A fd eel .
X V I .
H oofdstu
6$6 VlERMACTIGE K rüIDÈï?.
meenlyk Penningkruid tytelt. Somtyds noemt
men het ook Leucoium Lunatum , wegens de
Bloem, welke veel naar die der Violieren gelykt.
Hier van is de laatfte het gewoone, dat men
'in de Bloemhoven zaait wegens zyne fierlyk-
heid, een Plant uitmaakende, die in het tweede
k .
Haauw
tjetdra*.
ginds.
Jaar bloeit en dan verdort of geheel vergaat;
middelerwyl met zyne Zilverachtige Haauwtjes,
die meer dan eens Duims Nagel groot zyn,
pronkende. Weinige Planten vindt men, welke
dus,door hun verwelken, den Tuin verfieren.
Ondertusfchen heeft het zeer zwaare Wortels ,
byna als Franfche Raapen , waar van het Bul-
bonac heet, en het Loof beftaat uit groote Ey-
rond Lancetvormige getande Bladen; brengende
op een Steng van een of anderhalf Elle hoogte
een fierlyke Pluimkroon van paarfchachtige
Bloemen vo o rt, welke, gelyk in de overigen,
uit vier Blaadjes in ’t kruis beftaaD, even als in
de Violieren , tot welken het door fommigen
is t’huis gebragt. De andere Soort heeft een
overblyvenden W o r te l, en ruikende Bloemen.
De Zaadhuisjes zyn in deeze veel langwerpiger
en puntig , bevattende , gelyk die der andere,
platte ronde bruine Zaaden. De andere groeit
natuurlyk in het Thurïnger- Woud ; deeze is
in Switzerland niet ongemeen en komt ook in
Ooftenryk op fommige plaatfen voor. Z y valt
overvloedig in de Berg - Bosfchen , zo van Opper
als Neder - Ooftenryk, volgens C lus iüs ,
die aanmerkt, dat menze ook Griekfch o f Welrie'
riekend Maankruid noemt (*_) , hebbende de IV.
Bloemen byna den Reuk van Violette of Da-AF£yf/**
maftbloemen maar het Kruid is fcherp met Hoofd.
aanmerkelyke bitterheid. «t u k .
O f deeze twee Soorten weezentlyk verfchil- ,liculof £'
len , fchynt nog niet uitgemaakt te zyn : ten
minfte gaat het Kenmerk van de overhoekfe o f
gepaarde groeijiDg der Bladen, gelyk de Ridder
ze lf erkent, niet volkomen zeker.
Thans gaa ik over tot de Afdeeling der
Haauwdraagende.
Waar onder het eerfte Geflagt den naam
voert van
R I c o T I A .
Welks byzondere Kenmerken beftaan in eene
eenhokkige langwerpige famengedrukte Haauw ,
die platte Klepjes heeft.
De eenigfte Soort daar van( 1 ) is , wegens r.
de Groeiplaats , Egyptifche gebynaamd, volgens
den Heer J u s s 1 e u. Dezelve heeft de Bladen ca.
meervoudig Vinswyze verdeeld, op de manierEgyptifche*
van fommige Kroontjes - Kruiden , de Blaadjes
drie«
De Heet F o r s k a o h l nam in deWoeftynen [>y
Kairo in Egypte een Soort van dit Geflagt waar, die byna
niets van deeze vetfchilde , dan dat zy Liniaale Bladen hadt.
(1} Ricotia. Syft. Hat. XII. Gen. 810. p. +38. f'ez- XIII.
p. +9$. Cardamine Pol. fupiadecomp. &c. Sp. Plant, I, p.
656, Lunatia Fol. fuptadec. Sec. Mil l . Ie. 169.
T t
II. nj&EL. IX. STUK.