![](./pubData/source/images/pages/page48.jpg)
Steen bij Leiden (1) en in de St. Pieterskerk dier stad gedoopt (2 ) .—
Hij was slechts zes jaren oud toen zijn vader zooongelukkig omkwam; zijn
oom Otto I I I , Bisschop van Utrecht, bestuurde dan Holland als voogd.
Yan de Grafelijke familie leefden, bij Floris dood, behalve Otto, Willem,
Ada en Richardis, kinderen van Willem I , nog drie Gravinnen-weduwen, als
Adelheid van Kleef, weduwe van Dirk Y II, Maria van Braband, weduwe van
Willem I , en Machteid, weduwe van .Ploris IV.
De Graaf van Clermont liet, volgens sommigen, op de plaats waar Ploris IV
vermoord was, tot lafenis zijner ziel, gelijk men toen gewoon was te zeggen,
een klooster stichten.
Reeds van het jaar 1240, toen Willem eerst 12 jaren oud was, is er een
giftbrief op zijn naam voorhanden, en wel ten behoeve der Duitsche of Teutonische
Ridders, betrekkelijk de collatie der kerk van Valkenburg. Hij gaf daarna ver-
scheidene andere Privilegien aan steden, en mag daarom als de groote bevrijder
van den derden- of burgerstand beschouwd worden. Zoo gaf hij Privilegien aan
Delft en ’s Gravezande; verder verleende hij vrijdommen aan Kloosters en Stiften
in Braband.
Toen de Teutonische. Ridders in 1239 de Heidenen in JPruissen badden ten
onder gebragt, voerden zij er eene kolonie van Duitschers, voornamelijk van
Nederduitschers en Hollanders, heen, van warn: de zoogenaamde Hollahderijen,
naar men meent, hären naam hebben gekregen, vooral in Meklenburg.
Willem II werd op zijn 1 5 e jaar als Graaf van. Holland gehuldigd , en op zijn
19®, door toedoen van den Paus, in de plaats van den in den ban gedanen
Keizer Frederik I I , tot Roomsch-Koning verkozen, nadat vele anderen zulks
geweigerd hadden., .Deze verkiezing nu bragt medej dat Willem te Aken ge-
(1) Het kasteel ’s Grauen Stein behoorde toen tot het Hnis van .Lolchervt; Leiden, dat
slechts eene kleine plaats rondom den bürg der Heeren van Wassenaar was, behoorde, volgens
sommigen, gedeeltelijk aan die Heeren.
(2) Tot een aandenken vereerde hij later aan deze kerk eene zwart toetssteenen altaartafel,
die, tijdens den beeldenstorm daaruit genomen, later heeft gediend om er het op-
sehrift in te beitelen, dat tot aandenken der geduchte belegering en het heugelijk ontzet
van 1575 geplaatst is boyen een der ingangen van het Stadhuis.
kroond moest worden , maar deze stad hield het met den afgezetten i Keizer (1).
In Mei 1248 kwam Willem met een aantal Vorsten en een leger van omtrent
100,000 man voor Aken; en dwong, door het opwerpen van eenen zwaren dijk
dwars door de rivier, de stad, ten gevolge van hongersnood, eindelijk tot de
overgave. Hierbij waren hem de Friezen van groote dienst (2).
Den 1 November 1248 werd Willem in de Hoofdkerk te Aken door den
Kardinaal Petrus Caputius gekroond.
Ten einde zieh vrienden te maken, schonk Willem vele landen en Rijks-ge-
regtigheden weg, en om geld te krijgen, verpandde hij aan den Graaf van Gehe
Nijmegen en deszelfs onderhoorige regten voor 21,000 mark zilver (3 ), en aan
den Graaf van Bourgondié eenige steden en voorregten , als ook het regt van
geld te munten, genietende daarvoor 10,000 mark zilver.
Margarethä, Gravin van Vlaanderen, eene trotsche vrouw, deed Willem den
oorlog aan en viel in Zeeland , voor welk Gewest Willem geweigerd had aan
Vlaanderen’s Gravin den leeneed te doen; de oorlog duurde lang en was bloe-
dig, maar viel op ’t laatst ten voordeele van Holland u it, en eindigde met eenen
voor dit land voordeeligen vrede.
Willem, trotsch op zijne Koninklijke magt en tahijke vrienden, begon den
Hollandschen adel, die de magt der opkomende steden niet kon verdragen , te
onderdrukken. — Onder deze Edelen waren de voornaamsten de Heeren van
Amstel en van Woerden, beiden in groot aanzien en bezitters van uitgestrekte
goederen in het land. Willem poogde hun aanzien te verminderen, vooràl door
de geringere klassen te verhelfen en aan de opkomende steden verschillende
voorregten te verleenen. Zulks was een doom in het oog der trotsche Edelen,
die zieh ’s Vorsten pares waanden. Wanneer men, gelijk wij reeds boven met
een woord vermeldden-, de oudste stedelijke handvesten nagaat, zal men bell)
.Te Aken heette het in regem elf'.ctns, te Milaan in imperatorem electus, te Rome
werd men tot Keizer gehroond.
(2) Zie over het aandeel der Friezen in dezen strijd Mr. j, dirks in de Vrije Fries.
D. V (1850), bl. 58—71.
^ (3) Zie ook onze Munten der Grauen en Mertogen van Gelderland (Haarlem 1852),