gebed aan de beschermgoden van het huis, en die eindigt met een maaltiid, waaraan
alle huisgenooten deelnemen, en welke bij aanzienlijken tot een grootsch banket wordt.
De overleden voorouders worden in het huis vertegenwoordigd door de zoogenaamde
tabletten, houten bordjes, waar hun naam en titel op zijn geschreven, benevens de
datum van geboorte en dood en de plaats van hun graf. Gewoonlijk vertegenwoordigt
elke tablet siechte een familielid, doch vader en moeder zijn dikwijls in een enkel
bordje vereenigd. Die tablet maakt dus als het wäre een bladzijde uit van de genealogische
tabellen der familie. Alleen de oudste zoon mag deze tabletten bezitten;
hij erft ook die, welke m het bezit des vaders waren. Zoo wordt het huis van den
oudsten broer weer de plaats, waar de voorouders vereerd kunnen worden, het cen-
traalpunt van de familie, waar men den stamboom vindt. Die tabletten worden
veelal geplaatst in ,een soört van tabernakel, aan den reehterkant van de huisgoden,
doch m vele gevallen is er slechts een kastje voor beide. Tenvijl op' den len en den
Iben van elke maand aan deze vertegenwoordiging der zielen van de voorouders
t morgens en s avonds wierook en kaarsen geofferd worden, brengt men .deze in
den meuwjaarsnacht spijs- en drankoffers met wierook, en verder knielen alle huis-
genooten hiervoor neder, met het hoofd tegen den grond.
Gedurende den nacht hebben er verder nog allerlei religieuse ceremonien plaats.
voor het huisaltaar worden de lampen brandende gehouden tot de morgenschemering,
De,mannen e n jo n g e n s bezoeken onderscheidene tempels, om tot de goden te bidden.
De dorps- en distrietsoudsten verschijnen in statiekleeding in de tempels, en voeren
te middernacht m naam van het volk een godsdienstige plechtigheid uit. De tempels
worden beider verlieht, en terwijl de vromen dankoffers en spijzen aan de goden
brengen, hun zelfs nagemaakt papiergeld aanbieden, staan aan de deur muzikanten,
die- bij de muziek hunher verschillende instrumenten liederen zingen. Op het oogen-
blik van middernacht begint er een onophoudelijk vreugdevuur van zwermers en
voetzoekers, die zelfs in de tempels niet ontbreken en deze heilige ruimten met een
yerstikkenden kruitdamp viillen. Die vuurwerken kosten veel geld en hoewel enkele
gouverneurs >ze trachten a f te schaffen, bleek dit vruchteloos; Voor elk huis worden
die vuurwerken ontstoken; zij dienen, om de booze geesten te verdriiven of om de
aandacht der . goden te trekken. Zoo blijft men meestal den geheelen nacht door
te e stv ie r en ; de bedelaars zijn in dien nacht druk in de weer, zij zwerven door de
straten van het _ eene stadskwartier naar het andere, om aalmoezen in ;te zamglcn
veien nemen ook m dien nacht een bad in warm water met een aftreksel van den
lioang-pij, een vruchtboom.
Zoo druk als het in den laatsten nacht des jaars op straat is, zoo stil is het op
nieuwjaarsdag. Alle Winkels, magazijnen, enz. zijn g e slo ten ; geen venters vindt men
meer in de straten. Alleen bezoeken ■ de ■ familien elkander tot het brengen van
gelukwenschen. Er zijn echter weinig voetgangers te zien, maar wel vele draag-
koetsen, waarm de feestelijk gekleede heeren en dames uit den aanzienlijken stand
zieh Jäten overbrengen voor de bezoeken en om hun geschenken te bezorgeh. Want
op dezen dag zeriden vrienden elkander vele geschenken, bestaande uit lekkernijen,
sieraden, enz. - Ook bedienden gaan rond met geschenken,. en-zij ontvangen een rood
kaartje terug, m gevu ld met de woorden: „in dank ontvangen.” Een geheele dracht
van deze meuwjaarsgeschenken terug! te z enden,: zou een onvergefeliike hoon ziin,
doch als lemänd door een vriend wat al te mild bedeeld wordt, mag hij een gedeelte
terugzenden■ met de woorden op .e en kaartje: „De parelen zijn afgewezen.” Ook de
bedienden van een gezin ontvangen met nieuwjaar geschenken in kleedingstukken
en geld. , . . . 5 i De feestelijkheden en ceremonien worden op de volgende dagen nog voortgezet;
banketten hebben plaats, geschenken worden wederzijds gezonden, nl. oliekoeken
oranjeappels, wijn, enz., welke door vrouwen, zoögen. „nieuwjaarsthee-draagsters”
worden overgebracht, en men ziet- soms honderden van dezen achter elkander door
de straten gaan. Tusschen den vierden en den zevenden dag richten de meisies en
vrouwen hun gebeden tot Apo, de schuts-godin van het huwelijksbed, en brengen
haar ollere: gember en roode eieren, soms ook varkenskarbonade, hoenderen, enz.
De zevende dag is in ’t bijzonder een damesfeestdag; de vrouwen en meisies gaan
in grooten getale naar de openbare tuinen, om daar gezellig samen te zijn. Als een
NIETJWJAABSFEEST.