D* K l ï i J ï R of
L Hier kwamen drie Soorten van Tripel voor,
A fd e e l . een joode, een zwarte en een bruine, aan de
kanten van die Beek zigtbaare Laagen maa»
stukF.E* kende. De laatfte vertoonde eenige Vezelen,
vetfehiNdie Plantaartig fcheenen , en was doorzaaid
tettdes°«*^et Goudkleurige Glimmerdeebjes. De zwarte
hadt Pyrieten ingeflooten , en deeze gaf het
uiterlyk aanzien van vermolmd Hout; doch hier
uit acht gemelde Heernogthans niet waarfchyn»
lyk, dat zy weezentlyk van Hout afkomftig
zou zyn. Want in de geheele Groeve kwam
niets voor, dat naar Boomen , Takken of
Wortelen geleek: veeleer hadden de Laagen
de gedaante van die der Leyfteenen. Men
verhaalde evenwel, onder het aldaar woonen»
de Volk, dat ’er een Aardbrand zou geweest
zyn , en verfcheide Steenen, daar omftreeks,
hebbende volftrekt de kentekenen van Lava,
maakten dit waarfchynlyk.
Ranfche. Sommige Tripels zyn van ecne zeer Kalkachtige
natuur, zegt zyn Ed., gelyk die van Pa»
rys, welke wit als Kryt is, zagt op’t gevoel,
zeer fyn van korrel en opbruifchende in Sterk
Water, dat de Tripel van Menat maar wéinig
doet; weshalve hy dezelve betrekt tot de Klei*
jen of dergelyke Stoffen. De roode wordt van
daar naar Parys gebragt, om te dienen tot het
flypen van Glazen voor Brillen en Verreky*
kers, waar toe de fyne Zwavelgeele van Po»
ligné in Neder • Bretagne ook zeer bekwaam
is. Dergelyke geele valt ook in Barbarie, ia
P o t - A a r d b n . 54S>
’t NaDelfche en in Siberie; alwaar zy op fom» , I*
r . nFDEEt, mige plaatfen met zwarte , op anderen met xxill,
hoog geele Streepen' geaderd voorkomt. In Hoofd-
veelerley trappen van graauw vindt men zeSTÜK*
by Praag en op de gemelde plaatfen : wit by (
Schneeberg in S ;xen.
Hier moet men t’huis brengen de Engelfche Engeifcw
Tripel, die aldaar Rottenjtone geheten worde,TIip
dat is Rottige Steen , in ’t Fransch Tripoli
carieufe. D a C o s ta geeft ’er den naam aan
van Bruin K r y t , dat men vermolmde Aarde
noemt (s). Hy maakt daar van een byzon-
dere Afdceling, onder de benaatning van Bruine
Kryten, heobende de gewoone Tripel, die
gedachtig is , in die der Geeie Kryten be-,
greepec. Het zyn Kryten of KalkeD, zegt
hy, daar de Zuuren niet op werken. Deeze
is zeer ligt, Aschgraauw van Kleur, taamelyk
hard , maar van een los geweefzel, met een
ruuwe, poeijerige oppervlakte , aan de Handen
afgeevende, niet kleevende aan de Tong,
in Water aanftonds vergruizende. Gebrand
wordt zy donkerer, maar niet harder. Men
graaftze voornaamelyk in Derbyshire, op Ba-
kewell- Moor, alwaar zy in afgefcheide brokken
legt, omtrent drie Voeten diep. In Nieuw
Engeland is dergelyke gevonden, als ook zeer
over«
(i) Cretafusca, Terra cariofa difta- Da GQSTA Fnfils, f*
87, Tiipela Cariofa. Wa l l . p. 95* fp* 89«
Mm 3
lil. Dm.. II. Stuk,