
 
        
         
		tusschen  de  jongelieden,'  die  zieh  in  twee  partijen  verdeeld  hebben,  en  de  over-  
 winnende  partij  voert  den  bruidegom  onder  jubelzangen  naar  zijn  huis,  waar  hij  
 onder  gezangen  door  de  bruidsmeisjes  ontvangen  wordt.  Zoo  wordt  er  dien  dag  
 nog  feest  gevierd,  en  aan  den  avond  van  denzelfden  dag  of  van  den  volgenden  
 voltrekt  de  mollah  het  kerkelijk  huwelijk  volgens  den  Sunnietischen  ritus. 
 Daarop  begeeft  het  jonge  paar  zieh  naar  de  bruidskamer.  Voor  de  deur  houdt  
 een  vriend-van  den  bruidegom  post  met  een  geladen pistool.  Op een  gegeven teeken,  
 dat  alles  in  orde  is,  wordt  het  pistool  afgevuurd,  en  het  huwelijk  is  voltrokken. 
 *  ♦ * 
 Nog  iets  over  het  sterven  der  ICurden.  Zoodra  een  Kurde  den  laatsten  adem heeft  
 uitgeblazen,  beginnen  alle  in  het  sterfhuis  aanwezigen  te  weenen  en  te  huilen,  
 trekken  zieh  aan  de  haren,  bestrooien  het  hoofd  met  asch,  stooten  het  hoofd  tegen  
 den  wand  en  de  vrouwen  krabben  zieh  op  het  gelaat.  Heeft  het  sterfgeval  plaats  
 in  het  zomerleger,  dan  laat  men  de  tent  op  het  lijk  ineenstor.ten,  terwijl  de  lijk-  
 klagers  zieh  rondom  de  neergevallen  tent  scharen,  teneinde  daar liun  droefheid. lucht  
 te  geven.  Dit  luidruchtig  klagen  duurt  zoo  lang,  tot  de  mollah  beveelt,  het  lijk  uit  
 het  huis  weg  te  dragen.  Vervolgens  wordt het lijk gewasschen met koud water,  in  een  
 doodenhemd  gehuld,  en  onder  iedere  hand  wordt  een  stuk witte katoenen stof gelegd. 
 Enkele  Kurden  verbergen,  volgens  oud  gebruik,  onder  het  doodenhemd  koperen  
 of  zilveren  munten,  een  stuk  zeep  en  een  stok.  Volgens  hun  meening  beslist  de  
 aartsengel  Gabriel  aan  de  hemelpoort,  of  de  afgestorvene  naar  het  Paradijs  of  de  
 verblijfplaats  der  verdoemden  zal  verhuizen.  Wijl  nu  de  levenden  niet  weten,  welk  
 lot  den  gestorvene  is  beschoren,  rusten  zij  hem  toe  met  genoemde  benoodigdheden,  
 om  den  toegang  tot  het  Paradijs  gemakkelijker  te  maken.  Wordt  namelijk  iemand  
 afgewezen  voor  het  Paradijs,  dan  kan  hij  door  het  aanbieden van geld den aartsengel  
 licht  omkoopen.  Zoo  is  de  gemoedelijke  meening  der  Kurden. 
 • * M* 
 De  meeste  Kurden  van  Eriwan  zijn  Sunnietische  Mohammedanern  Hun. kennis  
 betreffende  de  leer  van  den  Profeet  gaat  echter  niet  diep.  Zij  zijn  halve;  Heidenen,  
 zij  weten,  dat  er  één  God  is,  dat  er  een  Profeet  Mohammed  heeft  bestaan,  dat men  
 dortig  dagen  in  het  jaar  moet  vasten,  dat  varkensvleesch  onrein  is  en  dat  de  
 Christenen  ongeloovigen  zijn.  Doch  hiermede  is  ook  alles  gezegd. 
 Niettemin  bestaat  bij  hen  een  geloof aan  geesten;  de'geheele wereld is volgens hen  
 met  booze  geesten  vervuld,  die  in  holen,  wouden,  aan  de  oevers  der  rivieren  enz.  
 wonen,  en  het  den  menschen  lästig  maken.  Er  zijn  ook  vrouwelijke  booze  geesten,  
 de  zoogenoemde  a Wes,  die  in  het  lichaam  der  vrouwen  doordringen,  haar  longen  en  
 hart  verteren,  en  aldus  doen  sterven. 
 Volgens  de  meening  der  Kurden  zijn  maan  en  zon  broeder  en  zuster.  De  broeder  
 (maan)  koos  voor  zijn  wandelingen  den  nacht,  de  zuster  (de  zon)  den  dag,  omdat  
 zij  bang  is  voor  de  booze  nachtgeesten.  Bij  een  zonsverduistering  bedekt  de  zuster  
 (zon)  haar  aangezicht,  om  het  innig  verlangen  des  broeders  te  prikkelen.  De sterren  
 zijn  lichtende  punten,  van  welke  God  er  voor  ieder  mensch één heeft bestemd ;  sterft  
 een  mensch,  dan  valt  er  een  ster  van  den  hemel. 
 LITTERATÜUR. 
 M.  W a g n e r .   Reise  nach  Persien  und  dem  Lande  der  Kurden.  Leipzig,  1852. 
 J.  R i c h .   Narrative  of  a  residence  in  Kurdistan.  London,  1836. 
 R a w l i n s o n .   Notes  on  a  march  through  Luristan.  (Journal  Geogr.  Soc.  London,  IX.)  
 L e r c h .   Forschungen  über  die  Kurden.  St.  Petersb.  1 8 5 7 . 
 D e   K h a n i k o f f .   Mémoire  sur  l’ethnographie  de  la  Perse.  Paris,  1866. 
 P.  v .   S t e n i n .   Die  Kurden  des  Gouvernements  Eriwan.  Globus  67,  1896. 
 J I O O FDS TUK   XI I I . 
 A R M E N I E   E N   D E   A R M E N I E R S . 
 De  ketens  van  het  Taurische  en  Pontische  gebergte  in  Klein-Azie  zetten  zieh  naar 
 het  oosten  in  de  richting  van  den  Kaukasus _ voort  en p ^ l'S ^ r iih tT n ff"  omzich  
 Perzische  rand<*eber<Ren  zieh  hooggebergten  uit  in  noordwestehjke  nchting,  om  zic 
 m ^   arnmn  by  den  Kaukasus  a J l e   sluiten, 
 Armeniii  dat  in  zijn  noordelijke  helling  naar  den  Kaukasus  Georgie  heet  terwiji 
 naar  het’ zuidoosten  het  Armenische  bergland  in  dat  va"   d^Vonderscheidene 
 Het  centrale  gedeelte  van  Armenie  is  een  woest  hoogland,  dat door onclerscneiaen 
 toppen  van  thans  uitgebluschte  vulkanen  en  door  bergmeren  f f ^ e7 ^ f tX ä e   
 en  door  de  afzonderlijke  bergruggen  een  zeer  afwisselend 
 nassen  ziin  betrekkelijk  laag  en  alleen  op  de  steile  hellmgen  moeielijk  te  ber elze“ -  
 P  De  c oX e n ta le   S i n g   van  het  Armenische  Alpenland  heeft  ten  gevolge  dat  de  
 winters  met  veelal  loordenwinden  zeer  koud 
 Erzerum  (2030  meter)  de  sneeuw  5  a  6  maanden  van  het,  jaar  bi j   die 
 het  eigenlijke  hooggebergte  slechts  zeer  körten  tijd  ver  wij  .  mer  met  bovenal  
 5156  meter  hoo°-  is,  reikt  tot  boven  de  eeuwige sneeuwgrens.  De zomer, met  bovenai  
 S s te n   en  zuMenwinden,  is  heet  en  droog  en  in  het  vooi^aar  heerscht  er- een  körte 
 H i  Ü Ä 1  H B  1 1 1 W M i 
 kent  de  leden  dier  v o l k e n g r o e p   bijna  onmiddellijk  uit andei en-terug, voora  ^zuive 
 tylDe  echte*6Armenier  kenmerkt  zieh  door,  een  sterk  beenig  lichaam  van  hoogen  
 -groei,  goed  gebouwd,  eenigszins  tot  zwaarlijvigheid  oyerhellend 
 spieren  en  stalen  zenuwen.  Eigenaardig  is.  het  zwarte  haar,  dat pok  d ^ ^ e“ kbrauwen  
 en  den  baard  kenmerkt,  het  groote,  donkere, met zelden diepliggende*  oog  het breede  
 läge  voorhoofd,  de  lange  adelaarsneus,  het  Sterke  gebit,  en  het  
 in  het  geheele  uiterlijk.  Lichamelijk  schijnt  de  Armenier als tot een krachtig  lastdier 
 geNaare het  uiterlijk  hebben  de  Armeniers  veel  Semietisch  en  tot  voor  kort  was  
 men  wel  oenei<rd,  hen  tot  de  groep  der  Semietische  volken  te  brengen.  Evenwel  is  
 het  n ilt  ongwaarschijn.ijk,  dat  d°e  t ^ g e n w o o r d i g e A rm e n i e r s ^ F O ^ e c n e iA r ^ -   
 Semietische  volkenvermenging  beschouwd  moeten  worden,  Het  Joodsche  voorkom  ,  
 het  weinig  krijgszuchtig  karakter  en  de  schaehergeest,  die  hen  tot  handelaren,  
 geldwisselaars,  enz.  maakt,  zijn  ongetwijfeld  eenige  eigenschappen, welke op oveieenk° 
 E*en  T n th ^ p o lo “ s c r ijZonderzoek  naar  de  Armeniers  werd  in  den  laatsten  tijd  
 ingesteld  door  J?  K.  Twarjanowitsch  1)  die  als  Russisch  g  ' g   daartoe  
 uitstekend  in  de  gelegenheid  was.  Deze  kwam  tot  de  volgende  esultaten 
 De  Armeniers  hebben  donkere  haren  en  oogen;  de  huidkleur  van  het  gelaat  is  
 dnnkerder  dan  aan  de  overige  deelen  des  lichaams,  Het.  hchaamshaar  ontwikkelt 
 1)  J.  K.  Twarjanowitsch.  Beiträge  zur  Anthropologie  der  Armenier.  Mit  emigen  Tabellen,  
 (St.  Petersburg,  1897).