IV.
A fdeel
VI.
H oofd
stuk.
Vyfvjyv>£
t.
574 V ï FMANNIGE KRUIDEN.
liaanen en Spanjaarden Lino , de Franfchea
Lin j de Engelfchen Flax, de Duitfchers Flachs,
waar van onze benaaming haare afkomst heeft.
Het maakt, uit een Vezeligen Wortel,ronde
Stengetjes, van één o f twee Voeten hoog, ongeregeld
bezet met Blaadjes, van een Duim lang,
Lancetvormig, fpits en groen, zeer glad. Op
den top heeft het feboon Hemelfchblaauwe Bloemen
, op enkelde Steeltjes, die veelal aan Takjes
groeijen , welke gebladerd uit de Oxels der
bovenite Bladen fchieten. Daar op volgen rende
Zaadhuisjes, met platte, gladde, bruine, we-
derzyds fpitfe Zaadjes.
De nuttigheid van dit Kruid is ongeftieen. De
Vezelachtigheid van deszelfs Stengetjes maakt
het binnenfte daar van, door zekere bereiding ,
die men braaken noemt, bekwaam voor de We-
veryën van het Linnen, welks menigvuldig gebruik
om het Lighaam zuiver te houden en tot
den opfehik der Vrouwsperfoonen, t ’over bekend
is. Ook weet men , hoe, van het afge-
fleeten Linnen , de Vodden ftrekken tot het
thans in de Samenleeving zo onontbeerlyke
Papier , dat de Grondflag der Geleerdheid, het
Werktuig der Correfpondentie en de As is,
waar op de Koophandel draaiu Ondertusfchen
wordt op de Eilanden aan de Middellandfche
Zee en in de Levant, zo T ou r n e f o r t verhaalt,
het Vlafch alleenlykgezaaid, om de Olie
uit het Zaad, welke men aldaar tot de Spyzen
gebruikt. Die Olie is ongemeen verzagténde,
ca
P » w X A K o &. I JL,
en dient derhalve, inwendig^ tegen ’t Graveel, IV.’
den Rooden Loop, Bloedfpuuwing en alle Kwaa* Afdeel«
len, die uitfeherpe StoiFen ontftaan, mids men Hoofd-
*er een groote veelheid van inneeme. In K ly -8TUÏ*
fteeren wordt zy byna altoos gedaan. Uitwen-
dig gebruikt menze, om plaatfèn, waar menzig
aan ’t Vuur o f gloeijend Yzer gebrand heeft, te
beftryken. De Schilders mengen hunne Verwen
met gekookte Lyn - Olie : de Drukkers Inkt
wordt van dezelve gemaakt: men brandtze in
Lampen , enz. Het Zaad op zig zelve, o f het
Meel daar v an , kan gegeten worden, gelyk
by gebrek van Koorn, wel gefchied is ; doch
het valt zwaar om te verteeren.De Lynkoeken,
waar de Olie is uitgeperst , ftrekken tot goed
Voedzel voor het Rundvee.
(2 ) Vlafch met de Kelken en ZaadhuisjesJlomp: ir.
de Bladen overlweks Lancetvormig effen-pem ™
randig. orabiy-,
, tenci.
Deeze ovefblyvende Soort van Vlafch, valt
in Siberie als ook in Engeland; maar de Stengen
van het Siberifche waren opftaande, die
van het Engelfche leggende zegt de Ridder, en
vraagt o f dit altoos plaats hebbe? R a y zal zyn
JEd»
(&) Lima Calycibu* CapfulLsque obtufiusculis &c. Mill.
S it l. T. 1S6. f. Z. H. Ups. 7z. R. Clif.. u +. r . Lugdi.
434- Gouan Mtmsp. i j s . Liman perenne rtiajus cceruleam.
Moeis. Hifi. u. p. 573. Liman fylyeflie «wal. peiennc
cteaius &c. Raj. 4 ngl. III. p. 3 St,
S 2
II, DHi.,vmt Stuk,