6 $ o T i e n m a k n i g e K & u i d e k :
IV. hier en daar, door geheel Europa, voor. Die
A fdeel. aan en ia ’ t byzonder ook aan de Stran-
H o o f d - den van onze Zuiderzee , by den Muiderberg
en Harderwy k groeit, Zee - Spurrie genaamd, ia
^ sw r welke de Heer K a l m by Abo in Swee-
den maar v y f Meeldraadjes heeft waargenomen,
verfchilt bovendien eetigermaate van de
Land - Soort , welke zekerlyk tien Meeldraadjes
heeft ( f ) , Deeze groeit aan de kantender Bouwlanden
, te Heemze in Overysfel $ als ook by Frane-
ker ip Vriesland en elders , zegt de Heer n E
G o r t e r .
D e Scheedachtige Stoppeltjes maaken beide
deeze Kruidjes kenbaar,die zeer TakkigePlantjes
zyn , langs den Grond kruipende, met de
Stengetjes rykelyk een Vinger lan g , vol Knoop-
j e s ; fomtyds met blaauwe, fomtyds met paarfch-
achtige zeer kleine Bloempjes en Hoofdjes als
de Spurrie. Sommigen hebben dezelven tot het
Duizendknoop betrokken.
xnr. ( 1 3 ) Zandmuur m et L in iaale V leezige B laadjes,
n^rmana J/U ezigeStoppeltjes enru igach tige S ten gen.
Middeiflag. ^ Duitfchland en Vrankryk groeit , volgens
L in n jEUS, d e e z e , die naar het Roode Zee-
Zaridf
t ) De Heer H aller tytelt dezelve wel pentetflemen ; docli
jegt in de bèfchryving duidelyk , dat zy tien Meeldraadjes
heeft: zo dat dit een Drukfeil moet zyn.
(13) Arenaria Fol. Linearibus Carnofis 8ec. Aren. teteti-
folia verna. Rupp. Jen. II. p. ii3«Spergula annua&c. Dil l .
Giesf. 46. Epb. N. C. Cent. V. S. 6. p. 27J- T. 4- MORIS-
BUs. 2 2 8 . Alfine Spergulx facie minima, Sem. marginatis.
T. VAILL. Par. S.
D e c a n d r i a . 631
Zandmuur zeer ge lyk t, doch minderTakkig is , IV.
hebbende de Bloempjes wit en de Zaadjes met Ar£ EEL*
een Vliezigen rand. Hier dekt de Kelk het hal- H o o f d -
ve Zaadhuisje, even als in de voorgaande S o o r t .tTUK*
De Bloempjes ontluiken te twaalven, doch in r . **
die te negen duren.
( 1 4 ) Zandmuur m et h a lf C ylin drifdie V leezi- J j™ ’.
ge fiom pe B laden, L ancetvorm ige Bloem- Bavarica.
blaadjes , en de en d -S teeltjes byna ïw e - Eeierl'cl1'
voudig.
In Beijeren en op ’t Gebergten Baldo, in ’t
Veroneefche, is deeze waargenomen ; zynde
een dergelyk Plantje als de voorgaanden.
(15 ) Zandmuur m et L in iaale B laden , B orjle• xv. _
lige W ortelbladen , een ruigachtige P lu im
en Lancetvorm ige Bloem blaadjes. ^ P smin*
( 1 6 ) Zandmuur m et E lsvorm ige B laadjes , xvr.
Saxatiiis,
g£"Steenlie- 1
>end»
f14) Artnaria Fol. fèmicylindr. Carnofis obtufis Scc. Am.
Aetd. IV. p. 5i j . Alfine Alpina Fol. teretibus obtufis, Fl.
alba. SEG. Veron. I. p. 429. Saxifraga Bavaiica. Raj. Hifi.
1033.
( i j ) Arenaria Fol. Linearibus , Radicalibus Setaceis &c.
Mant. 71. Alfine Oriënt. Caryophylli folio, Fl. parvo albo.
Tournf. Cor. 17.
(i<5) Arenaria Fol. Subulatis, Caul. Panicnlatïs &c,G üett.
Stamp. II. p. 181. GOUAN Monsp. 219. Als. SAxatilis & mui-
ti flora, Capillaceo folio. Va il l . Par. 7. T. z. f. 3. hall.
Opuse. 113. Ais. Saxatiiis Laricis folio. T. Hert. Monsp. 11.
T . n . Als. Car. tenuifolia. Pluk. Alm, 22. T. 7* f. 3 An-
R r 4 ^