![](./pubData/source/images/pages/page227.jpg)
6370 gouden Andriesguldens. Halve Andriesguidens waren er niet vervaar-
digd geworden.
Wat de zilveren munten betreft, bedroeg het getal der stukken van 4 Vlaam-
sche grooten, gedurende gemeld tijdvak geslagen, 5 9,704*/2. stuks.
Van de stukken, die 2 Ylaamsche grooten golden, waren er 85,05772 geslagen.
Van de 1 groötstukken 47,816 exemplaren.
Van de balvegrootstukken 154,336 exemplaren.
Van de stukken van I j groot, die men dotkens (sic) n o em d ewaren slechts
25,520 exemplaren vervaardigd geworden.
Van de stukken, genaamd penninck, geldende 1 gelijk er staat : demi quart de
gros, waren geslagen 223,872 stuks.
De uitgaven dezer rekening waren gedaan aan Dierick Oom, des Hertogen
Raadsheer en Waardijn der Munt van Holland.
Aan den Essayeur (wiens naam in de rekening oningevuld is gelaten) der
Munt...........
Aan Philippe (verder is de naam mede oningevuld gelaten), IJzersnijder der
Munt...........
Aan verschillende uitgaven ten behoeve van het Muntgebouw te Dordrecht, het-
geen ons gebleken is zware herstellingen noodig gehad te hebben, waarschijnlijk ten
gevolge van deszelfs verlating, nadat deMuntnaar ’s Gravenhage was overgebragt
geworden, zoo aan het beleggen van het dak met nieuwe pannen en vorsten, als
aan kalk ; zand, ijzerwerk, timmerwerk, metselwerk, lood en allerhande loonen.
Vooraf gaat deze aanteekening :
Premiers ouvraiges et reparacions faites à la maison de la dite monn. et payez par arnt
artssen van calcken auparavant le nouveau bail de ceste monn. lesquels lui ont esté remboursez
par ces maistres particuliers avant quilz peussent entrer ou avoir joyssance de la
maison de la dite monn. comme il appert par certification du bailli de zuidhollant et du
doyen du chapitre de notre dame audit dordrecht, lesquels ont visité les dits ouvraiges de
lordonnance de pieter bladelin seigneur de middélbourg, commis au gouvernement des finances
de mondit seigneur qui les ont trouvez estre faitz et payez par les dits maistres audit
arnt arntssen aux points et en la manière qui senssuit:
Onder de verschillende uitgaven merken wij nog op :
Pour lâchât de i j chaudrons à blanchir payé pour chacun chaudron xxx st. valent ensemble
. . ; . . . . . . . . . x ii fi gros.
En verder :
A eulx quilz ont payé pour i u paires de balances appartenant à la monn. qui estoyent
' du tout enrouillées, sans cordes et les doux rompuz et avoir fait reparer et .mettre en estât
pour soy en ayder à Jehan van der fiat .. . . . . . . v fi gros.
Uit de volgende uitgaven blijkt, dat de opening der Hollandsche muntbus
en het essaai der muntstukken heeft plaats gehad te Brussel. De daartoe aan-
i gewezene ambtenaren, die te Mechelen woonden, kwamen, na te zijn opontboden,
naar eerstgemelde plaats en werden, zoo als gewoonlijk, uit den sleischat scha-
deloos gèsteld en voor hunne diensten beloond.
De Waardijn der Munt, Jehan Oem, die, zoo als van zelve spreekt, te Dordrecht
woonde, begaf zich van daar mede naar Brussel. Hij was op dien togt 9 dagen uit.
Verder lezen wij van: autres despences communes faits par les dits maistres particuliers
de la monn. de hollande.
A Jehan delà truie huissier de la chambre des comptes de mon dit seigneur le duc à
brouxelles payé qui lui a este tauxé par mes dits seigneurs pour avoir livré le charbon
employé à faire lassay desdits boistes xij patars et pour son droit comme huissier xvj patars
sont - xxviij patars valent . . . . . . . i i i j fi v iij den. gros.
Ausdits maistres quilz ont payé pour faire mettre en fournaise ce présent compte et
enoultre pour parchemin, encre et papier tauxé . . . . . xx fi gros.
A huissier du conseil de monseigneur à la haye pour avoir apporté le mandement de mon
dit seigneur suivant sur le pris des deniers qui auroyent cours dicellui lieu de la haye à
dordrecht et illec (?) le publyer, pour son salaire xxxvi st. val. . . vi fi gros.
A lui pour à la requeste desdits maistres avoir publyé au dit lieu de la haye le dit
mandement de monseigneur pour son salaire x v iu st. pour ce . . . n j fi gros.
Et quant est des fors deniers dor ou 'dargent , que Ion estoit açcoustumé faire par devant
es pays de mon dit seigneur en ses monn. aux nouveaux piez et donner à diverses per-
. sonnes, mon dit seigneur le duc a deffendu iceulx deniers non estre faiz par le bail de ceste
monn. et ainsi nont este faiz aucuns desdits fors deniers pour ce . . Néant,
Eindelijk volgt nog:
Autres despensses en deniers payez en largent-de monseign. le duc.
A Jaquemine vesve de feu jacob tack et à alyt et bairte tack ses filles etc.
56*