IV.
A fdeel,
' Mk-
H oofdstu
k ;.
Driewyvige.
XXXVIII.
Euphorbiez
Genijioides.
, Bremachtig.
, ,
X X X IX .
( Spinofa.
Gedoomd,
758 T wa a i fm a s n i c é K ruidei ï .
verder gedeeld. Het glgemeene Omwindzel bé-
flaat uit vier rondaehtige , f naauwlyks fpitfé
Blaadjes , waar van die der eerde Gmwindzel-
tjes (lomp Hart vormig i die, der laatden Nier*
achtig zyn, en naauwlyks gespitst..
F. Gegaffelde, met een vy'fcfeejig Kroontje.
(38) Wolfsmelk met een vyfdeelig Kroontje i
tweedeelig; de Omwindzeltjes Eyrond; de
Bladen Liniaal opjlaande ; de Steng Hee-
Jlerfg. .■
Dit Heeflertje, vAn de Kaaj? der Goede Hope
afkomftig , is door den Heer B e r g i u s
omftandig befchi;eeveh.
( 39J Wolfsmelk 'met een bynayyfd, Kroont-
tje, dat enkeld is ;• de Omwindzeltjes Ey*
rond , de voornaanijlen driebladïg; de Biet'
den langwetpig effenrandïg: de Steng Hee*
■ Jlerig. na fitj
Dit Zee-Wolfsmelk groeit op Gebergten en
Rotfen aan den -Zeekant van ’t Eiland Kandia,
Prof
? 8 ) Èaphptbia U m b é l l a q u in q u e f id A , b i f id A , I n v d lu c e l-
IIs ovatis &c.' Berg tapt 14S. Tithymalas A f ï i c a n u s F lo r e
Üerbaceo , folio Geniftac. Herw» Afr. 23.
( 3 9 ) Euphprbia U m b e l la fn b q u in q u e f id a , &rc. Am. Ac£tl>
I I I . p . i t o . Ê u p b . in e rm F r u t i c o fa & c H. Clip'. 2 0 i . - R . .
Litgdb. 19S. S a v v . Monsp. j t . G o u a n Möntp. U i . T i t h y -
snaliis msntiimis Ipinoftts. C. B. R i.'i j f .'T O li . Ragufintss
T I , l i i t e o p é n t a p e t a ló . HEBiH. ISugdb. 60 0 . T . ö o i .
»
D O D E c A N D R I A. 7 59
Provence enz. Het is niet, eigentlyk gedoomd,
maar de oude verdroogde Takjes doen hetzel xn.
ve zig zodanig vertoonen. Hierom wordt ’er dat .'^ °PD'
gene , ’t welk uit Zaad van Ragufa in de Leid-5
fe Akademie-Tuin geteeld was , ook toe be-*,-*.
trokken De Bloemen zyn meest eenzaam , de
Zaadhuisjes Wrattig , de Bloemblaadjes rond,
niet halfmaanvormig, gelyk in de voorgaande
Soort*
( 4 0 ) Wolfsmelk met een v y fd . Kroontje ;
tweedeelig ; de Omwindzeltjes Eyrond \ de Epithy-
B la d en L an ce tvorm ig Jlomp , van onderen
ruig.
Deeze , ook in Italië groei jende, komt als
tusfehen de voorgaande en volgende , maar
v e r fc h ilt door de ruigte der Bladen en de Stekeligheid
der Vrugten , die met Elsvormige
paarfchachtige Borftels zyn begroeid.
(41) Wolfsmelk met een v y fd . K ro on tje ; twee*
dee- zoet.“
f40) Euphorbi* Ümb. quinquef. bifidl &c. Tithymalus
Epithyrai Fru&u. Col. Ecpbr. 1. p. j®. r. j i . Pephos altera
fpecies. C. B. Pi«• *9*-
(41) Euphorbia ümb. quinquef. bifida, 8cc. Tithym.mon-
tanus non acrïs. Gooan Monsp. 232. Ger. Prov. 537.
KRAM. Auftr. 134. C. B. Pin. 292. Pithyüfa f. Efula minos
altera, Flor. rubris. LOB. Ic. 358- Tithym. mberotus Set-
'cus C B' Pin. 292. Tith. du'cis ■ tuberofA Radice. BARE*
le. 909. Efula daleis. Trag. 298.
Bbb 4