r IV. of Voet van een Beest betekent. Diebenaamïn-
AFx vEL*gen zyn inde Europeaanfche Taaien nagevolgd.
Hoofe- De eerfte Soort, evenwel, is zagt en niet ge*
«tuk. doornd , verfchillende dus zeer van de laatfte,
Schmizaa-die de Bladen ook veel dieper verdeeld heeft en
naar de Diftels gelykt. De eerfte wordt Tamme
Beerenklaauw geheten, om dat z y dikwils in
de Tuinen wordt gekweekt wegens de fraaiheid
der Bladen, welken de Ouden in het Snywerk
der Kapiteelen van Kolommen, als ook tot Hand»
vatzels van Bloempotten en andere Orua'menten
der Bouwkunde, nabootften. Ook telt menze, in
de Geneeskonst, onder de verzagtende Kruiden.
Beiden hebben zy eenopftaande Steng,aan welke
de Bloemen op even de zelfde manier voortkomen,
die ook van gelyke figuur zyn. De Kelk
beftaat uit zes Blaadjes, zegt Gouan, waar
van het boven fte en onderfte breeder zyn, hebbende
wederzyds twee kleine fmallere Blaadjes.
De Bloem heeft eene breede Onderlip, van voo-
ren in drieën gedeeld, van agteren Ringswyze;
terwyl de vier Meeldraadjes, Houtig f t y f , aan
’ t end een Meelknopje hebbende als een Schui-
jertje, de plaats beflaan van eene Bovenlip. De
Vrugt gelykt naar een Eikel, die in de Kelk
aanrypt, en tweehokkig is, bevattende bultige
Zaaden. Op Sicilië en in ’t Napelfche is dit
Kruid zeer gemeen. In Languedok en Provence
groeijen de beide Soorten. 3
(3) Bee-
D i d ï n A M i a » 58$
(3) Beerenklaauw met Lancetvormige effen- ^ IV.
reindige Bladen, die aan den rand gedoomd xw
Hoofd«.
J STUK.
D eeze, die men wil dat de Echte Tamme nu
Acanthus van D 1 os co a 1 d e s zou zyn, werdt piosem.
door R a u w o l f , van wien zy op den Berg ^ ‘heelWa,
Libanon in Paleftina gevonden is, Welfchen Be-eng.
renklauw geheten. M o r i s o n en B o b a r t
hebben, volgens de aantekening v3n R a j u s ,
te regt opgemerkt, dat dezelve door de Kenmerken,
die in de bepaaling gegeven zyn, van
de andere Soorten van dit Geflagt verfchille./
(4) Beerenklaauw met uitgegulpte Tandswys’ iv.
gedoomde Bladen, en eene Heejtenge Jte» H u iu b ia -
kelige Steng. dl£‘
Op Slykerige zoute Gronden , aan de Zeekusten
van Oostindie , komt deeze voor, die
by R umphi ü s den naam van Oostindifche
Hulst voert, als een Heeftergewas zynde, dat
veel naar Hulst of liever naar deSteekendePalm
gelykt. ’t Is een Heefter van drie of vier Voeten
S ( 3 ) Acanthus F o l . L a n c e o la t i s in t e g e r r im is m a r g in e S p ï -
n o f is . G R O N . Orient. 1 9 1 . A c a n th u s D io s c o r id is v e i f a t iv u s .
rauw. hin. 2Sj. Raj. Suppl. 6%6.
■ (4) Acanthus F o l. repandis d e n t a t o - f p in o f i s & c . Osb. Itin.
92. A c a n th u s M a la b a r ic u s A g r i f o l i i f o l io . PET. Qaz. T. 94«
f. u . F r u t e x J n d icu s S p in o fu s & c . PLUK. Phyt. z6i. f .' 4-
C a r d . A q . f iv e I n d s tu m D i liv a r ia . C AM M . Luat. 6 . N . 16.
A q u i f o l iu tn In d ic u r a . R D M P H . Amh. V I . p . K 3« T . Tl.
Paina - Schuilt. Hort. Mal. II. p. 93. T. 4 *«