6 3 a T i e k m a n n i c i Ksüideh.
IV.
A fd e e l .
xi. '
H oofdstuk
,
Prieiay
XVII.
^ renaria
l/lrr.a.
Voorjaats«
gepluimde Stengetjes en f tm p E yronde
K elkblaadjes.
Deeze Soort is door verfcheidene, doeh allerfraaist
door den fchranderen V a u l a n t ,
in Plaat gebragt , die dit Kruidje , omftreeks
Parys gevonden, omftandig befcbryft. D e Heer
H a u l e r z e g t , dat het in Switzerland, alwaar
h e t , zo wel als in Duitfchland en in Siberïe ,
g ro e it; zeer veelc Takkige Stengetjes h e e ft, van
drie Duimen langte , met gepaarde en dikwils
getropte , fnialle puntige , doch niet fteekepde
Blaadjes. D e Bloempjes komen op den t o p ,
Kroontjeswyze , voort en maaken dit Plantje ,
dat ’ er op alle Steenachtige plaatfen der A l pen
gemeen is , niet onaartig.
( 1 7 ) Zandmuur m et E lsvorm ige B laadjes, gepluim
d8 Stengetjes en gefpitjle gejlreepte
Kelken*
D e e z e , die op de hooge Bergen der Zuidely-
ke deden van Europa groeit, verfchilt, zo wel
als de Vyftiende So o r t, van het Steenlievend
Zandmuur weinig ; dan in het gemelde én in
grootte. Het Gipsminnend, in de Levant door
T o u R N E F o R T gevonden, heeft de Stengetjes
een
thyllis Lychnitis ar.aua. Bahk. te. j&o. Als, Fol. conjugates,
linearibus, Fetalis integris. Hall 385.
s (17) Arenaria Fol. Subulatis, Caul. Paniculatis &c. Mant.
71, Alfine glabi? tenuitf. fol. Hesm. Par. 12. T. 12. Als.
pufiila pulchro Flore tenu;sC:n9, R aj. Hip. 103,3.
een half V o e t ; dit Voorjaars-Zandmuur heeft IV.
dezelven naauwlyks een Handpalm hoog e n ^ ^ 1“
zeer Haairig. D e Bloemblaadjes zyn, in ’t e e r -Ho o fd -
fte , wel driemaal zo lang als de Kelkpunten. STUK*
( 1 8} Zandmuur m et E lsvorm ige van onderen XVII|*
ftekelige B laadjes. . ^ bispty,>
Stekelig.
( 19 ) Zandmuur m et E lsvorm ige D oornachtige xix.
B la a d je s, opflaande S ten getjes, geftreepteJa.m?eri
K elken en langwerpige Z aadhuisjes. bh diVei"
(20) Zandmuur met E lsvorm ige B laadjes, een Tef*j.olia
gepluim d S ten g etje, opgeregte Z aadh uis- Dunbiadig!
je s en de Bloemblaadjes L m cetvo rm ig ,
korter dan de K elk.
D e e z e drie komen in Gefïalte meer o f min
met elkander en met dé voorgaanden overeen.
Z y groeijen in de Zuidelyke deelen van E u ropa.
D e laatfte heeft de Kelkblaadjes zeer
gefpitst o f gebaard, van onderen met twee groene
Streepjes : de Bloemblaadjes maar half zo
lang: de Bladen by ’t V o e tje famengegroeïd.
(2 1 ) Zand-
( i s) Arenaria Fol. Subulatis fubtus h'saidis.
(19) Arenaria Fol. Subulatis Spinolis &c. Arenatia Fob
Linearibus ere&is , fubtus flfiatis &c. Gek. Prov, +03. T.
IS. f. 1.
(20) Arenaria Fol. Subulatis, Caule paniculito &c. Gouan
Monsp. 219. Arenaria Fol. fubulatis & c . Guett. Stamp, ir.
p. 282. Al(itie tenuifojia. J. B. Hift, n i. p. 364. YAtLL. Par,
7. T. 3. f. IR
r 5