IV.
A fd e eu
XI.
(O Di'iebloem met vyfmannige eenwyy'gs
Bloemen.
H oofds
tu k . Op Jamaika en Kurasfau is deeze waargeno-
i. men, die van Hermannus Kurasfaufch
ma’mono- Potfelein, met Bladen van Kappers, een Mos-
ienwyvi achtiSe B!oem en een gevorkt Zaadhuisje, ge-
Ë*noemdwerdt. P l u k e n e t noemt het leggende
Kurasfaufche Kali met rondachtige Blaadjes
(O- De Stengen zyn gewricht , de Bladen
gefleeld, ftomp Eyrond, met een roodenRand,
gepaard, het eene Blaadje kleiner;de Steeltjes
kort , tweetandig. Zo men de twee onderfte
Blaadjes voorden Kelk neemt, dan is de Bloem
vyfbladig; anders zyn het Blikjes en de Kelk
beftaat uit vyf Blaadjes. Meeldraadjes komen
, ’er van zes tot tien in voor, die korter dan de
Bloem of Kelk zyn, met ovaale dubbelde Meel-.
knopjes. Het Vrugtbeginzel is ftomp, twee-
hoornig , met een Draadachtigen Styl, aan de
eene zyde ftekelig en een enkelen Stempel,
(3) Drie-
(1) Triantbema. Syfl. Nat. XII. Gen. 531. p. 257. lHf.
XIII. Gen. 537. p. 342. Trianth. Portulacaörum. Sp. Plant.
p. 325. Mant. 69. Portulaca Curasfavica procumbens &c.
Herm. Par. T. p. 213. Poxtulacat affinis &c. Sloan. Jam.
89. Hiß. I. p. 205. Kali Curosfavicum prccumbens, Pol,
fubrotundis. Plok. Alm. 202. T. 9$. f. 4.
(* ) Op zyne 94 en psfte Plaat zyn eenige befchryvin*
gen, gelyk die van dit Kiuidje , by veiwisfeling verkeerd
geplaatst.
/«■ as Driebloem met vyfmannige v"4' ^ 0 tweewyvige AfdIVe.ei, Bloemen. xi.
Hoofd»
Deeze Plant hadt Pldkenet van MadrasftxUK>
bekomen , doch haare Groeiplaats is door den ^ n. ■
Ridder getteld in Arabie. De Steng is een Voet ma per.-
lang , rond , opftaande , met gepaarde , lang^--^
gefteelde , ovaalachtige Pappige Blaadjes, Ver-nig,
fcheide Bloemen komen famengehoopt, over-
hoeks, in de Oxelen voor; zynde ongefteeld,
van binnen bleek , van buiten groenachtig. Zy
beftaan uit een eenbladigen , Klokvormigen, vyf-
deeligen Kelk , zonder Bloemblaadjes. Vyf
Borfteli’ge Meeldraadjes, van 1 angte als de Bloem,
heeft deeze. Het Vrugtbeginzel, daar binnen,
is ftomp en rood, met twee omgekromdeStylen,
(3) Driebloem met byna tienmannige tweewy- D,%ljram
viste Bloemen. Tienman-
Ji:g.
Van deeze Soort hadt de Hoogleeraar N. L.
Burmannus een Afbeelding gegeven onder
den naam van Zaleja , een Oostindifch Plantje
van Koromandel gezonden; het welke zyn Ed,,
om dat hy ’er twaalf Meeldraadjes in waargenomen
hadt, onder de Twaalfmannïgen plaatfte
(Ó Triantbema Flor. pentandris digynis. Mant. 70. Pot-
tulacae affinis Polygonoides, Blïti folio Sc facie, Maderaspa-
tenfis. Plu k . Alm. 304- T . 120. f. 3.
(s) Triantbema Flor. fubdecanfris digynis. Mant. 70. Zaleja.
Burm. Fl. Ind. 110. T. 31. f, 1.