I7i B e s c h r y v i n g d e r
A fdeel ruuw^eid der Zaadjes ouderfcheidt dit
vi. "Kruid , dat men Wilde Kervel noemt, van de
Hoofd* Kervel, naar welke het in Gellalteveelgelykt,
ST^ wanneer zy beiden groeijen op fchraale Gron-
^wetw) rïeQ KIen vindt het, zo in onze Nederlanden ,
als in andere deelen van Europa, op wilde woe-
fte plaatfen, aan de Wegen, Dyken, ja zelfs
aan Muuren by Geneve en elders onder de Dolle
Kervel groeijende.
v. C 5) Naaide-Kervel met Elsvormige ftekelige
Axftraih. Zanden , gejlraalde Bloemen en gladde
zuiddyke. Stengen.
Deeze groeit op zeer dorre, opene Bergvelden
in de Zuidelyke deelen van Europa. Van
de gewoone Naaide - Kervel, die men Venus-
Kam noemt, verfchilt zy meest door de Groeiplaats
, zynde Reukeloos, volgens G e r a r dj
maar, volgens anderen, hebben de Bladen , als
zy gewreeven worden, eenjgermaate den Reuk
en Smaak van Kervel. Sommigen zeggen, datzy ,
gekaauwd zynde, naar Anys ruikt, weshalve,
dn om dat de Bladen eenigermaate naar die van
Vendi's.
H. Clif. ie i. \Pi. Suec R. Lugdb. ïii.Myrrhis fylveftr.
Semin. arperis. C. B. Pin. 160. MyriKis fylv. aquicolorum.
C ol- Ecpbr. I. p. jio. T. n a . Gharoph. fylveftie Sem.
bievibus hirlutis- Tqurnf. Prov. i jr.
( f ) Scandix Sem. Subulatis hispidis $cc. GoUAN Monsp,
146. Ger. Prov. i n . Scandix Cretica minor. C. B. Pin.
i j l . GaRID. Prov. 431. Tab. 89. Sc. fem. Roftrato Italica. G.
£■ Predr. 78. Anifornarathrnm. Col. Ecpbr. 1. p. gp. T, je-
K r o o n t j e s * K r u i d e n . i 73
Venkel gelyken , C o lom na haar Anifomara- IV.
thrum heeft getyteld. AfdeeL*
Hoofd-
(6) Naaide-Kervel met byna Rolronde fteke-stuk.
lige Zaaden , een ftekelige Steng én ge- vi.
'zwollen Knietjes. *
Knoop:ge.
Op Sicilië is de Groeiplaats van deeze, die
de Steng ruuw heeft door zagte omgcboogen
Doorntjes; de Leedjes van boven Knoöpig verdikt,
de Bladen driemaal drievoudig; de Vin-
blaadjes ingefneeden,ruuwenuitgebreid. Hetal-
gemeene Omwindzel ontbreekt: de byzondere
zyn twee- of driebladig, Elsvormig, klein: de
Vrugten ftekelig door opftygende Haairtjes,
lang, Rolronden aan beide enden ftomp.
(7) Naaide-Kervel met zeer ruige Zaaden, vrr.
wier Haairtjes eens zo lang zyn als hetfj™aa~
Zaad. Ruigaaïdige.
In Egypte groeit deeze volgens Doktor T or-
ra , met Stengetjes van een half Voet hoog,
byna glad, zo wel als de dubbeld gevinde Bladen
, wier Vinblaadjes Lancetvormig Eyrond
zyn, De Heer F o r s k a ohl heeft aldaar, by
Ale-
( 6 ) Scandix Sem. fiibcyündr. hispidis 8cc. Chiropli. Artica-
lis tumidrs 8cc. H. Cliff. ioz. R. Lugdb. i n . Cerefolium an-
nuum nodofum &c. MORIS. Hifi. IIT. p. 303. S. 9. T. 10.
f. 4. Myrrhis nodofa annua Seraine aspero.Mor.Bias. 2gg.
(7) Scandix Sem. hitfutisfimis, Püis Semine duplo longio-
tibus. Mant. 57.