
 
        
         
		wordt  Mm  l i l   f o l f l i i   misdaad,  die  door  een  langzaam  doodmartelen  gestraft  
 de  wet  Hat  d  *  j   ad  op  de  leemeesters  van  den  schuldige  wreken  door  
 de  w et  dat  de  eerste  onderwijzer  des  misdadigers  onthoofd  moet  worden,  terwijl 
 M m m i   i ü   s, « i i l l   worden  opgegraven  en  weggeworpen.  Doch  ge- 
 S S f l B ä  ™ ieerm0°rd  M H , ! ! 1«   en  ziet  daarentegen  een  
 \   r ,m§  6nJ onderda“ igheid  der  hinderen  ten  opzichte  van  de  ouders. 
 de,i°d  V,e+6f   UW  \ d-6  :®rJeering  der  ouders  door  hun  ä d e r e n   als  een  hoofd-  
 hh  ü,  ehi  ’e n   IHH ü  ÜUE z e   altiJd  °p  d e n   voorgrond. Deze vereering bestaat,  
 hen  hpCTrsn/en  ei  ra0et  hen  bedienen  Spurende  het  leven, men moet 
 Met  W   Je ^ te   l Z1J  i  Z1J-n'  6n  men  moet  gereSeld  aa“  hun  M M   hanengekraai  moet  de  zoon  opstaan,  en  nadat ghraijf  zoiiefhe rsz obrrgevnuglednig.  
 onthiit  7fll  1; ita  ge^  moet  hÜ  aan  n p   ouders  vragen,  wat  hij  voor  hun 
 r S V n   h  i l '   J  n-ag  geen  kamer  binnentreden,  als  zijn  vader  hem  niet  
 mfnff  CTeo-evLTelfte i i ”mer  ¡ H  Yer ,aten’  alvorens  zijn  vader  hem  daartöe  toestem-  
 ne7er?afrm  i   'J  mag  ° fk  met  spreken,  terwijl  men  het  woord tot hem rieht, 
 re^rek  leefen  en vmdt,mei? B  het »Boek van Regels” . Niet alleen, dat de hinderen deze  
 Wen  het  ! w   ]  fJ.  handelen  f r   ook  naar,  en  misschien  is het Chineesche  familie-  
 „   ,  eenige,  dat  m  het  wankelende  Middenrijk  op  vasten  grondslag  gevestigd  is,  
 zegt  onze  landgenoot  Meischke  Smith  in  zijn  boek  over  Chineesche  karaktertrekken. 
 Jk:  % 
 Fl?«  ¿ and,.Tan  he\  fam|beleven  heeft  ook  sociale  beteekenis  in  het  Chineesche Rijk.  
 S  J   V i T   6en  W B B B i  leder  lid  der  Familie  trekt  zieh  de  belangen  der 
 arme  hlieH^  T   ^   j   T   geluk  en  onSeluk-  In  China  heeft  men  geen  
 w w   ,VHe  "T   r ea ’  u‘e  ru  de  meer  gefortuneerde  familieleden gemeden worden,  
 Z f L   h  I T l - 0  ,  met  het ge!uk van  ziJn familie.  Munt een  familielid bijzonder  
 f f ” ,'^reikt  hp  een^hoogen  post,  dan  wordt  de  geheele  familie met hem verheven. 
 ?e  „olfi  I  ?   -r  %m  ie  een  nusdaad  begaat  of  zieh  onwaardig  gedraagt,  wordt  
 famflle  ente  ‘h  h  ui,  i   gescha“ dvlekt-  Hierdoor  gebeurt  het  wel,  dat  zij,  die hun  
 faml  M BS  hebbe,h  d°or  zelfmoord  een  einde  aan  hun  leven  maken,  om  hun  
 ' S  ®  *?  redd®“ -  bij  moeten  wij  opmerken,  dat  zelfmoord  geen  schände  is.  De  
 zelfmoorden  hebben  meestal  plaats  door  opium  of  door  ophanging.  De  reden,  dat  
 “ “ • i f   W;lzen  ,Yan  zelfmoord  kiest,  ligt  hierin,  dat  het  lichaam  'daardoor  niet  
 verminkt  wordt  lets,  waaraan  de  Chineezen  zeer  veel  waarde  hechten. 
 „ „ k l   T   J an, den  f f f fW P I   heeft  de  Chinees  ook  groote  liefde  voor  ziin  
 fe e 00^ 6^ 0 r   ?  j em  zijn  leven  lang  bijbhjft  en  hem  dikwijls  zijn  ontslag  van 
 een  voordeehgen  post  doet  aanvragen,  tenemde  zieh  naar-het gehucht zijner geboorte  
 te  begeven.  Datzelfde  gevoel  maakt,  dat  de  kolonisten,  die,  om  rijkdommen  te  
 le^  mit®11’  i*aar* vr,ee,md?  landen  zijn gegaan,  naar huis wederkeeren,  zoodra zij  slechts  
 een  matig  kapitaal  hebben  overgespaard.  Zij  hebben  deze  algemeene  spreekwiize:  
 „Indien  lemand,  die  tot  aanzien  of  rijkdom  gekomen  is,  niet  naar  zijn  geboorteplaats 
 heeft  nfete"daaraan^  ^   j t   g6kleed  m6nSCh’  di®  “   d®  duisternis  wandelt:  hij 
 ^  * * 
 M ilf  7„erek“ dlDk  der  vrouw  tot  den  man  en  de  familie  is die van  ondergeschiktheid.  
 kem„i  k  \   i°P  der  beide elementen:  het lichte, werkzame, 
 hemelsche  en  het  donkere,  hjdende,  aardsche,  die  zieh uit het grondbeginsel,  hetwelk  
 t L ClT   vootdkwam-  ontwikkeld  hebben.  Al  het  hoogere,  bevruchtende  komt  
 van  boven,  terwijl  de  aarde  passief  ontvangt.  Daarom  moet de man  een meer actieve,  
 de  vrouw  een  meer  passieve  rol  vervullen,  volgens  de  meening  der  Chineezen. 
 Contucius  zegt:  „de  man  is  de  vertegenwoordiger  des  hemels  en  beheerscht  alles;  
 im  I  n   Zljn  beve !n  ,te  gehoorzamen  en  helpt  zijn  grondbeginselen  uit  te 
 voeren.  Daarom  mag  zij  zelf mets  bepalen,  maar  moet  zij  gehoorzamen:  in  de  ieugd  
 haar  vader  en  ouderen  broeders,  gehuwd  haar  echtgenoot  en  na  den  dood van dezen  
 haar  oudsten  zoon.  Eigen  bevelen  en  regelingen  mögen  niet  door  de  vrouw  gemaakt  
 worden.  Zij  mag  zelfs  met  naar  eigen  wil  handelen  en  geen  besluit  naar  eigen  
 goeddunken  nemen.”  ®  8 
 Die steeds voortdurende onmondigheid der vrouw is een der eigenaardige verschijnselen  
 uit  de  Chineesche  beschaving.  Evenwel  is  dit  beginsel  niet  afwijkend  van  andere  
 naburige  landen,  o.  a.  in  Voor-Indie,  zooals  wij  zagen,  (zie  pag.  208).  Omtrent Indie  
 zegt  Max  Müller:  „Een  vrouw  behoort  altijd  aan  iemand  toe,  zij  kan  niet  voor  
 zichzelf  bestaan.  In  haar  jeugd  behoort  zij  haar  vader;  sterft  deze,  dan  behoort  zij  
 haar  broeder,  als  zij  huwt  haar  echtgenoot  en  als  deze  sterft,  zijn  familie.”  Men  
 ziet,  dat  de  toestanden  in  beide  rijken  bijna  overeenkomen,  dat  in  de  beide  grootste  
 Aziatische  rijken  de  vrouw  een  ondergeschikte  plaats  inneemt. 
 Ook  het  Buddhismus  wijst  de  vrouw  een  ondergeschikte  plaats  aan,  door te leeren,  
 dat de vrouw,  die deugdzaam geleefd  heeft, als man wordt wedergeboren,  een opvatting,  
 welke  eveneens  in  het  Taoismus  is  overgenomen. 
 Zoo  was  tot  op  dezen  tijd  de  toestand  der  vrouw  treurig,  en  alleen  door  de  aan-  
 raking  met  Europeanen  komt  er  bij  enkelen  eenige  verbetering  gedurende de laatste  
 jaren,  doch  bij  het  volk  is  die  verbetering  nog  niet  doorgedrongen. 
 De  jonge  meisjes  leven  in  het  ouderlijk  huis  aehteruit  gezet  en  houden  zieh  
 enkel  met  huiselijken  arbeid  bezig.  Allen,  zelfs  de  broeders,  behandelen  hen  met  
 verachting.  Als  de  voeten  het  toelaten,  worden  zij  genoodzaakt tot  het  verrichten 
 van  allen  lageren  arbeid.  Van schoolbezoek  of  leeren  lezen  en schrijven  is  bij  de 
 meisjes  uit  het  volk  gewoonlijk  geen  sprake;  alleen  wordt  hun  geleerd  de  naald  te  
 hanteeren.  Vödr  het  huwelijk  bekommert  niemand  zieh  om  hen,  zij  worden  als  
 een  zaak  beschouwd  en  zelfs  zonder  hen  te  raadplegen  of hun  den  naam  te  noemen  
 van hun toekomstigen echtgenoot, uitgehuwelijkt.  Het huwelijk brengt de familie geheel  
 tot  stand  door  bemiddeling  van  een  tusschenpersoon.  De  waarzeggers  speien  bij  
 alles  een  groote  rol,  zij  bepalen den  dag  van  het  huwelijk  enz.  en  zoo  neemt  alles, 
 büiten  de  bruid  om,  zijn  beslag. 
 De  ceremonien  bij  het  tot  stand  komen  der huwelijken zijn vele.  Zonder huwelijks-  
 bemiddelaar  is  een  huwelijk  onmogelijk.  In  China  is  dat  altijd  een  man,  wiens  taak  
 men  als  zeer  eervol  beschouwt.  Zelfs  worden  rechtstreeksche  aanzoeken  om de hand  
 eener  dochter  als  onwelvoegelijk  beschouwd. 
 Als  de  buwelijksbemiddelaar  zieh  door  discrete  vragen  vergewist  heeft,  dat  het  
 aanzoek ; günstig  zal  worden  opgenomen,  begint  het  officieele van  zijn taak.  Hij  vraagt  
 naar  den  naam  en  het  uur  der  geboorte  van  het  meisje,  welke  met  die  van  den  
 jongen  man  aan  den  waarzegger  in  handen  worden  gesteld.  Deze  trekt  dan  den  
 horoskoop  en  bepaalt,  of  ook  iets  het  huwelijk  in  den  weg Staat.  Luidt het antwoord  
 bevredigend,  dan  volgt  van  de  zijde  der  familie  van  den  toekomstigen  echtgenoot  de  
 officieele  aanvrage.  Wordt  deze  toestemmend  beantwoord,  dan  herhaalt  de  vader  
 van  den  jongen  man  die  nogmaals  schriftelijk,  en  als  het  schriftelijk  antwoord  is  
 ingekomen,  geldt  het  sjuiten  van  het  huwelijk  vast  te  staan,  zoodat  de  band  niet  
 meer verbroken kan worden, tenzij  ontrouw, ongeneeslijke  ziekte of dergelijk omstandig-  
 heden  tusschenbeide  komen.  Daarop  volgt  de  overzending  der  bruidsgeschenken,  
 verder  de  vaststelling  van  den  dag  van  het  huwelijk  en  eindelijk  de  afhaling  der  
 bruid  uit  het  ouderlijk  huis  en  haar  overbrenging  naar  het  huis  van  den bruidegom. 
 Voor  de  brüid  naar  de  echtelijke  woning  gevoerd  wordt,  zijn gewoonlijk  het huwe-  
 lijksuitzet  der  bruid,  de  meubelen,  kleederen  enz.  reeds  overgebracht.  In feestelijken  
 optocht  worden  die  op  roodverlakte  draagbaren  vervoerd.  De  broeders  en,  andere  
 nabestaanden  begeleiden  den  stoet  te  paard,  in  zwarte  kleederen,  met roode, op borst  
 en  rüg  gekruiste  sjerpen.  Rood  is,  zooals  bekend  is,  de  kleur,  die  geluk  voorspelt,  
 de  kleur  der  vreugde,  en  wordt  bij  de  huwelijksceremonien  veel  gebruikt. 
 Bij  de  bruidsgeschenken  en  het  huwelijksuitzet  bevinden  zieh  gewoonlijk  ook  een  
 paar  tamme,  roodgeverfde  ganzen,  welke  de  wilde  ganzen  vervangen,  die  sedert  de  
 oudheid  in  China  als  het  zinnebeeid  van  huwelijkstrouw  en  toegenegenheid  gelden  
 en  daarom  bij  bruiloflen  niet  mögen  ontbreken. 
 Bij  aanzienlijken  bestaat  die  stoet  voor  het  overbrengen  van  alles,  dikwijls  uit  
 honderden  dragers.  Ärmere  menschen  huren  in bijzonder daarvoor ingerichte winkels  
 de  stukken  voor  de  uitrusting,  evenals  hier  te  lande  de  huwelijkskleedij  gehuurd  
 wordt,  doch  reeds-den  dag  na  het  huwelijk  worden  die  teruggehaald. 
 Met  de  bovengenoemde  ceremonien  is  geenszins  de  taak  van  den  bemiddelaar  en  
 van  den  waarzegger  afgeloopen;  de  eerste  weet  bij  rijke  menschen  telkens  voor