tchoone Stukken , zo wel rood Beuken van j.
Fichtelberg , als geelachtig van Wirtsburg en Afdeel:
bont Haag-Beuken-Hout met Kwasten van f jOOFD.
Bamberg, als ook van Weenen. stuk.
Het Eikenhout , dat men Dryites noemt, is Eikei*
mooglyk, gelyk de Boomen in de Bosfchenvan
Duitfchland , het allergemeenfte. Men heeft
het op zeer;veele plaatfen gevonden. Ik heb het
uit Bohemen, Saxen, het Trierfe en van Fichtelberg
in Tweebrugge. Ook bezit ik een Stuk
daar van, met aangevloogen Kryftalletjes, van
Weisfenberg by Erlangen. Het valt van vee.
lerley Kleuren en het Boheemle Roozenhout
fchynt, in Draad, veel naar hetzelve te gely-
ken.
Van Pyn- en Denneboomen, en dergelyken, pyn- «n
komt het Verfceende Hout, genaamd Pityites^
Peucites en Elatites , niet zo veel voor. Dit
wordt daar aan toegefchreeven, dat het, wegens
zyne Harftigheid, minder bekwaam zou zyn tot
de Verfteening ; maar, dewyl men ziet dat de
Bitumineuze Stoffen, alleen , zelfs het Hout
verharden; zo fchynt dit geen beletzel te kun»
nen zyn. Zo wel kunnen ’er Zouten in ’t Aard-
ryk zyn, die de Harftige deelen ontbinden en
voor de Verfteende Stoffen doordringbaar maa-
ken. Immers van Verfteend Dennen- en Pyn-
boomen Hout wordt door verfcheide Autheu-
ren gevraagd. Ik zelf heb een groot Stamftuk,
wel twintig Ponden zwaar, dat van dien aart
B 3 fchynt
Ut. P eel- II.» Stuk»