!.
Afdeel.
XXIII.
H oofd*
STUK*
PorfiMn»
Aarde,
III.
Argilla
Chinen/is,
Chineefckc.
5*4
breede hoog geel Okerige Streepen, die ook»
by het in Hukken flaan, aan de andere zyden
voorkwamen. Ik befluit hier uit, dat het geen
van Poeijer gemaakte Klomp, maar Natuurlyk
gegroeide Steen zy. Om denzelven in ftuk.
ken te flaan, was veel gewelds noodig, maar
de afgefprorgen brokken waren breekbaar met
de Hand, en ligt tot een fyn Poeijer te wry-
ven, na dat ik ze met den Stamper had ver-
morfeld. Het Poeijer hier van , zo fyn als
Meel en aan de Vingers afgeevende, Sneeuwwit
, hadt, zo min als de Steen, eenige aandoening
van Sterk Water." des het niet Kalkachtig
is. Het gene ik van de Okerige brokken
maakte, hoog geel gekleurd, deelde zyne
Kleur mede aan Regenwater en aan Sterk Water
, zonder eenige opbruifching. Het fyn af-
gewasfchen bezinksel heeft eenige kleverigheid
en zou misfchien op zig' zelf kunnen dienen
tot het maaken van Porlelein.
(3) Kley die geelachtig is , met Tzer - Oks-
rige Stippen en Vlakken.
Onder deeze bepaaling ftelt onze Ridder
eene Aarde voor, welke hy zegt ros te zyn
of
( 3) Argilla flavescens , Pun&i» Macalisque Ferreo • O*
chraceis. Syfl. Nat. XII. Tom. III. Gen. j* . Sp. 4. Terra
Porcellana Mane mixta. Anon. Min. 77, A. Argilla apy-
tt Matmorea. WALL» Syjl. Min, I» p. 5 7.
of rood , met bleeke of geelachtige Vlakken tl *
verfcheidelyk gemengeld en fchraal. Dezel-
ve, zegt hy , komt op de Heuvels voor in IiooFD/
China. Men zaait ’er Ryst, Katoen en Indi- stus* *
go in, en zy dient om ’er Bakfteenen van,
onder Water , te bereiden. Dat de Ryst op
Heuvels gezaaid worde; daar weet ik anders
geen voorbeeld van. Men kiest ’er doorgaans
vlakke laage Landen toe uit, die zagtelyk
overftroomd wordeD van Rivieren. Zelfs in
Oostindie wordt zy geplant op Slykerige Velden
en groeit, even als by ons het Riet, in
*t Water (j). Mooglyk zullen de Klinkerts,
die men ’er van bakt , onder Water duurzaa-
mer dan anderen zyn. Men vindt dergelyke
roode Aarde ook te Montmartre en in ver-
fcheide deelen van Duitfchland, die Yzerhou.
dende is en door een fterk Vuur brandt tot
een zwarte of Staalgraauvve Slakke.
(4) Kley die Vuurbeftendig is en Vettig• iv.
Argilla1
Sommigen tellen deeze onder de Mergels/iT^^
of Kleijen die met Kalk gemengd zyn , *t Aarde?"*
welk vry oogfchynlyk in de Pypen-Aarde plaats
heeft.
(4) Rumph, Htrh. Amb. Tom. V. bl. 196«
(4) Argilla apyta lubrica. Syft. Nat. XII» Tom. III.
Gen. 57.. Sp. 2. Argilla Nivea , hinc inde incarnaia, Syfl.
Nat. VIII. p. 207. N. 5. Argilla fubtilis Igne indurescen*
et pallescens. Caeuh. Min, <5. Terra PorceUanea phlogifto