB] Sm
f e
M l