binnen Steden ende dair buten op hoir lijf ende op hoir goede, dat sy ende eie ran hun
overal in hören.bedrive condigen ende gebieden openbairliken onse nuwe payment voirss. te
gaen in onsen landen ende steden sonder rertreck, desen brief ende oic desgeliken gebieden
alle pnnten in desen onsen yegenwoirdigen gebode en brieve begrepen volcomelick te bouden
in alre maten als voirss. staet, ende scerpelick bewaren ende berecbten tot onser behoif snlke
boeten en verbnernissen als ons hier of verschinen sullen, ende die eenen yegelycken diese
verbuert of nemen sonder verdrach, om ons goede bewisinge dair of te doen, want wy hun
voir hören arbeyt ist dat sy ons getruwelicken dair in dyenen, alsoe doen willen, dat sy
ons billiken bedancken möge, mar wairt, dat sy dair in gebreckelick of versumende waeren,
dat wilden wy aen hun - verbalen sonder verdrach als voirss. is. In oirconde &c. Gegeven
in onsen besitte voir Hagensteyn ende Eversteyn, opten xxun Dach in Octohri anno
XIIJ,1= en vive.
Voor eene goede essayering zijner aanstaande nieuwe munt had de Graaf
reeds zorg gedragen, want wij lezen in het Memoriaelbouck t. a. p.:
Item opten tweeentwintichsten dach in Octobri anno ut supra beval mijn Heer Yranck
van Bilanden zijn Assayre te wesen in sijnre munten van Hollandt, en dair of te hebben
snlke nntscippen en profijt, als hy tot hier toe dair of gehadt heeft, dnerende vier Maent
lang nae onsen wederseggen.
Hieruit schijnt te blijken, dat de Landsvorst in die dagen in de Hollandsche
Munt geene vaste Ambtenaren had.
Op ii onser Vrouwen Dach conceptio//, in het zelfde jaar 1405, maakte de
Hertog eene andere Ordonnantie (zie Memoriaelbouck fol. lv en Ivi).
Daarbij beval hij de vervaardiging van u een gouden penninck genaempt Wil-
helmus Hollants gülden», die zoude »gaen voer dertich grooten tstuck. Ende
evalueerde deze navolgende penninghen:
Den Vranckrycxen croen voor . xlv grooten.
Den ------------- Schilt v o o r ....................................... 1 —
Den Engelschen Nobel v o o r xc —
Den Gentschen Nobel v o o r ................................ Ix x x v iij —
Den Hollantsehen Schilt lest geslegen.............................xl — n
Wat de zilveren munten betreft, beval de Hertog verder:
» Item sullen wy doen werken en munten in onser munten van Hollant,
Hollants grooten, halve grooten, quartier grooten, die men heiten sal tunkens,
en achtendeel van grooten, die men hieten sal Hollantsckeu.
Het stuk is eigenlijk eene herhaling van het grootere deel van het vorige, en
schijnt alleen gediend te hebben naar aanleiding van het gebod tot vervaardiging
van de nieuwe gouden munt, genaamd //Wilhelmus Hollantsche gülden».
Wat de intrekking van vroegere munt betreft, lezen wij:
»Die boutkins [botdragers?] sullen gaen die acht voir negen onser grooten,
tusschen dit en viertien dach naistkomende, en dairentenden sullent bullioent
(sic) wesen en niet meer gaen».
Eindelijk behoefde men van de kleine nieuwe munt slechts een gedeelte der
te betalene som aan te nemen, want wij lezen:
»Mair mit onsen tuynkens öf Hollantsche en sal men niet meer betalen dan
tot vijf grooten toe».
Het slot is : » in oirconde desen brief en onse signet hier opgedruckt. Ge-
geven in onsen besitte voir Hagensteyn en Eversteyn op onser Vrouwen dach
conceptio, in ’t jair ons Heeren M CCCG en vive.»
Op den 23 October 1405 bevestigde de Graaf de voorregten en vrijheden,
door zijnen vader Hertog Aalbrecht aan de Munters van Holland verleend. Het
stuk luidt aldus: .
Willem, by der genaden Gods Paltzgrave opten Bhijn, Hertoghe in Beyeren, Grave van
Henegouw, van Hollant, van Zeelant, ende Heere van Vrieslant, doen kondt allen lnyden,
dat wy om goede diensten wille, die onse munteren, ende werckluyden in onser munte van
Hollandt, onsen lieven Heere ende Vader [dien God genadich zij] gedaen hebben, ende
ons, oft God wil, nu dagelijcx doen sullen, hem geconfirmeert hebben, ende confirmeren
- mit desen brieve voor ons, ende onsen nacomelingen, hun ende hoeren naekomelinghen
sulcke rechten, ende vrijheden, als onse lieve Heere ende Vader, der zaliger gedachten,
mit sijnen brieve hun voortijts gegeven heeft te gebruycken in allen manieren, als die selve
brieven inhouden, dats te weten binnen onse munte, ende daer buyten, werckende, of niet
werckende. Ende ontbieden, ende bevelen onsen getrouwen Schont, Burgermeesters, Sche-
penen, ende Bade van Dordrecht, ende voort allen onsen Bechteren, ende dienaren over
al in onsen lande, die nu sijn, oft namaels wesen sullen,, dat sy den selven onsen munteren,
ende werckluyden dese vrijheden laten gebruken over al in onsen lande nae inhouden
haere brieven voorsz. ende hun die houden, ende doen houden vaste, ende gestade sonder