$t2 T we ëmagt ig e K ruid en .
'jv. Geflagt in' OofHndié waargenomen heeft, is liet
Afdeel genaamd. De Kelk is tweelippig, met de bö-
Hoo^ij- ven^e Lipdriepumig. De Bloem , naar die Van
stu k . ’c Vingerhoedkruid gëlykeode, heeft de Boven*
^ciittUzaa. lip byna geheel en terug geboogen; de Ondéf*
>£e' lip in drieën gedeeld. De vier Meeldraadjes zyn
korter dan de Bloem én twee derzel ven hebben
nog de langte van het Pypje niet; zy hangen
paarswyze aan de Onderlip en de twee bovenfte
hebben op zyde een Takje dat niet geknopt is,
De Styl is Draadachtig, de Stempel Slakvor-
mig tweedeelig j het Zaadhuisje langwerpig met
menigvuldige Zaadjes; en kwam den Heer Os-
b e c k voor, eenhokkig te zyn,
i. Deez' vondt de eenigfte Soort, daar van (O*
in China , hebbende ovatie-, kort geheelde ,
oostmdi- gekartelde Bladen, tegen elkander over. ’t Is een
laag Plantje , naar ’t Oogentröost of Aardveil
geiykende met een Smoelachtige Bloem , die
grooter of kleiner valt.
De Soorten van Besleria , een klimmend A-
merikaanfeh Gewas , zyn ook, zó wel als die
van Craniolaria, reeds befchreeven,des kómen
wy tot de
. S C R 0-
( i) Toreniai Syfi. Nat. XII. Gen. 754. p. 412. Neg i i t l .
p. 468. Am. Acad. lil. p. 25. Osb. ltin. 210,274. Euphra-
fi* affinis pufilla; planra. Pluk. Amalth. gr. T. 373. f, j..
Atarinz foliis & facie Caps. bivalvi Hgnofa. PLUK M m. tg.
T. 360. f. 3. Hederz terreftris Sp. Comm. Mal. 35. Kaka-pq,
Hert, Mal. IX. p. 103, T. 53, üurm. Fl. Ind. p. 13 j.
D I D Y N A M I A. 513
S c r o r i l ü l a r i a . S c ro fe lk ru id . IV .
A ïD E K L ê
De Kenmerken daar van zyn; een vyfdeeli*
lige Kelk; een Kloocrondachtige Bloem , ’tgTUK# '
onderfte boven, en een tweehokkig Zaadhuisje,
Het bevat de vyftien volgende meest Europi--/l^r"’a*
fche Soorten.
(1) Scrofelkruid met Hartvormige Zaagtandigefpitfe
Bladen , van agteren rond} defia°MaH-
Steng ftomphoekig* vifSucju
Veel gelykt deeze Virginifche, die volgens
Ray Brandenetel“ Bladen heeft, naar de volgende,
doch valt eens zo hoog. De Bladen zyn
lang geheeld, tegenover elkander geplaatst en
hebben den Reuk van Vlier. De Bloempjes
zyn groen van Kleur met een ros Lipje.
(2) Scrofelkruid met Hartvormige drieribbige n.
Bladen en een vierhoekige Steng. Knoopig
Dit Kruid , wegens de knobbeligheid zyner
W o r -
( 1 ) Screpbularia V o l , C o r d . S e r r . a c u t is & c . Syft. Nat.
Xll. Gen. 75«. p. 413. Neg. XIII. p. 4Ö8. H. Ups. 177.
G j i o n . Nirg. 7 1 , 9 5 . S c ro p h . M a i i la n d ic a & c . R A j , SuppU
I 3 9S.
(t) Scrophularia Fól. Cord. trinerviis &c. Mat.Med.3t0.
G o r t . Belg. i r s . FL Suec. 5 2 0 , 5 6 0 . K R AM . Auftr. I8J.
H a l l . Helv. 6 1 3 . G o u a t j Monsp. 3 0 3 . G E R . Prov. 2 8 8 .
R. Lugdb. 293. Scrophularia nodofa foerida. C . B. Pin. 235.
Scrophularia. DoD. Pempt. 50. CAM, Epif, 86«. Sctoph.au-
jor. Lor. Ie. %33,
K k