IV,
A fdeel.
vi.
H oofdstu
k .
IX.
Eryngium
jHpinum*
Alpiiche*
zeis beftaan uit Lancetvormige Blaadjes , dié
insgelyks langer dan de Hoofdjes zyn, volgens
den Heer G o u è n , door wien deeze Soort by
Montpellier waargenomen werdt.
(a'j Kruisdiftel met gevingerde , gefnipperde,
rondachtige Bladen , een langwerpig veel-
bladig Hoofdje en driedeelige Borjlelige
Stoppeltjes.
Deeze heeft de Bladen byna rond, in vyven
gedeeld, met byna gegaffelde Slippen, dié ver-
fpreid zyn en plat. De Bloem Beekjes, uit den
Top voortkomende, draagen langwerpig ronde
Hoofdjes , met veele lange Vinswys gedoomde
Blaadjes omringd. De Kafjes zyn Borftelig,
in drieën gedeeld*.
T o t deeze Soort zal buiten twyfel de tweede
van den Heer H a l l e r behooren;, welke zyn
Ed. noemt Kruisdiftel, met de Bladen by den
Grond Hartvormig , onder de Kroon gevind,
op de kant gehaaird en zeer menigvuldig ■ (*).
Dezelve, op verfcheide plaatfen der Switzerfche
Alpen waargenomen, hadt de Steng naauwlyks
een Span hoog, met één Bolrond Hoofdje ,
ftaan-
(9) Eryngium Pol. digitacis, lacimaris, oibictitatis &c, Syft.
Pog, XII.I. Ment. 349, Eiyajs’iom Alpimim Spinis Jtonidam ,
Dipfaci Capkalo, longiore. I ournf. Infl. 327. Spina alba.
DalEch Hijï 14J.7. Eryngium Aipimnn caruleum Capitulis
Dipfaci C. B Pin 3SS.
(*) Eryngium Fob ad Terram Cordatis, fub TJmbella pin»
naris, cdiatis, copioCsfimis. Hall. Hdv. 435.
ftaande in een zeer digte Kroon van Bladen. IV.
De onderften waren byna Hartvormig en flegts AF°f>EU
getand; die aan de Steng hoe hooger hoe meerHoofd-
ingefneeden. Het hadt, in zyn geheel, op deSTUK,<
Alpen eene zeer fchoone blaauwe Kleur, wel- ‘-yn,a‘
ke echter , zegt zyn E d ., niet beftendig is en
ook in andere Soorten plaats heeft, van dit
Geflagt l
H y d r o c o t y l e. Water-Navel.
Een enkekk Kroontje met een vierbladig Om-
windzel : de Bloemblaadjes niet ingefneeden:
de Zaaden platachtig halfrond.
Zodanig zyn de byzondere Kenmerken van
dit Geflagt , ’t welk v y f Soorten , meeft uitheem^
fchen, bevat, naamelyk:
O ) Water-Navel met Rondasvormie-e Bladen r, ,T* H „ ö Hydrocoty.
en yyjbioemige Kroontjes. kvuigaris.
Gemeene.
Om dat de Bladen als genaveld zyn, o f naar
die van ’c Navelkruid gelyken, voert dit Kruid
den naam van Hydrocotyle , dat is Water - Na-
vel. L o b e l noemt het Scherp Water-Nnvel-
Kruid der Noordelyke Landen : want hy hadt
het,
( i ) Hyirecotyle Fo!. pelratis , Üinbeüis quinquefforis.
Syjl. Nat. XII. Gen. izz. p. zoz, Veg. XUI. Gen 3z$. p.
124. H. Clifi,'. 88. Fl. Saec. 221, 234. R. Lugdb, 93, HALL.
Hdv. 425. MAPP. Ah. 147. GOUAN Monsp. 130. Weig. Pom*
Rug. SI. Dalib. Paris. 83, fTouRNF. Paris. 471. Infl. 328.
Rariunculus aq. Cotyledonis folio. C. B. Pin. I80. Cotyledon
Aquatica. Lob. Icon. 3 8 7. Kruidt. 470.