t
Afdeël*
XIX.
H oofdstuk.
de Kryftallizatie zelden zonder uitdampicge
door Vuur gefchiedt, en men zelfs bevonden
heeft, dat die in ’c midden van de Lava ge-
fchied ware , zo is ’er geen zwaarigheid, om
het een met het andere famen te voegen.
. Zo onderdel ik dan , dat een Kryftalfchie-
'tend Steenachtig Vogt , door ’t geweld, des
Vuurs , gedwongen z y , om zodanige Stoffen
tot eene Stalaftietifche groeijing te brengen.
Dus vindt men , midden in de Italiaanlche-
Lava’s , dikwils een groote menigte van witte
veelhoekige Schirl- o f Granaat - Kryftallen ,
wier figuur niet minder regelmaatig is1, dan die
der Bafalten. Deeze Kryftallen, nu, moeten
noodwendig geduurende de fmelting der Lava
geformeerd zyn ; dewyl een zo groote menig-
te derzelven , van zodanig eene foort en figuur
Italiaan,
fche Bafalt
Beigen.
, nergens tot nog toe aangetroffen i s , in
eenig Gebergte van den Aardkloot. Hierom
is >t niet te denken , dat zy reeds gevormd
met de Lava uit de diepte zouden zyn uitgeworpen.
T e minder, alzo zy zelfs voorkomen
in de Bafalten , die men hedendaags in
Italië graaft o f vindt, waar onder die volkomen
naar de Orientaalfche , hier voor opgeteld,
gelyken, en dat veelerley Schirlblaadjes
in de famen gebakken Asfche der Vulkanen ge*
vonden worden. Ook bewyzen zulks de Bergen
, half van Lava, half van Zuilachtige
Bafalt; gelyk onder anderen de Duivels-Berg
in ’t Gebied van Vicenza, aan de Grenzen van
j t
*t Veroneefche. Deeze beftaat grootendeels I*
uit vier- v y f zes en zevenzydige harde zwar- XDG *
te Kantzuilen , fcheef overend ftaande met den Hoofd-
top naar ’c Westen; tervvyl de zyden des Be rgsSTUK-
van Lava zyn en de Voet van Kalkfteea. Ver-
fcheide andere Bergen , by Padua en daarom*
ftreeks, zyn geheel famengefteld uit Bafalt (m),
Somtyds verwart men zwarte Marmer o f
Kalkfteen, Yzerhoudende Spekfteen o f Jaspissoorten
, met dezelve ; doch behalve de f i guur
, die in gehouwen Werkftukken niet waar
te neemen i s , kan het onderfcheid ontdekt
worden aan de uitneemende zwaarte en hardheid
der Bafalt. Gelyk meD deeze, in de Zul-
delyke deelen van la l i e , tot Beelden, Voet-
ftukken , Gewigten en ander Werk bezigt,
zo maakt men ’er in de Noordelyke deelen,
als ook aan den Rhyn en in Boheme, gebruik
van, tot het plaveijen der Straaten, o f ook tot
Fondamenten van Gebouwen, tot Muuren,
Poorten , Bruggen , Pallen, Veld- en Markt-
fteenen. Dat men ’er ook Toetsfceen en
Aambeelden of Klopfteenen van vervaardige,
heb ik te vooren reeds gezegd.
Deeze Steen - Soort is niet vry van andere vermengingen.
S c o p o l i vondt’e r , behalve Kei-
fels- en Yzer-Aarde, ook Aluin-Aarde in, en
L e h m a n n , in de Bafalt uit de Boheemfche
Tin- N
(m) FERBERS Briefe, als boven, p. 6 4 -<S,