een enkele gelykenis, daar men ook wat an- t
der. van kan Laken. Ten voorteelde kan d.e zo- A
genaamde Bloemby S c b e u c h z e r , Tab 11 Is F oofr.
m J 3 ', verftrekken. M y l i üs hadt op een stuk.
Eislebifche Koper - Schiefer een Bloem gezien ,
die naar de Zonnewende geleek. Andere kleinere
Bloempjes zyn nog du fterer, gelyk' die
van het Walüroo en dergelyken op de Se-
vtnnifche Leyfteenen, dat wel Caryophyllie-
ten kunnen zyn. Een dergelyk indrukzel van
een Vuur (leen * als waar van ik een Zeesterretje
gemaakt heb (f) > zou, volgeBs M Y-
L i ü s , die het afbeeldt, tot zekere Bloempjes
belmoren , die men in ’t Hoc-gduirsch Vergïfi
mein nicht , dat is Vergeer ïpy niet, roemt.
Deezen naa.m voert het Kruidje GamanJer’eiu
of Bathengel , welks Bloempjes ’er het aller-
nunfte niet naar geiyken, Walch heeft zig
verbeeld, dat het een ongewoon verdiept Af-
drukzel van een Irochiet zy ( v ); doch uit
myn Exemplaar, 9c welk ik doublet heb , is
zulks niet waarfchynlyk.
De meeile zekerheid zou men hebben van j g g . ?
de Bloemen van een Soort van J j l e r , met Wil- n. xvr.
gebladen, welken eerst V o l c k m a n is , in Si- %% x '
lezie, op Leyfteenen ontdekt heeft, en waar
van vervolgens L e hm a n « een groote me. n’g-
(t) Zie ’tvooïg. l. STUK,PBat III. F i g . * , blada-30a,
i v ) V e t f l , Z & u k n . UI. Drkl , bi?.da. 7S>.
E 3
IILDekl. IL Sxue.