IV.
Afd e e l .
XVI.
Hoofds
tu k .
Haauvjdrängende.
IV.'
liapbanu}
Sïbiricus.
Siberilche.
738 V IERMAOTIGE K r ü IDEN3
I g Vrankryk wordt deeze Raifort Sauvages
dat is Wilde Radys, genoemd en hier te Lande
by de Boeren Keyk,zegt de Heer d e G o r t
e r . Op de Akkers en Bouwlanden, in veele
deden van Europa, is dit Onkruid gemeen. Het
heeft met de Herik o f Hederik, voorgemeld,
veel overeenkomst in Gewas, doch verfchilt
zeer door de Haauwen , die het alhier t’huis
brengen. Daar komen Verfcheidenheden van
voor, met witte , geele o f paarfche Bloemen.
Het is fcherp en van een Berken Reuk.
(4) Radys met Spilrondedikachtige ruige Haauwen
en Liniaale Hindeelige Bladen.
In Siberie groeit deeze, zynde een klein Plantj
e , dat de geflalte van Raket heeft , met de
Stengetjes meestendeels naakt; de Bloemen
groot en geel; de Haauwen als Koraal-Kettingen
met een lange Snuit. De figuur der Smaa-
kelooze Alpifche Cardamine , b y C o l ü m n a ,
gelykt naar dit Kruid.
De Heer F o r s k a o h l heeft b y de Piera-
mieden in Egypte, aan de kanten der Landen
en op een Eilandje i n ’t Riet, eene Soort van
Radys waargenomen, welke h y Lierbladig noemde.
Dezelve hadt flekelige Stengetjes van een
Voet
ipfi. Gouan Mtmsp. 33*. Kram. Aaflr. i 99. h a l l . Hefo. sss-
Rapiftrum Flore albo, Siliqua ai.ticulata et FI. luteo. C. B.
Pin. 95. Rapiftrum Flore albo Erucae foliis. Lob. Ie. 199,
(4) Raphanus Sil. teretibus torulofis villofis &c. Raph, Fol»
. innatis Pinnis confluentibus. Gmsl.
Voet hoog , aan den Wortel leggende en dan IV.
weder opfiygende. AFxvL *
H oofd»
B u n 1 A s. Knodsvrugt. stu k.
Een afvallend, rondachtig geknot Haauwtje, Stl’1aef*'
met vier hoeken die ongelyk Doornachtig ge-
fpitstzyn, maakt de Kenmerken uit van dit Ge-
flagt, *t welk de agt volgende Soorten bevat.
( r ) Knodsvrugt met wyd gemikte tweehoorni•
r.
Bunins
»rnuta.
Gehoorn*
ge Haauwtjes , die van onderen gedoomd co
%yn.
In Siberie groeit deeze, een zonderling Kruid,
dat het Haauwtje dwars ovaal heeft, wederzyds
uitloopende in een zeer lange Berke Doorn, zo
dat het tweehoornig fchynt , in ’ t middeü vier
regte kleine Doorntjes hebbende.
(a) Knodsvrugt met gedoomde Bloemtrosfen. ir.
Spinofa,
De eze, die den raam van Gedoomde Kool by ^edoom-
A l p i n d s voert, groeit in de OoBerfche Landen
en in Barbarie. De Stengen heeft zy een
Voet hoog , Bfesachtig , de Bladen langwerpig
Ëy-
(1) Banias Siliculis divaricato - bicornibus Bafi fpinofis.
Syp. Nat. XII. Gen. S is . P- 44^. Veg. XIII. p. J04. Burfa
Paftoiis Orientalis , Draba foliis, Süiquis cotnutis. TOURNF.
Cor. i j .
(1) Bunias Racemis Spinescemibus. Bunias Siliculis ovatis
ïcutis &c. TURK. Farfei. i i Brasfica Spinofa. ALP. Exot.
201. T. 200. C. B. Pm. u i . Froir. 54. Cranabe Spinofisfi-
ma Aiabica. SHAW. Afr. 179.
A a s