IV. D I L L E NI u s fchynt eene Verfcheidenheid van
Arxv EL' een o f andere uit te maaken.
*tuk.D* (5) Viltkruid met de Bladen overhoeks gevind;
v. de Blaadjes gefnipperd; de Kelken gewold.
Phlomis
C6) Viltkruid met Eyronde Bladen, die van
perd. onderen Wollig zyn; de Omwindzels Els-
_ v}‘ vonnis gellrekt driedeelig. Samia- ° ° f
“ vijJ ’ ( 7 ) Viltkruid me£ ßekelige Borfielige Omwind-
Hirba zeis . de Bladen langwerpig Eyrond en
^stekelig. ruMOV ; de Steng Kruidig.
vin. (8) Viltkruid «zet Elsvormig flekelige Omwind-
Knobbeüg. jteh i de Bladen Hanvormig ruuw; de Steng
Kruidig.
Van deeze vier, door haare bepaalingen genoegzaam
onderfcheiden, is de Groeiplaats der
eerfte
(5) Phlomis Fol. alternatim pinnafis &c. Phlomis Or. Fol.
ladniatis. T ournf. Cer. 10, R. Lugdb. jt8 . N. 4.
(6) Phlomis Bol. ovatis fubtus tomentofis, &c. Phlom. Invol.
Radiis Sub. ftriftis. H. Cliff". 315. R. Lugdb. 318, N. 3.
Phl. Samia Herbacea Folio Lunari*. Tournf. Car. 10.
(7) Phlomis Involucris Setaceis hispidis &c. H. Ups. 17 1 .
Cliff. 3 15 . R. Lugdb. 318. N. 2. COUAN Monsp. 286. GXR.
Prov. 2S4. Marrub. nigr. longifolium. C. li. Pin. 230. Herba
Vend Monspelienfium. J. E. Hiß. III. App. p. 854* Herba
Vend. Lob. I c . 3 32.
’ ( s ) Phlomis Invol. hispidis Subulatis &c. Phlom. Fol.Cor-
diformibus &c. A 3 . Goett, 211. T. 12. Phlomis Urtica: folio
glabra. Amm. Ruth. 4 0 , 39. Gal.maxima Fol. Hormißi.
Buxb. Cent. I. p. 4. T. 6.
eerfte in de Levant, der tweede op Samos,der IV;
derde in Perfie, Tartarie en de Zuidelyke dee-A™^EL*
len van Europa , der vierde op de Velden van Hoofd-
Siberie. D ie , welke Herba Venti o f Windkruid5™ '^
van Montpellier genoemd wordt, groeit aldaarptrm i!?u
twee Voeten hoog, hebbende ftyve ruuwe getande
Bladen en blaauwachtig paarfche Bloemen.
De vierde heeft eens Mans langte(*)en
is aan de Wortels met Knobbels gelyk Aard-,
appelen begroeid. De Kelken zyn ftekelig getand
, zo wel als de Bovenlip der Bloemen. In
Arabie vondt F orskaqhl een Viltkruid met
witte Bloemen, dat de Omwindzels Palmswys’
Draadachtig hadt, de Bladen Eyrond Zaag-
tandig.
(9) Viltkruid met Lancetvormige eenigermaa- ix;
te Zaagtandige Bladen, end- Hoof dj es en zeiifmcL
agttandige Kelken. ' p^ lvu1'
°P hg. 2.'
(*) Altitudo humana zegt GOUAN ’er van :]by EuxbaUm
vindt men flegts van een Voet hoogte gefptoken, doch dit zal
eetj Drukfeil zyn; dewyl zyné benaaming dan weinig zou
ftrooken, zo min als de Afbeelding, alwaar het bovenftedec
Steng omtrent een Voet én het Blad meer dan een half
Voet lang vertoond wordt.
(9) Phlomis Fol. Lanceolatis fublèriatis &c. Leonurus Fol.
Lanc. fublerr. obrufiusculis. Fl. Zeyl. 227. Cardiaca f. Leon.
Hysfopi hirfmis foliis &c. Pluk. Alm. 81. T. 118. f. 4.
Clinnpodtum Hysfopi latioribus foliis Maderasp. PLUK. Phyt.
T. 1S4. f, 2, aüt. T. 103. f. 6 , aut. T. 80. f. 7. Hetba
Admitationis. Rumph. Amb. VI. p. 39. T. 16» f. I. (&.
Leoautus Indicus. Sp. PI. S17.
Aa 2