I, chyct niet in 't gedagte Kabinet geweest te
•Afdeel, zyn.
XI
Hoofd De PIaaES dc' afkomst was Duitfchland, zegt
sTug. ‘L iNNiE o s ; doch o f zyn Ed. dit van alle die
hoade„nd e .^ ° ° rTCen _heeft wlIleD zeggen, is duifter. Ia
Meir Lough Neach van Ierland zyn Ver-
iteende Boomftammen gevonden, die Yzer in.
lelden en Aluin. Sommigen daar van waren
uegts half verfteend ; in eemgen zag men no<*
onverfteende Vezelen; in anderen fchoone a“
ders van roode en blaauwachtïge Kleur; in an*
deren een Kryftaliyn aanzetzel. De brokken, die
men by dat Meir droog vondt, waren wit; die
in c Water lagen zwart.
S d e . ra' r De Ridder Iïlaa!ff;» in de voorgedigte optelling,
geen gewag van Gemineralizeerde Houten *
maar fchynt dezelyeö, ais een bvzondcre Soort?
onder den grappigen naam van Plantjieen der
Bloemen te willen voordellen ($) t noemende het-
zelve Antholithus , dat is Bloemfteen. Hier
mede fchynt zyn Ed. te bedoelen de zogenaamde
Koorn - Aair en of Stangengraupen, die
Koper- en Zilverhoudende zyn , by Franken-
berg in Hesfenland voorkomende; doch forn-
migen houden deeze voor enkel Mineraal o f
K ie s , en het js gantfeh onbewyslyk , dat zy
van
( 0 P/jytolithus Floris. Syjl. Net, XII. Tom. III. Gen.
42. Sp. 6. Spica Frumenci Mefallaxls. Woif. Hasf. t . V.*
F '? ' s‘ M,nera Ciipii & Argenti. Gesn. Petrif. i a, Mine.
ra Cupn figutata Spk&ta leferens. Wal l. Min. 227.
van Plantgcwasfen afkomftig zyn. Met Zil-
ver of Koper bezwangerd komen zelden Hou- ^
ten in ’t Aardryk voor ( t ) , en de groene Hoofd-
Kleur der Koburgfen is voor ’t laatfte geen,TUK*
zeker bewys. Tzerhoudende , in tegendeel,
z yn , in Switzerland en Bohemen , taamelyk
gemeen, en men wil in Hesfenland zelfs een
geheelen Boom, die in Yzer-Erts veranderd
was, hebben gevonden. Sommig Hout is mas-
fief Yzer geworden , hoedanig men zeidzaa-
mer aamrefc dan eene Okerachtige Verftee-
ning van het Hout: gelyk men dus in Finland
en zelfs by Upfal in Sweeden veele Wortels
van Geneverboomen en anderen bruingeel verhard
vindt, zo W a l l e ft iu s aantekent (v) :
*t welk onze Ridder tot de Tuffteenen betrekt
, gelyk wy vervolgens zien zullen. Ik
heb een fchoon Stuk Okerachtig verfteend
van Ilmenau in Thüringen, en een Stuk van
een E lzen-T akje , even zodanig veranderd,
dat in Gelderland, by Zutphen, is gevonden.
IS!iet ongemeen zyn ook de Kieshoudende Kleshou^
Houten , welken men dikwüs in Klompendende-
Steenkolen aantreft. Dergelyke vallen niet
alleen in Duitfchland, maar ook ia Vrankryk
en
ft) Mineralifamin Vegetabile Cuprenm, WALL. Min, Tom.
JI. p. 41*.
Cv) Mmeralifatum Vegetabile Ferreum. Sideroxylon. Wall.
Min- Tom. II. p. 417. Zie ook Bebkhet. Nat, Hifi. van
Holland. 11.' D. IU-STUK, bladz. 1139. r
III. Deel. II. Stuk.