IV. yigg Bloemen , Roedswyze Aairen , Lan-
Afdeel. cetvorniige Bladen, en geknotte Stoppeltjes
H oofd- die Borftelig gehaaird zyn.
STUK.
Zh-ievry- Uit deeze bepaaling blykt , dat de hier be*
doelde Soort de Stoppeltjes zeer lang gehaaird
en als een Baard maakende heeft. De Ridder
■ verklaart zulks , uit zyn Chineefch Exemplaar
waarfchynlyk , met te zeggen , dat derzelyer
Borftelige Haairen byna zo lang zyn als het
Stoppeltje. Ik heb ’er van Java * met die Haai«
ren een halven, ja een geheelen Duim lang,
en dus langer dan de Stoppeltjes ; verfchillen-
de daar in grootelyks van het Gelaarsde Per-
fenkruid , in Fig r. afgebeeld. Hier fluiten
ook de Stoppeltjes digter om de Steng en de
Aair is niet zodanig , maar de Steng en mid-
delribben der Bladen zyn roodachtig. Haai-
righeid of Wol word ik aan de Steng niet gewaar,
zo min als aan de Bladen, die altemaal
Laneetvormig z y n , gelyk L i n n j eu s zege:
hoewel zyn Ed. ook een Perfenkruid, met
Eyronde gladde Bladen , daartoe fchynt te betrekken.
De gehaardheid der Stoppeltjes en de figuur
japsWtï. der Aairen betrekt hier dat Japanfche Kruidje,
waar van de Afbeelding in Fig. 2 is medegedeeld.
Hetzelve heeft een dun knoopig Stenget-
' je, dat zig in Takken verdeelt, die aan ’t end
geaaird zyn. Aan ieder verdeeling en by den
oirfprong der Blaadjes, groeit een zodanig Scheedach*
achtig Vliesje , met zeer lange Haairtjes. ^ e Ap^ ’
Bladen zyn Lancetvormig , doch naar de langte j | EL'
taamelyk breed , en dun. De Blommetjes derHooFD-
Aairen zyn ook door gehaairde Blikjes, elk opSTÜK*
zig z e lv e , gefchoord , en als daar ingekast. Ik bevind
in dezelven zes o f zeven Meeldraadjes en
het Zaad is driekantig, gelyk in de anderen van
deeze Soort.
( ia ) Duizendknoop met zevenmannige twee-
wyvige Bloemen , Eyronde Bladen, een
reetopftaande Steng en ruige Trdmpetach-orimtaie.
t . . . . . Ooftetfch. tige Stoppeltjes.
Dit overal thans, zelfs in de gemeene Bloemhoven
van Europa , zeer bekende en om de
fierlykheid van zyn Gewas en Bloemen beminde
Kruid, is door T o u r n e f o r t , in ’t al-
lervoorfte deezer Eeuw , op zyn Levantfchen
Reistogt ontdekt, en uit het Zaad in ons We-
reldsdeel voortgeteeld, ’ t Is een Jaarlyks G ewas,
dat in grootte alle andere Soorten van dit Ge-
flagt verre overtreft, groeijende wel zes of zeven
Voeten hoog. Men heeft het, uit Zaad van
Smyrna gezonden , hier in de Hortus Medicus
meer
( \ i) Pelygonum Flor. heptandris digytvs C. H. Cliff. 42.
Uf>s. 96. R. Lugdb. 216. GOUAN Monsp. 199. MlIX. F>iH.
T. 201. Perficaria Orientalis Nicotianse folio , Calyce Flo-
rum purpureo. Tournf. Cor. 38. Comm. Rar. p. T. 43*
Schovanna modela- muccu. Hort. Mal. XII. p- »47- T. 76.
B0RM. FU Ind. p. 89.
d g 5