IV. ’ zeer wel voort, en hadt verfcheide maaien Bloem
Afdeel. £n y rUgt gegeyen in de Keizerlyke Broeihuizen.
vu.
H oofd
stu k .
Krombls-
dige.
De Bladen zyn ongemeen ltyf en fterk gedoomd,
d o c h korter dan in de andere Ananasfen. Deftig
Eer.wy- g]oemen j blaauw van Kleur, komen in ’t mid-
- delpunt der Plant, zonder Steel of Steng voort,
byna als in de Karatas, voorgemeld. De Vrug-
teri zyn klein. Zy fchiet, uit de Oxelsderonder-
fte Bladen, dikke korte Byfchcuten of Afzetzels ,
die nieuwe Planten maaken. De afkomst zal ze*
kerlyk ook uit de Westindiën zyn.
vu, ( 7 ) Ananas met een verfpreide Pluim en op
*Ac™ta de kant g^oorrade gefpitfte omgekromde
Bladen.
Deeze wordt door de gezegde byzonderheid
thans . volgens den Heer J a c q u i n , van de
Derde Soort afgezonderd, en voert den bynaam
van P i s o ontleend. Men noemtze in Nieuw
Spanje M e x o c o t l, ’t welk PIe r n a n d e z als
een Plant die Vrugten gelyk Pruimen, by elkander
als eene Ananas vergaard, voortbrengt,
zynde zeer aangenaam van Smaak, heeft afge-
beeld. Wanneer de Vrugt ryp is , hangen de
Bladen geel, even o f zy verflenst waren , naar den
Grond
(7) BromcHa Fanicula diffufa &c. Sp. Plant. I. p. 2is .
Btomelia Fol. fpinofis. Caraguata - Acanga. Pis. Bras. 190.
T- 191. Mexocotl f. Manguei. HERN. Mtx. 172. MORIS■ Hijl.
IT. S. 4. T. 22. f. 7. Brom. Fol. fpüpofis oblique recurvis.
fi. Ups. 73. Karatas Fol. altisfimïs &c. Puim. Gen. 10 ?
Grónd omgeboogen. Zy komen uit een kort IV.
dik Stammetje , niet uit den Stoel of Wortel ^f^ EL*
voort, en bevatten den tros van de gezegde Hoofd-
Vrugten. M o r i s o n heeft de figuur van H e r - 51-™*
k a n d e z overgenomen o f gekopieerd. ni f lon°sy'
T i l l a n d s i a .
Dit Geflagt, door den Ridder benoemd, ter
eere van zekeren T u l a n c s , den eerften en
eenigften Kruidkundigen , die weleer in Finiand
is geweest, bevat verfcheide Westindifche Ge-
wasfen, die even als de Marentakken op Boo-
men groeijen, en in derzelver Schors geworteld
zyn.
Het heeft een driedeeligen blyvenden Kelk;
de Bloem is Klokvormig , eenbladig, in drieën
gedeeld: het Zaadhuisje eeübokkig met gepluisde
Zaaden.
Dit Geflagt bevat zeven Soorten , altemaal
Westindifche o f uit Zuid-Amerika , hier volgende.
CO Tillandfia met een gepluimde Bloemftenge r
iTillavidfi4
\foJ. Uiricula:*•
la•
( f ) Tillandfia Scapo paniculatq. Sy/l. Nat. XII. Gen. 392. génde!'” *
p. 232. Kg. XIII. Gen. 39«. p. 2j9. H. CUff. 129. Viscum &
Caryophylloides maxitnnm &c. Sloan. Jam. 76. Hifi. I. p.
>88. Vrsci modo Arboribus Indids adnascens. C. B. Pin.
423- Caraguata multiplier Spica. Pjlum. Gen. 10. Viscum
-Zeruviannm aliud , Aiccs facie, Arboribus item innajccni.
Dob. Adv. p. 4J2 & 4jy. leen. II. 240. f. 2.
It. Deel viH, Stuk.