zieh zelven nimmer voldoen kan, heeft men zijne gedachten wel onverdeeld bij
een Gewest noodig. Men houde ons deze uitweiding ten goede.
N° 50 en 51 dan hebben op hare voorzijde weder de regtlijnige oud-Duitsche
letter M, en op de kz. een fraai versierd gebloemd kruis, aan beide zijden binnen
eenen parelrand.
Op de voor- en keerzijde van N° 50 ziet men vóór het opschrift het gedeelde
wapenschild van Oostenrijk-Bourgondie (vader en zoon), en op die van N° 51
te dier plaatse eene kroon. Die omschriften luiden :
ÍRKXÍMK » ROÍRKRORV « RSX |
en Z . P ty o 7ÏRDVG » KVSW » GO » fjOIl
N° 50, van Z. B ., weegt 0,9 w. bij de Heeren S t r i c k e r en k e e r ; verder
komt het muntje voor in de Verzamelingen der Heeren s a n t é e , b e v o o g t en
van Schrijvér dezes. 1
N° 51, als voren, weegt 1,1 w . bij de Heeren m a c a r é , S t r i c k e r en k e e r ,
en 0,8 w. bij Sehrijver dezes.
N° 52, een dito muntje als ons reeds vroeger in het muntstelsei van
Gravin Maria ontmoet is (zie Pl. XVI, N° 22), behoort dus voorzeker ook tot
de munten uit den eersten tijd na den dood dier Vorstin , en waarschijnlijk tot
het jaar 1484, teen men, misschien alleen behoefte aan kleinere munten heb-
bende, noch enkele, noch dubbele, noch halve stuivers geslagen heeft.
Op de vz. ziet men de letter M in ouden, doch sierlijker vorm dan op de
beide vorige Nummers. Omschrift:
« MKXIMIIlIKX? ¿ RO | RSX.
De kz. vertoont weder een fraai gebloemd kruis binnen éenen parelcirkel.
Omschrift :
« sw » fttji » kr' » a v a . K
Z. B. weegt 0,68 w. bij den Heer k e e r . Later bekwamen wij er nog 2
uit het Koninklijk Kabinet. Zie ze afgebeeld op Pl. XLIÏI, N° 2; het eene
weègt 0,65, het andere 0,6 w.
FILIPS de Schoone, 1494—1506.
Wij moeten ons, uit plaatsgebrek, allèen bepalen tot de besehrijving der
Hollandsch-Zeeuwsche munten van dezen Vorst, die kort na het aangaan van
een luisterrijk huwelijk in jeugdigen leeftijd te Burgos uit dit leven scheidde.
N° 1, 2 op Pl. XXI, en N° 36 op Pl. XXXVII, zijn MUpsguldens. Zij
hebben op hare voorzijde het beeid van den Patroon of Schutsheilige van den
Landsvorst, den Apostel Philippus. De Heilige, die door den nimbüs omgeven
is, houdt in de linkerhand het opengeslagen Evangelieboek; in de regier een
fraai met edelgesteenten versierden kruisstaf; vóór hem staat het gekroonde
wapenschild van Filips, bestaande uit vier velden, en gedekt door het wapen
van Holland en surtout.
Op de kz. ziet men een hoogst sierlijk kruis (als zoodanig voor den in de
Numismatiek oningewijden naauwelijks te herkennen), met een roosje, als muntteeken
van Dordrecht, in het hart. Tusschen de beenen des kruises vertoonen
zieh beurtelings kroontjes en leliën. Het omschrift der vz. van N° 1 en 2 is :
SS' PkjG $ inWSRGSDS # <§> PRO ßOBIS #
Op de kz. van N° 1 leest men, na een roosje als muntteeken:
PfyS $ DSI $ GRK f KRGID $ KVS $ DVX $ BG' $ d' <§> IjOXi'
Op N" 2 leest men aan het einde : GO <§> IjOIt, terwijl de Heer S t r i c k e r
nog een ander exemplaar bezit, waarop GO <$; kjO voorkomt, en dat 3,2 w. weegt.
Op de vz. .van N° 36 op Pl. XXXVII staat:
S * PHILIPS * IIOTSR | GSDS * PRO * ßS *.
Het opschrift der kz. heeft aan het einde
GO * I^O.
Het stuk, dat 3,3 w. weegt, berust in het Koninklijk Kabinet.
N° 1, wegende 3,265 w., is door ons aangetroffen in de Verzamelingen der
Heeren k e e r , v. d . e o o r d a a , c r o e s en b o o n z a j e r .
N° 2, wegende 3,3 w. in het Kon. Kabinet, dat der Leidsche Hoogeschool,
van het Friesch Genootschap, der Heeren k e e r , d e r o u e , b e e l a e r t s , s a n t é s ,
d e wus, m a c a r é , enz. voorhanden.