CHINEESCHE VBOUWEN UIT FUKHIEN.
■wendseis tot een bezoek te vinden, omdat die bezoeken beloond worden, en de raad
van den laatste wordt voortdurend ingewonnen. Deze bepaalt den dag, wanneer de
kleermaker aan de bruiloftskleeren mag beginnen, den tijd, waarop het huwehjks-
bed gereed moet staan, van het instijgen der bruid in den huwelijksdraagstoel,
enz. enz. Bijgeloof speelt in bet geheele leven een groote rol. Om den siechten
invloed te weren, dien de aanwezigheid van onder ongunstige gesternten geborenen
op het huwelijk kan hebben, worden die teekens der sterrenbeelden op een wit
papier aangewezen, en wie onder die sterren geboren zijn, moeten zieh van de
feestelijkheden verwijderd houden.
De schriftelijk gewisselde-stukken der onderhandeling worden in het familie-archief
trouw bewaard, om .bij mogelijke geschillen later als bewijsstukken te kunnen dienen.
Zij zijn op rood papier geschreven, rijk versierd met gouden arabesken en symbolische
teekens van geluk.
De gewone tijd voor het sluiten der huwelijken was. vroeger - de lente, als de
„perzikboom bloeide” ; de leeftijd van de mannen om te hu wen werd op 20—30,
van de meisjes op 15—20 jaren gesteld. Tegenwoordig echter huwen zoowel de
mannen als de vrouwen vroeger. Als de günstigste tijd voor de huwelijken worden
tegenwoordig'de winter- en lentemaanden beschouwd, met uitzondering der negende
maand, die- als ongelukkig geldt. Gedurende den rouw over ouders of den keizer
mag geejn huwelijk gesloten worden; daarom gebeurt het dikwijls, dat ouders op
hun ziekbed en met den dood voor oogen op het huwelijk van een zoon of dochter
aandringen, om hen te verlossen van een uitstel van 27 maanden gedurende den
rouw. Als het gerucht van een ernstige ziekte des keizers of der keizerin zieh ver-
breidt, ziet men spoedig overal bruiloft vieren, om door diens overlijden niet in 1
ongelegenheid te komen.
Evenals in de Christelijke landen, bestaan ook in China verbodsbepalingen omtrent
huwelijken. Geen man mag een vrouw nemen, die denzelfden familienaam d ra ag t;
wie dit veibod overtreedt, wordt met zestig stokslagen gestraft, terwijl het huwelijk
onwettig is. Deze straf wordt evenwel onder de arme standen niet streng toegepast,
en men rekent dan, dat zij zondigen uit onwetendheid. Als men bedenkt, dat er
sleehts 400 ä 500 familienamen in China in gebruik zijn, dan begrijpt men, dat dit
verbod dikwijls tot moeielijkheden aanleiding geeft. Onder de hoogere standen komen
dergelijke huwelijken, die als onfatsoenlijk getden', dan ook niet voor. Ook is het
huwelijk met een tante of nicht van moederszij de verboden, alsmede met een stief-
dochter. Volgens de letter der wet staat op de overtreding dier bepalingen de doodstraf.
Hoogen staatsambtenaren is het ook verboden, zieh een vrouw uit een familie in
hun gebied of distrikt te kiezen; deze bepaling heeft ten doel, om nepotisme en
den grooten invloed van enkele familien te voorkomen.
De laatste dagen vöör het huwelijk brengt de bruid in gezelschap van haar zusters
en vriendinnen door met klagen en jammeren, dat zij het ouderlijk huis moet verlaten.
Dit gebruik wordt met zooveel toewijding volgehouden, dat men, in het zuiden des
lands vooral, het geschrei der bruid tot op verren afstand kan hooren. Voor dergelijke
officieele droefheidsbetooning hebben de Chineezen veel talent. Dat kan. men o. a.
zien op Allerzielendag, den derden dag van de derde maand, als weduwen en
haar dochters de graven van echtgenooten en vaders bezoeken, snikken en schreien,
het lichaam als uiting van diepe smart heen en weer bewegen, zoodat men haast
gelooven moet, dat de treurende elk oogenblik onder haar smart zal bezwijken. Doch
die in halven toestand van krankzinnigheid treurende houdt in eens op, keert zieh
om, roept de dienstbare, om haar de thee en de pijp te brengen, en op kalme wijze
onderhoudt zij zieh daarmede, om een kwartier later opnieuw met de treur-
ceremonien aan te vangen.
Op den dag van de bruiloft wordt de bruid door den bruidegom in feestelijken
optocht met een bruiloftsdraagstoel afgehaald en naar de nieuwe woning gevoerd.
Muzikanten, ,vaandeldragers, lantaarndragers omringen den bruiloftsstoet. Het jonge
meisje,- rijk gekleed, met een bontversierde, helmaehtige kroon op het hoofd, neemt
afscheid van haar ouders, wordt vervolgens in een langen, rooden mantel gehuld,
welke haar geheele figuur bedekt, terwijl zij öf een grooten rooden hoed, öf een
rooden sluier op het hoofd draagt. In dit costuum, hetwelk werkelijk de bruid zoo