L
A fdeel..
X X I.
Hoofd*
STOK.
X.
Ochra
Stanni.
Tin-Oker,
bloem , doch met deeze moet men de Bis*
muth*Oker niet verwarren.
(10) Oker van Tin, die ros-geel isi
Om wat reden de Ridder thans de Oker
van Tin uitgelaten hebbe, welke hy voorheen
tot een Soort gemaakt hadt, begryp ik niet.
Zyn Ed. ftelde de plaats, daar menze vondt,
in Engeland, alwaar, volgens D a C o s t a ,
een dergelyke voorkomt, die Ochra Anglica
of Engelfche Oker genoemd was door VV o r -
M i t s en andere Autheuren, en waar toe
zyn Ed. de Roomfe Oker \an W oodward
t’huis brengt. Ook de Tslandfe van W or-
m i ü s , dagt hy daar toe te behooren, zo
wel als de donker gade, in de Rammelsberg
by Goszlar gegraven wordende, daar B ru c k -
mann van fpreekt (c). Mooglyk zal deeze
door W a l l e r i ü s tot de Yzer - Okers betrokken
zynj alzo hy daar van een Soort op*
geeft, welke, met Zuuren opbruifcbende, ge-
lyk deeze, hem een mengzel fcheen te zyn
van geele Oker met Krytachtige Aarde (d).
Dit is een harde zwaare Oker, (zegt h y ,)
van eene zeer hooge o f bruin geele Kleur,
van een vast , digt, regelmaatig geweefzel;
met
(10) Ochra Stanni fulva. Sy/l. Nat. VItr. Oen. 47. Sp.
Stannutn Calcifotme. Cronst. Min, <$. iso. Ochra An-
glica. Worm. Mui. p. 17. Merbet. Pin. erg. Charl dt
Fosf. p. *19. N. j . &c, Ochra Romana, Woodw Cat. I.
a. 29. Ochra Islandica. Worm. Mm, p. 17, Charl, uts.
met een ruuwe Poeijerige Oppervlakte en . -
fterk afkleurende aan de HandeD. Ook kle.-ft' XXL*
zy aan de Tong , fmelt vaardig in de Mond Hoofd.
en is onzuiver. In Water verbryzelt zy op6TUE*
ftaande voet tot een fyn poeijer. Ia ’t Vuur
wordt zy een weinig harder en krygt eene
donker paarfchachtige Kleur. Men graaftze
in Somerfetshire by Briftol, als ook in Mon-
mouthshire , alwaar zy opgemaakt wordt tot
groote Ballen , daar men jaarlyks een groote
menigte van uitvoert, naar vreemde Lan»
den.
Doktor W oodward vondt deeze Oker
in een Loodmyn in Arkendale , in ’c Graaf*
fchap van Y o rk , als ook in een Kolengroeve
by Cockermouth , in Cumberland; alwaar zy
door ’t Water neergelegd was in holligheden,
aan den bodem van den toegang, waar hec
over heen pasfeerde. Het is gemeen, zegt de
Doktor, in de toegaogen van veele Kolen-
groeven in ’t Noorden , en ik houd het voor
*t ökerig deel der Koleti, welk door Water
is uitgetrokken. Die Heer geeft ook de zelfde
Soort op van Rome , waar men z e , zege
h y , in groote veelheid graaft, en hy hadtze
insgelyks uit Nieuw Engeland bekomen.
Het
(«) Ochra obfeure flava. Brvckm. Ep. hin. III, p, tg,
N ii.
</) Ochra Ferri flava, Colore luteo, Alcalina. Wall. Syß.
Æ n . 11. p. zig.
B b
Hl. Dee l. IL Stuk,