S t e e n b e r g e n ( J a c o b v a n ) , vervaardiger van
muntmodellen, 463.
S t e e p ( S t e v e n ) , Muntmeester, 416, twee
malen.
Sterfte (Groote) te ’s Hage, 480.
Sterlingen, 112; wanneer in Ylaanderen na-
gebootst, aldaar; zie verder 126, 127,
138, 139, 150, 299.
Stilstand der Dordsche Munt (Oorzaak van) |
478, 479.
S t i r u m (Graaf v a n L im b u r g ) , 363.
S t o k e (M e l i s ) , 65 noot.
Stoutenburg (Kasteel), 171, twee malen.
S t r a e l e n (Kabinet van den Heer M o o n s
v a n d e r ) , 505.
S t r a t i n g h (Dr G. A c k e r ) , 6, 7, 9 ,1 1 , enz.
Stria of Striven (Gouw of Graafschap), 36.
S t r i c k e r (Verzameling van den Heer), 6 8 ,
72, 77, 81, 112, 133, 144, enz. enz.
Str ienemonde (Tobte te), 159.
Strijen (De Gouw), 33.
Stroo (Munthuis te Middelburg in 1366 ge-
dekt met), 211.
Stroom van Holland en Zeeland, 254, 261.
Strade of Stroe op Wieringen, 48.
Stube, haard, geeft waarschijnlijk den naam
aan Stüber, Stuiver, 424 noot.
Stuiver, 541; dubbele of vierlander, 446;
halve stuiver, 541; oort of vierde stuiver,
543.
S t u r m e r (W .), Verzeichntes, enz., 544,
550.
Stuvers of Stuivers, 424 en noot, 432.
Sueven of Zeeuwen, 23.
Sunnonmeri, Sunnemere, Zonnemaire, 49.
Sunnemare (De Villa), 11.
S yn e , 167.
T .
Tabbaard, 400.
T a c i t u s , de moribus Germanorum, 2 .
T a c k ( J a c o b ) , Muntmeester, 383, 391,
392, 395, 396, 397, 401, 405.
Taelge, d. i. gedeelte van eene muntroede,
226.
Talenta, d. i. ponden, 69,
T a n e r i e n ( P i e t e r v a n d e n ) , 401, 568.
TaswerJcen, 572.
Tegenzegel of sleutel, 29.
T e y l i n g e n ( L u c a s v a n ) , 480; W i l l e m
v a n T e t l i n g e n , 74; een Heer v a n T e i -
l i n g e n in Friesland gesneuvel4, 169.
Teisterba/nd (Graaf van) , 5; het Graafschap
vermeld, 16, 37.
Temperen van muntijzers, 499.
Ter Vueren, 272.
Testament, 160.
Texel, reeds oudtijds een eiland, 11, 47.
Texla (De Gouw), 24, 46; daaronder ook
het noordelijkste van Holland begrepen,
aldaar en 47 ; grenzen, aldaar.
Thaler-Cabinet. Zie M a d a i .
T h e o d e r i c u s I. Zie D i r k .
T h e o p r i d u s JEptemacensis, 49.
T h e o p h a n a , echtgenoote van Keizer O t t o I I ,
13, 49.
Thesla. Zie lexla.
T h i e lm a n J a c o b s z . , Gieter in de Munt,
400.
Thienen (De stad), 176.
Tholen komt eerst voor in 1291, 54, 367.
Thollen {Der), Tholen, 496.
T h o m s e n (De Heer), te Kopenhagen, 28.
Thrèsoor oft schat, enz., 516, 520, 544.
Thuredrecht, later Dordrecht, 16.
T h y m o ( a ) of v a n d e r H e i d e , Magnum
Chronicon Belgieum, 8.
Tiel, 120; raunten geslagen te — 22, 69.
Tiel&rwaard aan Braband leenpligtig, 120.
Tienbaar, 254.
Tiende eeuw (De munten uit de) zeer bar-
baarsch, 14.
Tien honderd voor duizend, 410, 412.
Tien jaren (Het geld vastgesteld voor), 225.
T i j d e m a n (De Hoogleeraar H. W.), 8.
Tijdschrift voor Geschiedenis, enz. van
Utrecht, 461 .noot.
Toestemming der Staten (De) noodig in munt-
zaken, ook onder K a r e l den Stouten,
453.
Toi op de Maas, 16.
Toi te Geervliet (Hoegrootheid van den) , 63.
Tolbrief van Amsterdam met Deventer, 178.
Tolbrugstören, 30.
Tollen te Älphen, 221.
Tollen, waarmede deze te betalen, 235;
Dordrecht twist over tollen, 889.
Tollenaar van Gorinchem (De), 479.
T o n s u s (W i l l e m ) , Muntmeester, 248, 245,
246, 250; waarschijnlijk een Spanjaard,
2 5 3 ,2 5 6 .
Topographie van Nederland (De) opgehel-
derd, 6.
TOrenburg (Het Slot), 85.
Twens (Houten), 75.
Torre (Trichtsche Brabantsche) , 239.
Towrnooi door H e n d r i k I I I van Braband te
Antwerpen aangerigt, 108.
..... te ’s Hage in 1337, 167.
Tours (De Stad), 129, 130.
Toursche groot, 126.
Trajectum, 25.
Tremella of Drimmelen, 87.
Trésorier van den Heer van Holla/nd [den
Graaf] , 2 5 5 , 5 6 7 .
Triecto (Frankisch Munthuis te), 2 .
Trier (Munthuis te), 2; beambten aldaar, 2;
i— aanstaande krooningsstad van K a r e l
den Stouten, 4 5 1 .
Trooisch marh, 4 0 2 , 4 0 8 , 4 0 9 .
T r u i e ( J e h a n d e l a ) , 4 4 3 .
T r u y e (B e r t h e l e m e u s à l a ) , 3 9 8 , 8 9 9 ,
4 0 1 , 4 0 3 , 5 7 2 .
Truijen (De stad Sint), 1 0 5 .
Tserclaes (De Heer van), 1 7 7 .
Tuerloers, muntsoort, 4 op een groot, 3 5 2 ;
ook geheeten Tuerluer [Toerloer], 2 9 8 .
Zie ook Tuyrlaers en Tuynkens.
Tufsteen te Egmond (Aanzienlijke hoeveel-
heid), 10.
Tuyrlaers of TuynJcens, muntsoort, 2 8 1 .
Tuin (Van waar de Hollandsche), 2 7 1 .
Tuin, muntsoort, 2 7 3 , 3 1 7 ; tuynkens of
vierde grooten, 2 7 4 , 2 7 7 ; Ducissatuyn,
Wilhelmus tuyn, 3 4 1 , 8 4 8 ; Johannes
tunen, 3 4 9 ; de tuin deed 2 grooten, aldaar
en 3 6 5 .
1BVODG. Opschrift op eene munt, 555.
Tv/rfhuis en Koolhuis in de Munt, 430.
, 474.
Turonenses nigri pa/rvi, 159.
Tweeblankspenning, 535.
Tweeendertiqste deelen van Kromstaarten,
566.
Tweegevechten niet in Zeeland, maar te
Brugge te houden, 99.
Twee grooten (Stukken van) , 274.
Twenthe, 55.
Twist van Hollrnd met Vlaanderen over
in van den), 17.
U .
Uithof (’sKonings), 85.
la e , 186, d. i.
Upstalboom (Wetten van), 161.
Urshem (Munt te), 48 ; van daar naar Me-
demblik verplaatst, 62, zie verder 86, 185 ;
welke muntjes mogelijk aldaar geslagen, 554.
Utrecht, 2 , 55, twee malen, 94, 118,
222, 253, 255, 389; Bisschop van llpp;
206, 388.
Utrecht voorheen en thans, 27.
Utrechtsche gulden in 1388, 226; in 1422,
352.
Utrechtsche munt (Keizerlijke), 14.
Utrechtsche penning en, 187 ; hielden het midden
tusschen de Toursche en Hollandsche,
160 noot, 162, 171.
Utrechtse gulden, 226, 229.
U u t k e r k e ( R o e l a n d v a n ) , Raad van F i l
i p s van Bourgondie, 371; Gouverneur
van Holland, 567.
y .
VaenJeensgulden, 352.
Valacrae, de Zeeuwsche eilanden, 57.
Valengyn of Valenciennes, 147; 2e hoofdstad
van Henegouwen, aldaa/r, 368; — 375.
V a l k e n a a r (M i c h i e l ) , Graveur der Munt,
400, 412.
Valhenbwrg, in Holland, 82; in Limburg, 359.