IV. de Ridder deeze Onkruiden zo wyd van eï*
Afdeel. kander keeft afgezonderd ( * ) . Het tegenwoor-
Hoofd- dige valt echter op Muuren en fchraale woefte
s t u k , plaatfen , zeer klein; als de Stengetjes, volgens
den Jjeer Hall e r , maar vier Duim lang
hebbende, op den Grond verfpreid, Takkig en
bezet met hardachtige, een weinig ruige,fpitfe ,
Blaadjes : de Bloempjes uitermaate klein en
niet grooter dan de Kelk. De Afbeeldingen
van W e i n m a n k , door hem aangehaald ( t ) ,
verfchillen zeer van die van L ob el en Do*
donheus, in welken dit Kruidje, zo als het
in de Hoven en op vette Gronden groeit,
fchynt afgefchetst te zyn.
x. _ (io) Zandmuur m et L an cetsw ys’ E lsvorm ige
' t l Z T K an th aairige B laadjes , de Takjes byna
DtieWoe« driebloem ig; de Bloemblaadjes Jlom p enge* mig. 1 ° Jtreept.
In de Zuidelyke deelen van Europa groeit
deeze , die opftygende ronde Stengetjes heeft
van een Handbreed hoog, met Geneverboom.
ach»
(*) z ie bladz. 24J , het Gimeene; bladz. 610 , het Gr00te en
thans hier het Kleine Muur ; welken Ha l l ir beter, myns
oordeels, altemaal onder den Geflagtnaam A l fint begreepen
en in Rangen ondeifcheiden heeft ; gelyk LiNNiEUs met de
Valeriana en anderen heeft gedaan, z ie het voorgaande VII*
Stu k , bladz. is*.
(|) Kruidboek.■ Tab. N. 77 a , & N. 78 g.
( io) Arendria Fó!> Lanceolato *Subuiatis CiHatis &C. Man?-..
* 4®.
achtige Blaadjes en ruige driebloemige S tee ltje s; IV.
de Bloemblaadjes eens zo lang als de Kelk. A fdeel.
H oofd- 0 0 Zandmuur mot L in ia a l - L a n cetvo rm ig e, stuk.
ruuw e B laden , en zeer lange, leggende, xt.
onvrugtbaare S ten getjes. Z Z Z l *
Eergmin-
Deeze Soo r t, die op de Bergen dgr Zuidelyke «en«*
deelen van Vrankryk groeit, heeft de Bloemblaadjes
, volgens de Waarneemingen van den Heer
M o n n i e r , eens zo lang als de Kelk. D e
Bloempjes zyn zeer gro o t; de Zaadhuisjes hangen
nederwaards.
( 1 2 ) Zandmuur m et B ra a ia ch tig e B laden en xir.
V liezig e Scheedmaakende Stoppeltjes. K ooi.'
Deeze , die rood genoemd wordt wegens de
Kleur der Bloemen, komt in dergelyke Geftaf.-
te als de Spurrie , met eenigermaate gekranfte
Blaadjes, zo in de W e id - als A k k e r -L an d en ,
hiër
(11) Arenaria Fol. Linear! - Lanceolatis fcabris 8cc. Am.
jlcad. IV. p. 272. Alfine Fol. Linearibus acuminatis &c.
Monn. Obs. 27.
(ist) Arenaria Fol. Filifonnibus &c. Fl. Belg. 122. FF.
Suee. 376 , 399. Gouan Monsp. 2!8. a. Campeßris. Alfine
Spergulx facie minor. C. B. Pin. i j 1 ■ Prodr. 119. Polygo-
numFol. Gräm. Spergulx Capitulis. Loes. Prusf. 203. T. 63.
ß . Marina. Arenaria, Fol. Linearibus longitudine internodio-
rum.H.Clijf. 173. R* I.ugdb. 4j i . GRON■ Virg. ïói.Sper-
'gula marina noftras. Raj. Miß. 1036. Alfine Spergulx facie
media. C. B. Pin. 2ji. £ram. Auflr. i2 j. Alfine pentafte-
mon, Fol. Vaginis ad exortum fqualenribus. HALL. lielv.
II. Deel, y iH . STUK.