192- Steenachtige Verhardingen
K Nopten wordt gevonden (/*). Deezen telleö
Avdeel. zy onder de voornaamfte Toverfteenen. In
Hoofd. de p« ^ g -N o o ten kwamen dergelyke voor,
stuk. zo wel als in de Vrugt van den Nanka, die
men Soorfakken noemt (ï) en in anderen 5 doch
fcheen dikwüs daar van de een o f andere Korrel,
verfteend zynde, dit Verfchyozel iiit te
leveren» Zelfs in eene Bloemknop was zulk
een Steentje voorgekomen. Dan fpreekt hy
verder van Steeflén die by geval in eenigeBoo-
men o f Vrugtén gekomen o f daar in geftoken
waren, brengende daar van voorbeelden by
Hoewel dit niets byzonders heeft, vindt men
het door W a l l e r i us tot eene Soort ge*
maakt (1). '
v « ehe? ef De B ygèIoöviSheid der Indifche Volkei
Bier. ren, die zig verbeeldden, dat zy , door zul*
ke Mesticen by zig te draagen, ’c zy in
hunne Kostwinning , ’t zy in Gevegten g e lukkig
zyn , voorbygaande 5 merk ik alleen
o p , hoe, behalve het voorheen gezegde, de
mooglykheid van Steenachtige Samengroeijin-
gen uit Plantaartige Vogten verder bewyslyk
i s , uit de Hef van het Bier (m £)jj-
kookzel van de Mout werpt, gelyk alle gis*
lende Plant- of Vrugt - Sappen , een Schuim
op, die Gest genoemd wordt, welke, vervolgens
(b) Zie II. Deels! I- Stuk deezer Nat. Hiftorie bh du
328«
(i) Zie 11. D. XI. Stuk , bladz. 454. ,
(k) Amb. Rarit, LXXVII. Hoofdd. blac’z. 3ZS,
ï n Pl a n t a a r t i g e V ochten. 195
gens nederflaandc, het Vogt klaar' laat, en dan,
op den bodem gezakt, den naatn voert van A* x v if
-Moer of Hef* Door ’t droogen neemt deeze Hoofd-?
Hef eene aanmerkelyke hardheid aan eD toont8TuK*
haare Steenige natuur, bovendien, door de
aangroeijing aan de Vaten of Fiesfen, die men
niet ten eerden uitfpoelt o f fchoon maakt. Zou
dit geen voornaame reden zyn kunnen, van
de vergaaring van Zandige o f Steenige Stoffó
in de Nieren , als Graveel; de oirfprong van
den Blaas (teen 5 in Mcnfchen die veel Bier
drinken en zig weinig beweegen: want door
ftilfland. legt het Bier deeze Stoffe a f, en men
vindt die Ongemakken zelden in Arbeidslieden
: terwyl het veel gebruiken van verdunnende
Vogten die Stoffen uit het Lighaam fpoelt$
gelyk ik bevoorens opmerkte.
De W y n s t e e n geeft een ander en nog De ^
nadrukkelyker voorbeeld van zodanige Samen- teen. J
groeijing (n)♦ Ik heb daar van reeds kortelyk
gefproben, toen ik den Wyngaard of Wynftok
befchreef, in ’t Ryk der Planten (o), tot heC
welke veelen dit Lighaam veeleer betrekken
zouden , dan tot de Delfftoffen. Z y hebben
o o k , in zeker opzigt, wat den oirfprong
(J) Calculi Vegctabilium intrufi. Syfl. Min. II. p. «zj.
(m) Tartarui Cercvifis. Tartams Fcex, L inn. Syfl, Nati
5CU. Tom. 111. Gen. 4s> Sp. t.
(n) Tartarui Vinï. LlNN. Syfl. Nat. Xtl.Gen, 45.Sp. i i
(?) Nat. Hifi. ii, d . IV. Stuk, bladz. 371,
...... N